Elisa Spiropali, de parlementsvoorzitter van Albanië, bezocht maandag 24 maart het Nederlandse parlement. Zij werd in de Tweede Kamer ontvangen door Martin Bosma, Voorzitter van de Tweede Kamer, en Jan Anthonie Bruijn, Voorzitter van de Eerste Kamer. Na de ontmoeting met de beide Kamervoorzitters ging de Albanese delegatie in gesprek met leden van de commissies voor Europese Zaken en voor Buitenlandse Zaken van beide Kamers.
In zijn welkomstwoord benadrukte Tweede Kamervoorzitter Bosma dat beide landen samen zijn verenigd binnen de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa, de Raad van Europa en de NAVO. “Met de implementatie van het Groeiplan en het Investeringsplan voor de West-Balkan wordt duidelijk voortgang geboekt.” Maar de relatie tussen beide landen komt daarnaast ook tot uitdrukking in de grote Albanese gemeenschap in Nederland en de groei van het Nederlandse toerisme naar Albanië.
Eerste Kamervoorzitter Bruijn benadrukte dat de relaties tussen beide landen de afgelopen jaren zijn versterkt, maar hoe dan ook een lange geschiedenis kennen. Zo keek Bruijn terug naar 1913 toen Nederland werd gevraagd om een internationale politiemacht op te zetten onder leiding van luitenant Lodewijk Thomson. Het werd de eerste Nederlandse vredesoperatie in het buitenland. Voordat hij werd uitgezonden naar Albanië zei Thomson: ’’Niet wie zich mokkend afkeert, doch wie manlijk en broederlijk zijn grieven uit, heeft kans op ene verbetering. Zoekt gene splitsing, slecht in eenheid ligt macht.’’ Een uitspraak die nog steeds passend is in de huidige gepolariseerde en instabiele wereld, aldus Jan Anthonie Bruijn.
Deel dit item: