De Eerste Kamer heeft dinsdag ingestemd met het voorstel om de bekostiging van onderwijs in allochtone levende talen (OALT) als Turks en Arabisch te beëindigen. De fracties van PvdA en GroenLinks stemden tegen. De SP stemde wel voor, maar diende een motie in om het geld dat nu gemoeid is met het OALT te gebruiken om leerlingen met achterstanden in het onderwijs bij te spijkeren. Over de motie wordt op dinsdag 25 mei gestemd.
Al het eerste kabinet-Balkenende heeft het voorstel om de bekostiging van OALT te stoppen ingediend. De reden was dat het accent bij de integratie van minderheden volgens het kabinet moet komen te liggen op het leren van de Nederlandse taal.
De medestanders van de regering in de Eerste Kamer, zoals VVD, CDA, D66, OSF en SGP/ChristenUnie, wezen op rapporten van de Onderwijsraad en het Sociaal en Cultureel Planbureau, waarin staat dat wetenschappelijk niet is bewezen dat onderwijs in de eigen taal van allochtonen bijdraagt aan het gemakkelijker leren van het Nederlands.
CDA'er Koekkoek wees er op, dat het schrappen van de bekostiging uit rijksmiddelen niet betekent dat er geen onderwijs in allochtone levende talen gegeven zou mogen worden. Scholen kunnen binnen hun eigen budget beslissen om daar geld voor uit te trekken.
Op dit moment genieten 70.000 allochtone leerlingen van het aanbod van onderwijs in een 'eigen' taal. Dit wordt gegeven door docenten die volgens het onderzoek van Onderwijsraad en Sociaal en Cultureel Planbureau vaak onvoldoende kennis van de Nederlandse taal hebben. De belangstelling voor de opleiding leraar in allochtone levende talen aan HBO-instellingen is ook zeer beperkt.
De regering is voornemens de bekostiging van OALT per 1 augustus 2004 te beëindigen.
Deel dit item: