De Eerste Kamer debatteerde maandag 14 december met staatssecretaris Vijlbrief van Financiën (Fiscaliteit en Belastingen) over een novelle van het Belastingplan 2021. De novelle betrof de Baangerelateerde Investeringsregeling (BIK). De Kamer stemt dinsdag 15 december over het wetsvoorstel en twee ingediende moties, van senator Vendrik (GroenLinks) en senator Crone (PvdA).
De BIK-regeling leidde enkele weken geleden al tot veel debat tijdens de Algemene Financiële Beschouwingen 2020, en vorige week opnieuw, tijdens de behandeling van het Pakket Belastingplan 2021. Het ongenoegen van de Kamer betreft allereerst de wijze waarop het voorstel is ingediend: als onderdeel van het Belastingplan en niet als apart wetsvoorstel.
De tweede reden waarom de Kamer niet tevreden is over de procedure, is dat zij op het allerlaatst gevraagd worden in te stemmen, terwijl nog niet alles duidelijk is over het voorstel. De staatssecretaris heeft onlangs besloten de Europese Commissie te vragen de regeling te beoordelen op twee punten: staatssteun en mogelijk strijdigheid met de vrijheid van vestiging binnen de Europese Unie. In de regeling is nu opgenomen dat alleen fiscale entiteiten die in Nederland gebruik kunnen maken van de regeling. Dat oordeel is er nog niet.
GroenLinks-senator Vendrik zei dat als het noodzakelijk is om de houdbaarheid van de wet te beoordelen, dat dat tijdig moet gebeuren en niet last minute zoals dat nu gebeurt. Hij vroeg een toezegging van de staatssecretaris dat dit een in de toekomst niet meer op deze manier gebeurt.
PvdA-senator Crone wees op de ongelijke behandeling van twee vergelijkbare bedrijven, waarvan de ene wel en de andere niet in een fiscale eenheid zit. Hij waarschuwde voor nieuwe juridische procedures.
VVD-senator Geerdink hoopte op een zeer snelle behandeling door de Europese Commissie. Ze was het eens met haar collega-woordvoerders dat dit geen fraaie vorm van wetgeving is. Geerdink wees op het belang van de regeling om de economie aan te jagen in tijden van crisis.
CDA-senator Essers vond het verstandig dat de regering de BIK-regeling alsnog voorlegt aan de Europese Commissie, al vond ook hij het aan de late kant. Zelfs met deze novelle is er geen absolute zekerheid, zei Essers. Maar het belang voor de economie is groot, en daarom zal zijn fractie het voorstel steunen.
Staatssecretaris Vijlbrief zei dat als de Europese Commissie positief oordeelt dat de BIK-regeling dan zal gelden met terugwerkende kracht tot 1 januari 2021. Hij erkende dat de regering dit niet meer zo moet doen, "maar, zei hij, "we zitten in heel bijzondere omstandigheden."
Senator Vendrik diende een motie in de die regering verzoekt in de toekomst tijdig een oordeel te vragen van de Europese Commissie in het kader van de kwaliteit en uitvoerbaarheid van wetgeving. Vijlbrief liet bij deze motie het oordeel aan de Kamer.
Senator Crone diende een motiein die het kabinet verzoekt na besluit van de Europese Commissie de verhoging van het tariefpercentage te heroverwegen en daarvan melding te doen aan de Eerste Kamer. De staatssecretaris ontraadde deze motie.
Deel dit item: