De vaste commissies voor Financiën, Economische Zaken, Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Europese Zaken hebben een brief gestuurd aan de regering over de planning van de behandeling van het Europees Semester in de Eerste Kamer. Centraal daarbij staat het moment waarop de Kamer kan beschikken over conceptversies van het Nationaal Hervormingsprogramma en het Stabiliteitsprogramma vóórdat de regering deze documenten aan de Europese Commissie zendt. Als gevolg van het Europees Semester, dat in 2012 in werking is getreden, dienen de lidstaten van de Europese Unie ieder jaar vóór 1 mei op hoofdlijnen aan te geven hoe zij het volgende jaar zullen voldoen aan gemeenschappelijke regels over het begrotingsbeleid en het doorvoeren van structurele hervormingen. Omdat deze plannen richtinggevend zijn voor onder meer de begroting die de regering in het najaar presenteert, achten de commissies het belangrijk dat de Kamer haar controlerende functie ook in een vroeg stadium uit kan voeren.
De minister-president had in een overleg met de Eerste en Tweede Kamer aangekondigd dat het kabinet voornemens is het Nationaal Hervormingsprogramma en het Stabiliteitsprogramma vast te stellen in de tweede helft van april. Een debat (volgend op de behandeling in de Tweede Kamer) over deze programma's vóór 1 mei zou daardoor niet mogelijk zijn. De commissies verzoeken de regering in deze brief dan ook te bevorderen dat de conceptprogramma's eerder aan de Staten-Generaal worden aangeboden. Mocht dit onhaalbaar blijken, dan overwegen zij om al op 8 of 15 april mondeling overleg te voeren met de ministers van Economische Zaken en van Financiën op basis van de dan beschikbare stukken.
Lees meer:
Deel dit item: