De Eerste Kamer heeft dinsdag 6 juni met algemene stemmen het wetsvoorstel aanvaard van minister Dijkgraaf van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap om de basisbeurs in het hoger onderwijs opnieuw in te voeren. Tijdens het debat een week eerder tekende zich al een meerderheid af, maar waren er nog wel vragen aan de minister over bijvoorbeeld de hoogte van de beurs, de hoogte van de compensatie voor de generatie die onder het huidige leenstelsel valt, de inkomensgrens van de ouders, en de mentale gezondheid van studenten. De Kamer stemde 6 juni ook over vijf moties. Deze zijn alle vijf verworpen.
Over het wetsvoorstel
Het wetsvoorstel wijzigt onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met de herinvoering van de basisbeurs in het studiefinancieringsstelsel. Voor studenten met ouders met een middeninkomen wordt de aanvullende beurs uitgebreid. Hierdoor zullen meer studenten aanspraak kunnen maken op een aanvullende beurs. Voor de generatie die tijdens het leenstelsel heeft gestudeerd wordt een financiële tegemoetkoming beschikbaar gesteld. Het hoofddoel van het studiefinancieringsstelsel is het waarborgen van de financiële toegankelijkheid van het tertiair onderwijs en er zo zorg voor te dragen dat er geen onoverkomelijke financiële belemmeringen zijn om te gaan studeren.
Verworpen moties
De motie-Van Apeldoorn c.s. verzoekt de regering bij de begroting voor 2024 vanaf het studiejaar 2024-2025 de inkomensgrens voor de aanvullende beurs voor mbo-studenten alsnog gelijk te trek-ken met die voor ho-studenten.
De motie-Koffeman c.s. overweegt dat de Eerste Kamer bij motie 36 200, P heeft verzocht om de “pechgeneratie” studenten die tussen 2015 en 2023 studeerde ruimhartig te compenseren voor de door hen betaalde of te betalen rentelasten die hen op achterstand zet ten opzichte van de genera-ties voor en na hen; en verzoekt de regering zodanige dekking te voorzien in de begroting 2024.
De motie-Koffeman c.s. verzoekt de regering de tijdelijke verhoging van de basisbeurs structureel te maken, en de Kamer over de uitwerking daarvan te informeren.
De motie-Koffeman c.s. overweegt dat de korting op het collegegeld in het eerste jaar wordt afge-schaft per september 2024; dat de minister heeft toegezegd de daardoor vrijkomende middelen voor 100% aan studenten te besteden; en verzoekt de regering de toezegging van de minister alsnog gestand te doen en de vrijkomende middelen zoals beloofd volledig ten goede te laten komen aan studenten.
De motie-Koffeman c.s. verzoekt de regering te komen met een maatwerkoplossing zodat studenten met een chronische ziekte of functiebeperking langer dan een jaar uitloop van hun studie kunnen hebben met behoud van studiefinanciering.
Deel dit item: