Ter inleiding van een algemeen debat van de Association of Secretaries-General of Parliaments in Quito, Ecuador, heeft de Griffier van de Eerste Kamer, Geert Jan Hamilton, uiteengezet dat in het Nederlandse parlementaire stelsel leden van de Staten-Generaal primair zelf verantwoordelijk zijn voor de integriteit van hun handelen. De Kamers van de Staten-Generaal kennen voor haar leden geen gedetailleerde gedragscodes. De leden zijn gebonden aan grondwettelijke bepalingen en normen die zijn neergelegd in het strafrecht en bestuursrecht. Er zijn wettelijke registratieverplichtingen met betrekking tot werkzaamheden die naast het Kamerlidmaatschap worden vervuld, en voor Tweede Kamerleden ook voor neveninkomsten. Bij de aanvaarding van hun ambt leggen leden van de Kamers een zuiveringseed af. De reglementen van orde van de Kamers kennen gedragsbepalingen, met name voor de interne gang van zaken binnen het parlement, en er zijn ongeschreven regels en gebruiken. Waar gedetailleerde regels ontbreken, is het gezond verstand leidend. Kamerleden moeten hun gedrag, wanneer er integriteitsvragen rijzen, zelf naar hun fractie, partij en uiteindelijk de kiezers kunnen verantwoorden.
In het levendige debat bleek dat er landen zijn, waar geschillen over gedragingen van parlementariërs en de gang van zaken binnen het parlement geregeld aan de rechter ter beslechting worden voorgelegd. In andere landen, met name in Europa, wordt dat ongewenst geacht en beslist het parlement zelf over de interne gang van zaken. Het Verenigd Koninkrijk kent binnen het parlement gedragscodes met procedures die de mogelijkheid bieden dat het parlement bij ernstige overtredingen van de gedragscode uiteindelijk zelfs kan beslissen over schorsing of beëindiging van het lidmaatschap.
Deel dit item: