Verslag van de vergadering van 6 oktober 2015 (2015/2016 nr. 3)
Status: gerectificeerd
Aanvang: 14.18 uur
De heer Nagel i (50PLUS):
Voorzitter. Vier weken geleden kwamen met spoed en in het diepste geheim de Tweede Kamerfractievoorzitters in het Mauritshuis bijeen op initiatief van veilingmeester-tovenaar Alexander Pechtold uit Wageningen. Dat was een unieke gebeurtenis. Je zou denken dat het om een grote watersnoodramp ging of over de grootste aardschok die de bevolking in Groningen ooit onderging, maar nee, het ging over de aanschaf van schilderijen. De Volkskrant schilderde het beeldend. Bijna alle fractieleiders vertelden met rode konen hoe ze hadden voorkomen dat twee schilderijen van Rembrandt in de slaapkamer van een oliesjeik of een Chinese miljardair zouden belanden. Men gloeide van trots op alle zenders.
Volgens diverse bronnen was een aantal fractievoorzitters er niet van op de hoogte dat minister Bussemaker al op 14 juli jongstleden een brief naar haar Franse collega had gestuurd, waarin een geheel andere optie werd besproken, namelijk het gezamenlijk aankopen. Voorzitter Sanders van de Vereniging Rembrandt bevestigt dat hij en zijn collega's niet wisten waar Bussemaker mee bezig was, zie De Telegraaf van 1 oktober 2015.
Ik heb een aantal vragen aan de minister. Om te voorkomen dat ze niet beantwoord worden, heb ik ze genummerd. Ik wil graag op alle vragen antwoord. Mijn eerste vraag is: Waren de fractievoorzitters en in het bijzonder D66'er Pechtold op dat moment op de hoogte van het andere traject dat de minister al drie maanden eerder was ingeslagen?
Wat er daarna gebeurde, is eigenlijk met geen pen te beschrijven, al kopte De Telegraaf het treffend op de voorpagina: "Rembrandt-misser Bussemaker. Minister verknoeit kunstdeal". Vorige week dinsdag werd het debat gehouden in de Tweede Kamer. Het ongelooflijke gebeurde. Men debatteerde zonder dat men wist waarover: één schilderij, twee schilderijen, twee halve schilderijen, de hoogte van de financiële bijdrage van derden zoals het Rijksmuseum? De "gekkepechtoldziekte" had om zich heen geslagen, de rode konen zwollen verder op. De ministers hadden zelfs gevraagd, dit als hamerstuk af te handelen. Ongelooflijk. Dat brengt de 50PLUS-fractie tot de tweede vraag. Waren de twee schilderijen getaxeerd of door experts op hun waarde bekeken? Is er de afgelopen maanden over de prijs onderhandeld of was het buigen naar de armlastige familie Rothschild, die zonder twijfel de marktbenadering had gekozen: het is wat de gek er voor geeft?
In dit verband wijs ik nog op de publicatie van kunsthandelaar en kunsthistoricus Jan Six van afgelopen zaterdag in de Volkskrant. Hij stelt vragen bij de rechtmatigheid van de vraagprijs van 160 miljoen. "Er is helemaal geen reden om te veronderstellen dat er rijen niet-Europese kopers klaarstonden voor "onze" twee Rembrandtportretten. Wanneer een politicus met publiek geld een aankoop doorduwt onder het mom dat haast geboden is, omdat de werken anders heel snel naar het verre buitenland verdwijnen, weet ik mij voorgelogen", aldus kunsthandelaar en historicus Jan Six.
Nadat de Tweede Kamer omstreeks 18.00 uur de wetsvoorstellen had aanvaard, deden de ministers van OCW en Financiën een poging om dit dezelfde avond door de Eerste Kamer te laten behandelen en om te laten stemmen. Dat had moeten gebeuren zonder dat de Eerste Kamer kennis had van de behandeling in de Tweede Kamer, zonder commissiebehandeling en zonder dat het op de agenda stond. Dit kan niet anders worden gezien dan als minachting van de Eerste Kamer, een Kamer die als bezinningsinstituut juist de taak heeft om wetgeving te controleren. Terecht hebt u als onze Kamervoorzitter de beide bewindslieden per brief laten weten dat daar reglementair geen ruimte voor bestond. Daarom heb ik aan deze bewindslieden de volgende, derde vraag. Hoe kon het dat u in strijd met de reglementen getracht hebt, dit voorstel zonder enige voorbereiding door de Eerste Kamer te drukken? Betreurt u dit bij nader inzien? Biedt u hiervoor uw excuses aan? Ik hoor graag een duidelijk ja of nee.
Dan de kwestie van de financiering. Daar is vandaag nog steeds geen duidelijkheid over. Eerst lazen we dat het Rijksmuseum de helft zou bijdragen. Toen ging het nog om 80 miljoen. Daarna moest dat de helft zijn, dus nog slechts 40 miljoen. Ook over andere kunstminnaars verschenen niet eensluidende berichten. In de Volkskrant van 1 oktober jongstleden zegt minister Dijsselbloem te verwachten dat het Rijksmuseum en fondsen zoals de Vereniging Rembrandt de 12,5 miljoen fourneren die zij eerder hebben aangekondigd. Dat was nog maar een paar dagen geleden. De bestuursvoorzitter van de Vereniging Rembrandt, Martijn Sanders, zegt dat de door hem toegezegde bijdrage van 5 miljoen van de baan is. In De Telegraaf van 1 oktober jl. spreekt minister Dijsselbloem zichzelf weer tegen. Ik citeer: "Minister Dijsselbloem vindt dat het Rijksmuseum met een bijdrage over de brug moet komen, al is het maar symbolisch". Zelden maakte een minister van Financiën zich zo schuldig aan kwakzalverij. De minister laat ook zonder een cent uit te geven zien dat hij het huishouden van Jan Steen tot zijn eigendom heeft gemaakt.
Vanmorgen verscheen het antwoord op een serie vragen die het Tweede Kamerlid Henk Krol heeft gesteld. Op de vraag of de bewindslieden hadden voorzien dat er een probleem zou ontstaan met het werven van fondsen, indien de twee schilderijen niet werden verworven, antwoordden zij volmondig ja. Onze vraag is dan ook: waarom is dat vorige week dinsdag niet in de Tweede Kamer meegedeeld? Waarom is deze informatie kennelijk achtergehouden?
Mijn volgende, vijfde vraag is: hoe moeten we nu de financiële bijdrage van het Rijksmuseum, de Vereniging Rembrandt en de anderen zien? Is dat de helft van het inmiddels tot 80 miljoen geslonken totaalbedrag, de door minister Dijsselbloem genoemde 12,5 miljoen of is het een symbolische bijdrage van bijvoorbeeld €1? De Eerste Kamer heeft toch het recht om de precieze invulling te weten van de aan te gane verplichtingen voordat zij hierover stemt?
Tot slot enkele opmerkingen over de aankoop zelf. Natuurlijk is iedereen blij als er weer een mooie Rembrandt in Nederland te zien is. De vraag is alleen of de prijs niet te hoog is en of het wel de juiste prioriteit is. De meerderheid van de Nederlandse bevolking blijkt deze aankoop niet te steunen. De politici met de rode konen zijn al gewend aan het feit dat het Binnenhof totaal vervreemd is van de burgers, dus deze keer extra kan er ook nog wel bij. 50PLUS redeneert zoals de gewone burger zou doen. Als men een mooi, bijzonder, uitzonderlijk schilderij ziet, maar men een te krap budget heeft voor bijvoorbeeld goede zorg, waar zou de burger dan prioriteit aan geven? Zou die duurste aankoop ooit tot stand komen? 50PLUS stelt zich op een lijn met de gemiddelde burger en geeft geen steun aan deze begrotingswijziging. Na dit geweldige mislukte circus mogen de initiatiefnemers wat ons betreft opdoeken.