E060192
Laatste revisie: 13-03-2007

E060192 - Mededeling: Ontwikkeling van landbouwmilieu-indicatoren voor het monitoren van de integratie van milieuaspecten in het GLB.



Het betreft hier een mededeling van de Europese Commissie over de voortgang van de ontwikkeling van indicatoren voor de monitoring van de integratie van milieuaspecten in het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB).


Stand van zaken

Behandelfase Eerste Kamer: behandeling in Eerste Kamer afgerond.


Kerngegevens

document Europese Commissie

COM(2006)508PDF-document, d.d. 15 september 2006

commissie Eerste Kamer

beleidsterrein


Behandeling Eerste Kamer

De commissie Europese Samenwerkingsorganisaties (ESO) heeft tijdens de vergadering op 16 januari 2007 besloten de onderhavige mededeling onder de aandacht te brengen van de commissie Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV).

Tijdens de vergadering op 23 januari 2007 besloot de commissie LNV de regering schriftelijk een aantal vragen over deze mededeling voor te leggen. Deze vragen werden op 12 februari 2007 per brief beantwoord. Tijdens de commissievergadering op 13 maart 2007 besloot de commissie dat het antwoord van de minister toereikend was, maar dat zij toch de behoefte heeft om verder met de minister te spreken over de ontwikkeling van landbouwmilieu-indicatoren voor het monitoren van de integratie van milieuaspecten in het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, bijvoorbeeld tijdens een kennismakingsbijeenkomst.


Standpunt Nederlandse regering

In fiche vier oordeelt de regering positief over de subsidiariteit van onderhavige mededeling. De regering stelt dat Europees optreden van toegevoegde waarde is om milieuaspecten te verweven in het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. Het oordeel van de regering ten aanzien van de proportionaliteit is twijfelachtig. De regering vraagt zich af of de voorgestelde acties van de Europese Commissie bij kunnen dragen aan de verhoging van de kwaliteit van data. De acties naar aanleiding van deze mededeling zouden eventueel gevolgen kunnen hebben voor de manier waarop in Nederland data verzameld worden. De regering heeft geen zicht op hoe vergaand die consequenties zouden zijn. De regering is van mening dat in de ontwikkeling van indicatoren en meetmethoden zo veel mogelijk aansluiting gezocht moet worden bij bestaande instrumenten.

In haar standpuntbepaling herhaalt de regering haar twijfels over de manier waarop Europees optreden bij zou dragen aan verbeterde kwaliteit van statistische gegevens. De regering stelt dat de kosten van de ontwikkeling van nieuwe indicatoren wel op moeten wegen tegen de baten, om de lastendruk voor ondernemingen en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) niet te verhogen. De regering stelt dat er meer zaken in de mededeling haar onduidelijk zijn en dat zij de Europese Commissie verschillende vragen voor zal leggen over de aansluiting van de mededeling met ander bestaande beleid, een uitwerking van kosten en administratieve lasten, en een verdere uitwerking van vervolgstappen.

  • bnc-fiche Ministerie van Buitenlandse Zaken - 22.112, 476[4]
    29 november 2006

Samenvatting voorstel Europese Commissie

De mededeling is een initiatief van de Commissie om te rapporteren over het werk op het terrein van de ontwikkeling van landbouwmilieu-indicatoren voor het monitoren van de integratie van milieuaspecten in het Gemeenschappelijk landbouwbeleid. Daarnaast doet de Commissie een aantal voorstellen voor de verdere ontwikkeling en het gebruik van de indicatoren. De Commissie geeft aan dat indicatoren van belang zijn voor:

  • informatievoorziening over toestand en ontwikkelingen in landbouw en milieu;
  • de impact van landbouw op milieu in kaart brengen;
  • de impact van landbouw en milieubeleid op het 'milieumanagement' van landbouwbedrijven;
  • informatie bieden t.b.v. beleidsbeslissingen op het gebied van landbouw en milieu
  • illustreren van relaties tussen landbouw en milieu voor het grote publiek.

In 1998 heeft de Europese Raad (Cardiff) aangegeven dat de milieudimensie geïntegreerd dient te worden in alle beleidsterreinen van de EU. Daarbij is ook het belang aangegeven van de ontwikkeling van indicatoren voor het monitoren van de invloed van economische sectoren waaronder landbouw op het milieu en de voortgang van het integratieproces. De Europese raad in 1999 (Helsinki) heeft de strategie aangenomen voor de integratie van de milieudimensie in het Gemeenschappelijk landbouwbeleid. Daarbij is ook het verzoek gedaan regelmatig te rapporteren op basis van landbouwmilieu-indicatoren. De commissie heeft daarop twee mededelingen gepresenteerd die ingaan op de ontwikkeling van landbouwmilieu-indicatoren (COM(2000)20 en COM (2001) 144). Deze mededelingen waren de start voor het opzetten van het IRENA project (Indicator Reporting on the integration of Environmental Concerns into Agricultural Policy). Het project had tot doel de ontwikkeling van een set van landbouw- en milieu-indicatoren. Het project is gestart in 2002 en geëindigd in 2005. Vanuit Nederland is het Wageningen UR (LEI) betrokken geweest bij de uitvoering van het project.

Het IRENA project heeft de volgende uitkomsten opgeleverd:

  • 1. 
    een beschrijving van 40 indicatoren (inclusief 2 subindicatoren) met bijbehorende datasets;
  • 2. 
    een indicator rapportage, beschrijving ontwikkeling van de indicatoren;
  • 3. 
    een assessment-rapport over de toepasbaarheid van de indicatoren voor milieu en GLB;
  • 4. 
    een evaluatierapport waarin onder andere aangegeven staat welke werkzaamheden er nog moeten plaatsvinden.

Op basis van de resultaten van het IRENA-project en de daarbij geconstateerde beperkingen, stelt Commissie voor om te komen tot:

  • 1. 
    (verdere) stroomlijning van de IRENA-indicatorset tot een (kleinere) set van 28 indicatoren, die meer beleidsrelevant zijn. Zesentwintig indicatoren komen voort uit de IRENA indicatorset, twee zijn toegevoegd. Deze laatste twee indicatoren betreffen nieuwe landbouwmilieuonderwerpen (risico's van fosfaat en pesticiden).
  • 2. 
    Consolidatie van de geselecteerde set van indicatoren door deze uit te breiden naar de nieuwe lidstaten en door zwakheden te corrigeren. Verder wordt in deze context voorgesteld:
  • om wetgeving met betrekking tot landbouwdata (statistisch en administratief) te ontwikkelen zodat er effectiever gebruik van gemaakt kan worden.
  • Het opzetten van en ontwikkelen van nieuwe onderzoeken bijvoorbeeld voor bedrijfsmanagement systemen;
  • Te onderzoeken in hoeverre het 'Farm Accountacy Data Network' (FADN) gebruikt kan worden voor landbouwmilieurapportages. FADN is een (EU) instrument voor de evaluatie van inkomens van agrarische ondernemers en de impact van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid;
  • Waar noodzakelijk verbeteren en valideren van de (reken)modellen
  • Verder zoeken naar het verbeteren van indicatoren voor agrarische biodiversiteit, habitats en landschap;
  • Zoeken naar mogelijkheden om bij de dataverzameling gebruik te maken van bijvoorbeeld milieuregelgeving (Kaderrichtlijn water, Vogel- en Habitatrichtlijn), INSPIRE (Infrastructure for spatial information in Europe) en het Global Earth Observation System of Systems (GEOSS).
  • 3. 
    Permanente en stabiele afspraken over het lange-termijn functioneren van het systeem van indicatoren. Hierbij is aangegeven dat de lidstaten dit volledig dienen te ondersteunen aangezien het succes afhankelijk is van het verzamelen van de data op lidstaat en regionaal niveau.

  • PDF-document commissievoorstel Europese Commissie - COM(2006)508
    15 september 2006
  • [en]PDF-document werkdocument Europese Commissie - SEC(2006)1136
    15 september 2006

Behandeling Raad

Op 19 december 2006 heeft de Raad de volgende conclusies aangenomen met betrekking tot dit dossier.

  • 1. 
    De Raad stelt dat de ontwikkeling van relevante indicatoren van belang is voor Europese beleidsvorming.
  • 2. 
    Verzoekt de Europese Commissie om de voorgesteld acties uit de mededeling tot uitvoering te brengen in samenspraak met de relevante nationale instituties.
  • 3. 
    Verzoekt de Europese Commissie om een permanent statistisch kader te ontwikkelen die op de lange termijn toegepast kan worden.

In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.


Standpunten andere lidstaten (IPEX)

In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.


Alle bronnen