Eerste Kamer herdenkt minister van staat Van den Broek



De Eerste Kamer heeft dinsdag 18 maart in de plenaire vergadering minister van staat Hans van den Broek herdacht in aanwezigheid van zijn familie en vrienden. Eerste Kamervoorzitter Jan Anthonie Bruijn en minister-president Dick Schoof hielden een toespraak. Hans van den Broek was lid van de Tweede Kamer, staatssecretaris en minister van Buitenlandse Zaken en Eurocommissaris. Sinds 2005 was hij minister van staat.


Stille diplomatie

In 1970 werd Van den Broek voor het eerst politiek actief, als lid van de gemeenteraad van Rheden voor de KVP. Zijn politieke talent viel op en hij maakte de stap naar de landelijke politiek toen hij in 1976 werd gekozen als lid van de Tweede Kamer. In de turbulente jaren tachtig met grote internationale spanningen en veranderingen, was Van den Broek eerst staatssecretaris en vervolgens minister van Buitenlandse Zaken.

Voorzitter Jan Anthonie Bruijn zei tijdens de herdenking dat Van den Broek nadrukkelijk koos voor stille diplomatie in plaats van 'megafoondiplomatie'. Als minister van Buitenlandse Zaken was Van den Broek niet zo vaak in de Eerste Kamer, omdat 'buitenlandse betrekkingen per slot van rekening meer uit diplomatie en beleid bestaat, en minder uit wet- en regelgeving', aldus Bruijn.

Toch was er genoeg aanleiding voor debatten in de senaat, zoals in 1986 over een overeenkomst met de Verenigde Staten over het plaatsen van kruisvluchtwapens in Nederland, en in 1992 over het Verdrag van Maastricht, een van zijn laatste debatten in de Eerste Kamer. In 1992 werd hij namelijk Eurocommissaris. Nadat hij in 1999 afscheid nam als lid van de Europese Commissie, was Van den Broek onder andere voorzitter van Instituut Clingendael, voorzitter van de Wereldomroep en voorzitter van de Carnegie Stichting.

'De bijdrage van Hans van den Broek aan de Nederlandse en Europese samenleving, aan de positie van Nederland en Europa in de wereld, en aan de Nederlandse parlementaire democratie is van grote waarde geweest. Zijn verbondenheid met het openbaar bestuur en het algemeen maatschappelijk belang zijn een voorbeeld voor velen,' besloot Bruijn.


Oog op de bal

Ook premier Schoof ging in op de turbulente jaren waarin Hans van den Broek een van de gezichtsbepalende politici was 'die ons land in de jaren tachtig en negentig door een periode van grote internationale spanningen en veranderingen loodsten.' Het waren de jaren van de kruisrakkettendiscussie, de oorlog op de Balkan, de Golfoorlog, de val van de Berlijnse muur en daarna de toetreding van een groot aantal voormalige Oostbloklanden tot de Europese Unie.

Schoof: 'Van den Broek opereerde daarin met vaste hand en met rustige overtuiging.

Met een enorme kennis van zaken en een goed inzicht in internationale verhoudingen

En met de behoedzaamheid en realiteitszin die hem als geboren diplomaat eigen was - het oog altijd op de bal.'

Bij al het internationale prestige dat hij in de loop der jaren opbouwde als staatssecretaris en minister, en later als Eurocommissaris, verloor hij Nederland nooit uit het oog. 'Voor Van den Broek was de verwevenheid van binnenland en buitenland een vanzelfsprekendheid. Hij leefde en werkte vanuit de diepe overtuiging dat internationale samenwerking een nationaal belang was,' aldus Schoof.


Deel dit item: