Korte aantekeningen vergadering commissie Veiligheid en Justitie (V&J) van 15 oktober 2013




1. 33032

Juridisch ouderschap vrouwelijke partner van moeder

De commissie stelt vast dat de schriftelijke behandeling is afgerond en dat de plenaire behandeling definitief doorgang kan vinden op 12 november 2013, samen met wetsvoorstel 33514 (R1998)

2. 33514

Wijziging Rijkswet op het Nederlanderschap in verband met Juridisch ouderschap vrouwelijke partner van moeder

De commissie brengt eindverslag uit en stelt voor dat de plenaire behandeling plaats kan vinden op 12 november 2013, samen met wetsvoorstel 33032.

3. 32398

Wet forensische zorg

Inbreng voor het nader voorlopig verslag wordt geleverd door de fracties van PvdA (Beuving), CDA (Lokin-Sassen), PVV (Reynaers) en SP (Quik-Schuijt). Het lid Quik-Schuijt verzoekt de proef van het nader voorlopig verslag ook naar de leden van de commissie VWS te sturen.

4. 33112

Verruiming fouilleerbevoegdheden

Inbreng voor het nader voorlopig verslag wordt geleverd door de fracties van VVD (Knip), SP (Ruers) en D66(Scholten) en GroenLinks (Strik). De fracties van D66 (Scholten) en PvdA (Beuving) sluiten zich aan bij een deel van de VVD-inbreng.

5. E130036

Commissiemededeling: Naar een Europees horizontaal kader voor collectief verhaal

De commissie neemt de mededeling voor kennisgeving aan.

6. Voorbereiding gesprek met de Nederlandse Orde van Advocaten

De voorzitter meldt dat het gesprek met de Nederlandse Orde van Advocaten niet door kan gaan op 29 oktober 2013, i.v.m. de APB. Voorgesteld wordt om het gesprek te plannen op 19 november 2013. De commissie stemt daarmee in.

Tijdens het gesprek worden drie onderwerpen behandeld:
1) Toegang tot het recht;
2) Wet positie en toezicht advocatuur en geheimhoudingsplicht en verschoningsrecht;
3) Rechtstatelijkheid in wetgevingsadvisering.

(Co)referent zijn:
Onderwerp 1: lid Strik(GroenLinks);
Onderwerp 2: lid Franken(CDA) en lid Ruers(SP);
Onderwerp 3: lid Lokin-Sassen(CDA) en lid Scholten(D66).

7. Rondvraag

De Voorzitter attendeert de leden op een recent rapport van het Agentschap Telecom.

Op grond van de Wet bewaarplicht telecommunicatiegegevens worden aanbieders van openbare telecommunicatienetwerken en telecommunicatiediensten ten behoeve van de opsporing en vervolging van ernstige misdrijven verplicht tot het bewaren van verkeers- en locatiegegevens voor een periode van twaalf maanden.

Uit het rapport volgt echter dat telecomproviders 1) ruimschoots de verplichte bewaartermijn van twaalf maanden overschrijden, en 2) de opgeslagen gegevens voor eigen marketingdoeleinden gebruiken.

De Voorzitter werpt de suggestie op dat dit onderwerp zou kunnen worden meegenomen in het debat 'Staat van de rechtsstaat' of als er een privacy-onderwerp bij de commissie aan bod komt.


De griffier van de commissie,
Kim van Dooren