Plenair Vos bij behandeling pakket Belastingplan 2016 en Wet Common Reporting Standard



Verslag van de vergadering van 14 december 2015 (2015/2016 nr. 12)

Status: gerectificeerd

Aanvang: 20.56 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Vos i (GroenLinks):

Voorzitter. Ik wil natuurlijk nog heel graag de heer Köhler feliciteren met zijn maidenspeech. Wij hebben geconstateerd dat een klein maar belangrijk element in zijn geschiedenis niet geheel genoemd is, maar daarover spreken wij op allerlei andere momenten nog eens. O, u wilt het horen. Het betreft de overstap naar de SP in 2011. Er werd voortdurend vragend naar ons gekeken hoe dat nu zit. Dat is een belangrijk onderdeel van de geschiedenis van onze nieuwe collega.

De voorzitter:

Dank voor de aanvulling.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Natuurlijk feliciteer ik ook collega Van Rij. Beiden hadden een heel goede bijdrage. Ik verheug mij op toekomstige debatten.

Wij behandelen een belastingplan in een enigszins unieke versie. Er ligt inmiddels een novelle voor om de steun van een partij in deze Kamer, namelijk D66, daarvoor te verkrijgen en daarmee een meerderheid te creëren. Het bijzondere is — want dat kan niet anders — dat wij deze novelle vanavond ook aan de orde laten komen in deze behandeling, terwijl die nog niet in de Tweede Kamer is besproken. Het is niet anders. Ik denk dat het goed is om daar een aantal woorden aan te wijden.

Ik heb al eerder tijdens de behandeling van de Miljoenennota 2016 namens de fractie van GroenLinks mijn teleurstelling uitgesproken over het feit dat het kabinet 5 miljard structureel besteedt aan lastenverlichting, waarvan een deel gaat naar mensen die het echt niet nodig hebben. Die 5 miljard lastenverlichting is het cruciale onderdeel van wat een belastinghervorming had moeten worden, maar eigenlijk toch meer een cadeautje is geworden om — ik zeg het oneerbiedig — kiezers te paaien om maar vooral op de coalitiepartijen te stemmen. Wij vinden het in ieder geval bijzonder jammer en ook een gemiste kans.

De afgelopen jaren is er wel degelijk een aantal harde bezuinigingen door dit kabinet doorgevoerd, bijvoorbeeld op zorg, het beschutte werk en de sociale werkvoorziening. Het kraakt en het piept. Je zou zeggen: hé, er is nu geld om de nood te lenigen. Maar nee, dat geld wordt besteed aan burgers in plaats van aan publieke noden. Het heeft ons dan ook zeer verbaasd dat dit blijkbaar voor de PvdA toch reden is geweest om dit een goede stap te vinden en dit te ondersteunen.

Ook met betrekking tot de vergroening van het belastingstelsel is er naar onze mening te weinig gebeurd. Er is daarvoor weinig geld beschikbaar gekomen. De tweedeling zal toenemen, omdat niet-werkende bijstandsgerechtigden en ouderen veel minder lastenverlichting ontvangen dan de werkenden. De werkgelegenheidswinst die met dit alles gemoeid gaat, is structureel 35.000 banen, maar dat aantal wordt pas over vele jaren gerealiseerd. Dat vinden wij buitengewoon mager gezien het enorme bedrag van 5 miljard structureel per jaar. Kortom: teleurstellend dat dit blijkbaar het grote ding was waar het kabinet nu mee komt.

Ik kom dan bij de partij die nu heeft gezegd met de novelle dit Belastingplan te kunnen steunen, namelijk D66. Zij deelde in feite de kritiek op het Belastingplan, in ieder geval waar het ging om de werkgelegenheid en de vergroening en heeft om die reden tegen het Belastingplan gestemd. D66 zei dat er een groot gebrek aan ambitie bij het kabinet was en dat die vooral op het gebied van de werkgelegenheid volstrekt onvoldoende was. Dat gold ook voor het punt van de vergroening. Eerlijk gezegd verbaast het mijn fractie dat de voorliggende novelle nu afdoende is voor D66 om deze belastingherziening te steunen. Wij moeten dat overigens nog zien. Laat ik niet te ver vooruitlopen op het debat. Als je goed naar deze novelle kijkt, zie je dat er weinig extra werk in zit, zelfs 0,0%, zo hebben wij vandaag in de antwoorden van de staatssecretaris gelezen. Dat wordt afgerond naar 0%. De vergroening is best oké: een eenmalige extra investering in energiebesparing. Maar een eenmalig bedrag zet natuurlijk op de langere duur geen zoden aan de dijk.

Er is een voornemen om in de toekomst de belastingdruk van het Rijk naar de gemeenten te verschuiven en om die gemeenten in staat te stellen om zelf belastinginkomsten binnen te halen. Het gaat om een verschuiving van 4 miljard. De belastingdruk voor de burgers mag niet toenemen.

De heer Backer i (D66):

Mevrouw Vos vindt de vergroening best oké. Ik wijs haar erop dat het kabinet in het totaal van maatregelen ook over de kolencentrales een aantal belangrijke besluiten heeft genomen die het nog nooit eerder op deze wijze heeft aangekondigd. In de vierde nota van wijziging staat de gas- en elektriciteitschuif. Er is een bedrag van 100 miljoen gevoteerd voor vergroening in de gebouwde omgeving. Ik zou zeggen: GroenLinks, het is wel iets meer dan best wel oké. Het zijn toch maatregelen die die partij ook zou moeten omarmen?

Mevrouw Vos (GroenLinks):

De sluiting van de kolencentrales is een goede actie van uw partij in de Tweede Kamer, maar die staat los van dit belastingplan. Er is inderdaad een motie aangenomen — daar zijn wij buitengewoon blij mee en wij hebben die natuurlijk gesteund — die het kabinet opdraagt om kolencentrales te gaan sluiten. Het kabinet stuurt nu een brief, gekoppeld aan dit belastingplan, dat het met een plan komt hoe dat gaat gebeuren. Eerlijk gezegd lijkt het mij vrij logisch dat het kabinet een motie van de Tweede Kamer uitvoert. Ik zie niet zozeer dat dit een verdienste is van deze novelle. Het staat er gewoon naast. Inderdaad zit er ook een aantal andere maatregelen in die tot enige vergroening leiden. Wij beoordelen die positief. Maar met betrekking tot de structurele grote veranderingen die wat ons betreft hadden moeten plaatsvinden, bijvoorbeeld het feit dat grootverbruikers nauwelijks energiebelasting betalen, gebeurt er niets. Dat vinden wij teleurstellend en dat was voor mijn fractie in de Tweede Kamer een reden om te zeggen dat het plan tekortschiet.

Ik was bij het onderdeel rond de belastingverschuiving naar de gemeenten. Het valt ons op dat er blijkbaar door het CPB wordt gezegd dat die 15.000 tot 20.000 banen gaat opleveren. Kan het kabinet toelichten hoe het CPB daaraan komt? Overigens hebben wij de stukken daaromtrent gelezen. Blijkbaar komen die banen vooral uit de lastenverlichting die het Rijk kan gaan toepassen, namelijk verlaging van de inkomstenbelasting. Dat gaat werkgelegenheid opleveren. Maar het is niet zo dat wat men in het gemeentelijk domein gaat doen tot extra werk leidt. Begrijp ik dat goed? Ook zien wij dat deze maatregelen voorlopig redelijk onzeker zijn. Het kabinet komt weliswaar met een voorontwerp, maar er gaan wel weer een Tweede Kamerverkiezing en gemeenteraadsverkiezingen overheen. Het is dus allemaal nog maar afwachten of dit ook gaat gebeuren.

Kan het kabinet aangeven hoe het bijvoorbeeld die nieuwe belastingen in het gemeentelijke domein ziet? Zou dat bijvoorbeeld via de onroerendzaakbelasting kunnen of is dat uitgesloten omdat die een relatie heeft tot bezit en dus enigszins tot het inkomen? Als dat op die manier niet kan, op welke wijze kan dan volgens het kabinet de belastingverhoging in het gemeentelijke domein vorm krijgen? Mijn fractie zou het betreuren als dat een persoonsbelasting of ingezetenenbelasting wordt, die in feite even hard aankomt bij de hoge als bij de lage inkomens en dus weer meewerkt aan denivellering. Misschien kan het kabinet al een klein tipje van de sluier oplichten. D66 heeft vast ideeën over de wijze waarop dit vorm moet krijgen en moet worden ingevuld. Het CDA heeft tussen de regels door laten weten dat het hier niet veel voor voelt, maar denkt: het zal onze tijd wel duren, want er komen verkiezingen en dan zien wij wel weer. Hoe hard is deze toezegging en wat gaat hier echt van terechtkomen?

We zijn nieuwsgierig hoe de eenmalige 100 miljoen die beschikbaar komt voor energiebesparing door woningeigenaren ingezet gaat worden en hoe het kabinet ervoor gaat zorgen dat dit geld effect kan opleveren. We hadden bijvoorbeeld graag een revolverend fonds gezien, maar dat kan niet met een eenmalige bijdrage. Je moet dan toch met structurele middelen komen. Hoe kan hiermee volgens het kabinet effectief beleid worden gemaakt?

Het laatste punt ten aanzien van de novelle dat ik wil aanstippen, is dat naar de idee van mijn fractie deze novelle denivellerend werkt. Is het kabinet dat met mijn fractie eens? We lezen in de beantwoording dat dit voor 2016 niet het geval is, maar voor 2017 wel. Hogere inkomens krijgen namelijk een langzamere afbouw van de heffingskorting en profiteren dus in deze novelle. Wat is de reden waarom juist voor de inkomens van ongeveer €35.000 tot €125.000 de heffingskorting langzamer wordt afgebouwd? We lezen in de beantwoording dat met name in 2017 het saldo-effect van het verlagen van de afbouw van de arbeidskorting en het verhogen van de lasten op arbeid nadelig uitpakt voor werkenden met een lager inkomen of een middeninkomen: tot min 0,2% bij €35.000. Voor werkenden met een inkomen in de vierde schijf en hoger pakt de novelle positief uit. Het voordeel neemt toe tot maximaal 0,3% bij een inkomen van €125.000. Boven de €125.000 gaat de arbeidskorting naar 0. Wij kunnen dit niet anders zien dan denivellering. Graag hoor ik van het kabinet of dit klopt en wat de reden is waarom juist voor deze vormgeving is gekozen. Het gat met de bijstandsgerechtigden wordt nog groter met deze novelle. Is het kabinet dat met ons eens?

Het voorlopige oordeel van mijn fractie over de novelle is als volgt. Wat betreft vergroening wordt er iets gerealiseerd, maar blijft dat toch erg mager. Daarnaast betreurt mijn fractie het denivellerende effect en de langzamere afbouw van de arbeidskorting voor de inkomens tot €125.000.

Ik loop het Belastingplan op een aantal onderdelen langs. De heer Backer vroeg mij net al hoe ik kijk naar de vergroening. Ik sta allereerst stil bij de klimaatconferentie in Parijs. Die conferentie heeft gelukkig een akkoord opgeleverd dat door alle landen is getekend. Dit is een buitengewoon belangrijke doorbraak. Dit akkoord houdt in dat er afscheid wordt genomen van de fossiele economie. Wanneer dat gaat plaatsvinden, is natuurlijk nog de grote discussie, maar men is het erover eens dat moet worden gestopt met fossiele brandstoffen. Ook staat in het akkoord dat een beperking van de opwarming tot maximaal 2°C niet voldoende is — ook dat is echt een belangrijke doorbraak — omdat die 2°C onacceptabele schade voor mens en natuur oplevert. Daarom moet worden ingezet op maximaal 1,5°C. Dit betekent dus ook dat Europa en Nederland meer maatregelen moeten nemen om het gebruik van fossiele brandstoffen terug te dringen en dat het tempo omhoog moet. We weten dat wat je elk jaar de atmosfeer in pompt, daar heel lang blijft zitten. Als de eenmalige 100 miljoen voor de energiebesparing de extra bijdrage is, vinden wij dat nogal zuinigjes. Dat is namelijk nog geen 2% van het grote bedrag van 5 miljard euro structurele lastenverlichting.

We zullen snel moeten stoppen met het opwekken van elektriciteit door middel van kolencentrales. Dat heeft ook de Tweede Kamer vastgelegd bij motie van D66, die werd gesteund door veel andere partijen, waaronder die van mij. Het kabinet geeft in de brief over de novelle aan dat het op korte termijn met een reactie op die motie komt en al tijdens deze kabinetsperiode de inzet van kolencentrales wil afbouwen. Heeft het akkoord in Parijs tot gevolg dat het kabinet met een concreet plan komt om het gebruik van kolen als brandstof op korte termijn stop te zetten? Zo ja, welke maatregelen zal het kabinet daartoe nemen? Ook de motie-Klaver c.s., waarin wordt gevraagd om extra maatregelen in 2016, vraagt om een snelle en adequate reactie.

Ik kom bij een aantal andere punten waarop het Belastingplan volgens ons tekortschiet. Met het klimaatakkoord in de hand is het echt niet meer te verdedigen dat de energieheffing voor grootverbruikers zo laag is in vergelijking tot de heffing die consumenten, maar ook het midden- en kleinbedrijf betalen. Ook de verslechtering die bij de behandeling in de Tweede Kamer in dit Belastingplan is gekomen, namelijk een vrijstelling voor de heffing op gas voor de mineralogische en metallurgische industrie, zou weer ongedaan gemaakt moeten worden. Is het kabinet bereid om stappen te zetten om de energieheffingen voor grootverbruikers geleidelijk te verhogen? Is het kabinet ook bereid om de opbrengst daarvan in te zetten voor de energie-investeringsaftrekregeling, zodat het aantrekkelijker wordt om te investeren in energiebesparing, juist voor bedrijven? Is het kabinet bereid om een deel in te zetten voor energiebesparende maatregelen in de woningen van grote woningcorporaties via de STEP-aanpak?

Er zitten natuurlijk een aantal positieve punten in deze vergroening, zoals de postcoderoos. Een ander positief punt is dat het lokale tarief op de zelfopgewekte duurzame energie naar 0 gaat. Dat zijn goede maatregelen die wij natuurlijk steunen, maar over het algemeen vinden wij het aan de magere kant, zeker gezien het enorme bedrag aan lastenverlichting dat vrijkomt.

De heer Van Strien i (PVV):

Ik zit al de hele tijd op het puntje van mijn stoel om naar voren te springen, maar ik kan dat natuurlijk niet de hele tijd doen. Nu kon ik het echter niet laten. De helft van het energieverbruik in de chemische industrie dat wij "energieverbruik" noemen, is non-energetisch verbruik van energiedragers, wat inhoudt dat koolwaterstoffen worden omgezet in andere koolwaterstoffen die geen "energiedrager" meer heten. In de statistiek wordt energie verbruikt, maar in de werkelijkheid blijft die energie gewoon aanwezig in de stoffen die de chemische industrie produceert. Is mevrouw Vos dat bekend? Vindt zij dat op dat soort verbruik van energiedragers belasting geheven moet worden?

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Eerlijk gezegd vind ik dit een interessante technische vraag, maar om daar nu een antwoord op te geven … Laten we daar eens goed naar kijken. Uiteraard moeten we altijd op een verstandige manier belasting heffen. Mijn pleidooi is dat over het algemeen de inzet van fossiele brandstoffen in het grote bedrijfsleven buitengewoon laag belast wordt terwijl wij als consumenten daar wel flink voor betalen. Laten we dat eens rechttrekken.

De heer Van Strien (PVV):

Het gaat over de helft van de koolwaterstoffen die gebruikt worden in de chemische industrie! Dat is niet zomaar een technisch vraagje. We hebben het over het belastingsysteem en over de helft van de koolwaterstoffen die in de chemische industrie gebruikt worden. Dat kun je niet zomaar afdoen met de reactie dat het een technisch vraagje is, waarover u zich vandaag geen zorgen maakt.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Laat ik de vraag dan beantwoorden. De inzet en het gebruik van energie, elektriciteit en gas moeten wat ons betreft veel hoger belast worden. Uw vraag ging veel meer over de inzet in de productie van materialen. Er zal goed moeten worden bekeken hoe die op een goede manier belast kan worden. Daar wil ik graag eens met u over doorpraten.

Voorzitter. Ik vraag het kabinet, naast het uitvoeren van mijn pleidooi om nu eens echt de grootverbruikers aan te pakken, of het bereid is om zich in Europa in te zetten voor een beter functionerende en effectievere emissierechtenmarkt. Al tijdens de Financiële Beschouwingen hadden wij daarover een aardig debat met de staatssecretaris. Is hij bereid om te erkennen dat die markt in feite niet werkt omdat er veel te veel rechten in die markt zitten? Enorme reserves worden niet gebruikt, maar zijn nog steeds ergens beschikbaar. Daardoor zijn de prijzen van CO2 veel te laag en hebben we in feite een systeem dat onvoldoende werkt. Is het kabinet bereid om te zeggen: "Dit systeem moet gaan werken, dus we willen versneld dat plafond omlaagbrengen en willen de emissierechten die we niet gebruiken uit de markt halen. We willen echt ervoor zorgen dat de prijs van CO2 fors omhooggaat."? Ik zou het interessant als de staatssecretaris daarop een reactie geeft.

Een volgend belangrijk punt waarbij wij ons afvragen waarom daar geen geld heen gaat, is het volgende. Alle gemeenten piepen en kraken op dit moment waar het gaat om de enorme hoeveelheid nieuwe taken die ze op hun bord krijgen rond de Participatiewet, rond zorg, rond welzijn, rond de Wmo en rond het passend onderwijs. Wethouders van vele steden en gemeenten hebben gezegd het gewoon niet te trekken. Als dat zo is, waarom besteden we dan niet een behoorlijk bedrag aan een fatsoenlijke invulling van al die belangrijke taken in het sociale domein voor burgers? Waarom zetten we niet een deel van de 5 miljard lastenverlichting daarvoor in? Waarom is daar niet voor gekozen? Dat zou ook een bijdrage betekenen aan het behoud van de werkgelegenheid in bijvoorbeeld de thuishulp. De overheid is door haar bezuinigingen de grootste banenvernietiger op het gebied van zorg, passend onderwijs en de Participatiewet. Wij vinden dat extra wrang voor de lager opgeleiden, die het al het buitengewoon moeilijk hebben op deze arbeidsmarkt. Waarom wordt er niet meer geïnvesteerd in het mogelijk maken van banen in de thuishulp?

Een ander belangrijk punt dat wij zouden willen benadrukken betreft de begroting van Ontwikkelingssamenwerking. Via een schriftelijke inbreng bij die begroting zullen we daarover overigens ook nog het een en ander zeggen. Mijn fractie vindt dat we daar gewoon tekortkomen. Het budget daalt en daalt en daalt. Het probleem is dat binnen dat dalende budget voor ontwikkelingssamenwerking, een steeds groter aandeel moet worden besteed aan de eerstejaarsopvang van asielzoekers. Wij vinden het van groot belang dat deze groep goed wordt opgevangen en goed wordt begeleid en dat er juist meer wordt geïnvesteerd in integratie. Maar waarom moet dat betaald worden uit het budget voor ontwikkelingssamenwerking? Langzamerhand blijft er steeds minder geld over voor de echt arme landen: nu ligt dat tussen 0,15% en 0,20%. Dat is ver beneden wat we in feite beschikbaar zouden moeten stellen voor de echt arme landen. Is het kabinet bereid om daar nogmaals naar te kijken en een andere oplossing te zoeken voor de bestedingen aan de eerstejaarsopvang van asielzoekers? Eerder heb ik al gezegd dat Duitsland het anders doet. Duitsland heeft gezegd: we hebben dit jaar een forse economische groei; we zetten een deel van dat geld in voor de opvang van asielzoekers en we laten dat niet allemaal ten koste gaan van ontwikkelingssamenwerking. Wat mijn fractie ook opvalt, is dat de klimaatfinanciering voor een groot deel uit het budget voor ontwikkelingssamenwerking wordt betaald.

Ik kom tot de inkomensverdeling. Wij vinden dat de lastenverlichting te veel bij de hogere inkomens terechtkomt, terwijl die het niet nodig hebben. Daarmee wordt de ontkoppeling tussen lonen en uitkeringen in feite verder aangescherpt, aangezien alleen werkenden profiteren van deze lastenverlichting. Wij zien niet in waarom de derde schijf verlengd moet worden en waarom het tarief van de derde schijf omlaaggaat. We horen graag van het kabinet welk maatschappelijk doel daarmee wordt gediend. Zou dat geld niet ten gunste moeten komen van de mensen met lage inkomens of van de mensen die in de bijstand zitten?

Ik wil nog een vraag stellen over de kinderopvang waarvoor nu 100 miljoen extra beschikbaar komt. Op zich is dat een zeer te verdedigen zaak, maar ons valt op dat dit geld alleen bedoeld is voor kinderen van ouders die beiden werken, terwijl er ook kinderen zijn van alleenstaande ouders, van ouders die niet beiden werken en van ouders zonder geld. Die kinderen zijn nu afhankelijk van de voorzieningen die de gemeente voor hen creëert. Dit betekent dat veel kinderen niet in staat zijn om naar een voorschool of peuterspeelvoorziening te gaan. Ziet het kabinet mogelijkheden om uit het budget van 100 miljoen extra ook voor deze groepen kinderen iets extra's te doen?

Ik kom tot een afsluiting. Ik ben al duidelijk geweest over het feit dat mijn fractie deze inzet van 5 miljard lastenverlichting niet kan billijken. Wij zien tal van maatschappelijke noden waarvoor geld beschikbaar zou moeten zijn. Wij zien te weinig vergroening en er is te weinig sprake van "eerlijk delen". Daarvoor zou meer aandacht moeten zijn. De novelle biedt in onze ogen ook te weinig verbetering. We horen graag het antwoord van het kabinet voordat wij tot een definitief oordeel komen.