E030197 - Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement en het Europees Economisch Sociaal Comité - Bestuur en Ontwikkeling
De structuur en kwaliteit van bestuur zijn van essentieel belang voor duurzame ontwikkeling, verdere economische groei en de armoedebestrijding. Institutionele capaciteitsopbouw, met name op het gebied van goed bestuur (en de rechtstaat) is dan ook een van de prioritaire gebieden van het Europese ontwikkelingsbeleid. Goed bestuur is niet slechts een binnenlands vraagstuk, aangezien goed bestuur op alle niveaus cruciaal is voor een legitiem, doeltreffend en samenhangend wereldwijd bestuursstelsel.
De onderhavige mededeling vormt een leidraad voor de Europese benadering op het gebied van bestuur en ontwikkeling, methoden worden geformuleerd teneinde
-
-de bestuurscapaciteiten op te bouwen en de inbreng van de partnerlanden bij de formulering van hervormingsprogramma's te stimuleren
-
-synergie en samenhang tussen Europees beleid en instrumenten te waarborgen
-
-partnerschappen voor ontwikkeling per land/regio te versterken
-
-bij dragen aan bescherming van de mensenrechten, verspreiding van democratie, goed bestuur en rechtsstaat
De aanpak dient te verschillen per partnerschap. Onderscheid wordt gemaakt tussen drie partnerschappen:
-
-moeilijke partnerschappen: deze worden gekenmerkt door een ontoereikende verbintenis tot goed bestuur; activiteiten die ontplooid kunnen worden zijn humanitaire bijstand of voedselhulp; steun voor activiteiten van maatschappelijke organisaties; politieke initiatieven op internationaal/regionaal niveau teneinde een oplossing te vinden voor de crisis. In minder dramatisch, jedoch moeilijke partnerschappen kan geholpen worden middels instandhouding van een regelmatige dialoog met de autoriteiten; steun voor de institutionele capaciteitsopbouw, steun voor de mensenrechten en andere bestuursgerelateerde activiteiten en steun voor projecten en programma's die erop gericht zijn te voorzien in de basisbehoeften van de meest kwetsbare bevolkingsgroepen.
-
-Post-conflict situaties: voornaamste prioriteiten zijn de vaststelling van de diepere oorzaken van het conflict; het vermogen en de bereidheid van de betrokken actoren om deze oorzaken aan te pakken; de stappen die in het verzoeningsproces gezet moeten worden; de bereidheid om bestuursvraagstukken aan te pakken die de aanleiding waren van het conflict en de koppeling te maken tussen noodhulp, rehabilitatie en ontwikkeling.
-
-Doeltreffende partnerschappen: hierbij zijn de prioriteiten een continue en doeltreffende dialoog; steun bieden aan de versterking van bestuur op democratisch gebied (burger, justitie); steunen van activiteiten op gebied van de mensenrechten; versterken van transparantie, verantwoording en doeltreffendheid van de overheidsinstellingen; integratie van institutionele steun in andere sectoren en het stimuleren van de capaciteiten van maatschappelijke organisaties om deel te nemen aan bepaalde processen en debatten.
De coördinatie tussen en complementariteit van het (ontwikkelings)beleid van de Europese Unie en de lidstaten moet bevorderd worden door op dit gebied gezamenlijke beleidsbeginselen vast te leggen. De reeds bestaande mate van overeenstemming bij de (nationale) aanpak van goed bestuur vormt daarvoor de basis. De beleidsbeginselen moeten worden vastgelegd in richtsnoeren alsmede in een handboek om zorg te dragen voor een samenhangend beheer van de Europese samenwerkingsprogramma's op het gebied van goed bestuur.
Behandelfase Eerste Kamer: gepubliceerd in Europees publicatieblad.
document Europese Commissie
COM(2003)615, d.d. 20 oktober 2003
commissie Eerste Kamer
beleidsterreinen
De commissie Europese samenwerkingsorganisaties heeft in haar vergadering d.d. 16 december 2003 besloten de onderhavige mededeling onder de aandacht te brengen van de commissie voor Ontwikkelingssamenwerking met het oog op de begrotingsbehandeling van het ministerie van Buitenlandse Zaken.
De commissie voor Ontwikkelingssamenwerking heeft de onderhavige mededeling ter informatie meegenomen in de begrotingsbehandeling van het ministerie van Buitenlandse Zaken die plaatsvond op 25 mei 2004.
Aangezien het een mededeling betreft is de subsidiariteit- en proportionaliteittoets niet van toepassing in fiche 4. De Nederlandse regering erkent ook het belang van goed bestuur voor de ontwikkeling van de partnerlanden. Dit komt tevens terug in de notitie "Aan Elkaar Verplicht". De regering is echter van mening dat de voorgestelde methodologie in de onderhavige mededeling verbeterd kan worden.
De Commissie stelt voor de beleidsbeginselen op het terrein van goed bestuur vast te leggen in richtsnoeren en in een handboek om de delegaties te ondersteunen bij het beheer van EG-samenwerkingsprogramma's met betrekking tot bestuur.
De Mededeling van de Commissie gaat ervan uit dat bestuur een belangrijk onderdeel is van beleid en hervormingen gericht op armoedevermindering, democratisering en wereldwijde veiligheid.
Het doel van de Mededeling is:
-
-praktische methoden te definiëren om capaciteit voor bestuur op te bouwen
-
-de eigen inbreng van partnerlanden bij de formulering van hervormingsprogramma's te stimuleren
-
-samenhang tussen EG- en EU-beleid en -instrumenten te waarborgen.
De Commissie maakt onderscheid tussen drie verschillende soorten partnerschappen: moeilijke partnerschappen, post-conflictsituaties en doeltreffende partnerschappen.
De Raad heeft op 17 november 2003 conclusies aangenomen waarin zij de commissie verzoekt:
-
-de in de mededeling belichte beginselen te ontwikkelen en operationeel te maken in de vorm van richtsnoeren en een handboek ter ondersteuning van het beheer van programma's ter verhoging van de doeltreffendheid en het effect van acties op het gebied van bestuur; in dat verband SPOORT DE RAAD de Commissie en de lidstaten AAN hun ervaringen uit te
wisselen ten einde een gemeenschappelijke aanpak te bepalen;
-
-haar activiteiten verder te coördineren met andere donoren, mede via deelneming aan de OESO/DAC-fora, de bevoegde VN-organen en de desbetreffende activiteiten van de Wereldbank en de regionale ontwikkelingsbanken, teneinde consistente benaderingen te ontwikkelingen voor aangelegenheden als de toewijzing van hulp, donorcoördinatie en gezamenlijke
institutionele beleidsanalyse;
-
-in toekomstige partnerschapsovereenkomsten met andere regio's de beste praktijken te bespreken voor de opneming van met deze conclusies overeenstemmende bepalingen en
regelingen op het gebied van bestuur, als aanvulling op de "kernelementen"-clausule, die reeds een geaccepteerde praktijk is.
-
-in het jaarverslag te rapporteren over de behandeling van het thema bestuur in de LSD's, met het oog op de komende MTR's."
In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.
Op 31 maart 2004 heeft het Europees Parlement een resolutie aangenomen ten aanzien van de onderhavige mededeling.
In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.
In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.