Verslag van de vergadering van 27 oktober 2015 (2015/2016 nr. 5)
Status: gerectificeerd
Aanvang: 20.03 uur
Mevrouw Beuving i (PvdA):
Voorzitter. Ik dank de initiatiefnemers voor hun heldere en grondige beantwoording van onze vragen. De door de initiatiefnemers in dit debat gegeven voorbeelden betreffende de verhouding en de wisselwerking tussen de politieke verantwoording enerzijds en de strafrechtelijke vervolging en berechting anderzijds zijn mijns inziens overtuigend. Ik doel hierbij met name op de casus Stichtse Vecht en de casus van de vuurwerkramp in Enschede.
Ook onze vraag betreffende het vestzak-broekzakargument is naar tevredenheid beantwoord. Vooral de gegeven voorbeelden van veroordeling tot herstel in de oorspronkelijke toestand, bijvoorbeeld in milieuzaken, en van veroordeling tot een bijdrage aan een slachtofferfonds illustreren dat het vestzak-broekzakargument zeker niet steeds geldt. De initiatiefnemers hebben uiteengezet dat zij geen principiële problemen hebben met het straffen van de overheid, omdat het gaat om het dienen van het rechtsgevoel en omdat het recht als middel tot rechtsherstel soms vraagt om het opleggen van een straf aan de overheid.
Voor de PvdA-fractie ligt de kracht van dit wetsvoorstel er met name in dat niet alleen ambtenaren strafrechtelijk kunnen worden aangepakt, maar vooral ook de publiekrechtelijke rechtspersoon waarvoor de ambtenaar werkt. Juist in gevallen waarin sprake is van collectief handelen, zoals wij bijvoorbeeld in de Otapanzaak hebben gezien, vindt de PvdA-fractie dit van groot belang. Gezien het voorgaande zal ik mijn fractie adviseren om voor dit wetsvoorstel te stemmen.