Staatssecretaris Teeven komt Eerste Kamer tegemoet bij gebruik biometrische gegevens vreemdelingen



Het wetsvoorstel gebruik biometrie bij identificatie vreemdelingen wordt - indien de Eerste Kamer akkoord gaat met het wetsvoorstel - twee jaar eerder geëvalueerd dan het kabinet van plan was. Deze toezegging deed staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie) dinsdag in de derde termijn van het debat met de Eerste Kamer. Het wetsvoorstel zou aanvankelijk na vijf jaar geëvalueerd worden; dat gebeurt nu na drie jaar.

Staatssecretaris Teeven zegde ook toe dat de gegevens in een centrale databank vernietigd zullen worden zodra de wet eventueel komt te vervallen. Senator Witteveen (PvdA) diende eerder een motie in om de bewaartermijn van de opgeslagen biometrische gegevens te verkorten van maximaal tien jaar naar maximaal vijf jaar omdat hij beducht was dat de gegevens na het eventueel vervallen van de wet zonder wettelijke basis zouden blijven bestaan. Teeven verklaarde dinsdag dat hiervan geen sprake is en dat het wetsvoorstel daar ook een bepaling voor kent. "Het is echt zo dat die opgeslagen vingerafdrukken zullen vervallen op het moment dat de wet vervalt. Die toezegging doe ik hier dan ook", aldus de staatssecretaris.

De Eerste Kamer uitte eerder in het debat kritiek over onder meer de noodzaak van het wetsvoorstel, het eventueel discriminatoire karakter en aantasten van de privacy, de centrale opslag van de gegevens en het gebruik van gegevens voor strafrechtelijke onderzoeken. Die kritiek bleef deels bestaan. "De beantwoording in tweede termijn heeft mijn fractie eerder verontrust dan gerustgesteld", aldus senator Gerkens (SP) die het afnemen van tien vingerafdrukken een buitenproportionele maatregel bleef vinden. Senator Strik (GL) betoogde onder meer dat de meerwaarde van het voorstel niet is aangetoond. Zij zag geen dringende maatschappelijke noodzaak maar wel grote risico's.

Senator Witteveen (PvdA) was op bepaalde punten gerustgesteld, maar vroeg wel naar waarborgen bij het verstrekken van gegevens voor strafrechtelijke doeleinden, net zoals hij en senator Lokin-Sassen (CDA) vragen stelden over het verstrekken van gegevens aan andere landen, met minder rechtswaarborgen.

Staatssecretaris Teeven betoogde dat voor strafrechtelijk gebruik geen nieuwe mogelijkheden worden gecreëerd of voorwaarden verruimd. "Vingerafdrukken van vreemdelingen worden al sinds 1989 gebruikt in strafrechtelijke onderzoek." Hij wees erop dat de rol - op verzoek van de Tweede Kamer ingevoegd in het wetsontwerp - van de rechter-commissaris bij het toetsen van verzoeken om vingerafdrukken te mogen checken een extra waarborg is. Zij toetsen op inhoudelijke criteria en aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit, aldus Teeven die verder verklaarde dat op het verstrekken van gegevens aan andere landen de Wet bescherming persoonsgegevens van kracht is. Aan derde landen zonder passend beschermingsniveau mogen geen gegevens verstrekt, tenzij de vreemdeling zelf akkoord gaat of een zwaarwegend belang in het geding is.

De Eerste Kamer stemt dinsdag 10 december over het wetsvoorstel en over twee moties. Naast de motie van senator Witteveen is dat de motie van senator Strik (GL) over specifieke criteria voor de evaluatie van het wetsvoorstel na vijf jaar. Staatssecretaris Teeven zegde eerder al toe dit mee te zullen nemen.

Het wetsvoorstel regelt onder meer dat van vreemdelingen van buiten de EU bij het aanvragen van een verblijfsvergunning tien vingerafdrukken en een gezichtsopname opgeslagen in een centraal bestand. De regering wil hiermee identiteitsfraude, documentenfraude en illegaliteit aanpakken. De wet kent - na een amendement in de Tweede Kamer - een zogenoemde horizonbepaling: ze vervalt in beginsel na zeven jaar, tenzij er een voorstel voor verlenging komt waarmee het parlement dan vervolgens instemt.

Zie ook:

"Eerste Kamer kritisch over wetsvoorstel uitbreiden gebruik biometrische gegevens vreemdelingen"

"Debat wetsvoorstel Gebruik biometrie bij identificatie vreemdelingen wordt heropend"


Deel dit item: