Plenair Backer bij Voortzetting Algemene financiële beschouwingen en behandeling pakket Belastingplan 2018



Verslag van de vergadering van 12 december 2017 (2017/2018 nr. 12)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 14.09 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Backer i (D66):

Voorzitter. Namens dezelfde fractie neem ik het estafettestokje over en ook de reeds uitgesproken welkomstwoorden. Mijn fractie verwacht dat de bewindslieden Hoekstra en Snel afzonderlijk en tezamen in de beste traditie zullen handelen van de grote staatslieden die hen zijn voorgegaan op dit departement.

Voorzitter, u memoreerde net een plechtig moment van 1917. Dat was inderdaad de Pacificatie — dit regeerakkoord herbergt misschien ook wel een stukje pacificatie in zich — maar ik denk met het oog op het onderwerp van vandaag aan een ander belangrijk moment, in 1914, namelijk de Wijziging van de Wet op de Inkomstenbelasting onder leiding van minister — een van de grote staatslieden waarop ik doel — Willem Treub, sociaalliberaal van het eerste uur uit de school van Marchant, die zojuist werd genoemd. Er speelden toen ook andere dingen, de Eerste Wereldoorlog was uitgebroken, maar hij verankerde — dat is belangrijk, ook voor vandaag — het progressieve tarief in de inkomstenbelasting, allerminst omstreden op dat moment. Wie de moeite neemt om de Handelingen daarvan erop na te slaan — ik heb dat gedaan met hulp van de mensen van documentatie — dan zie je dat Treub op zeer eloquente en doortastende wijze die wetsvoorstellen door de Eerste Kamer heeft geloodst. Hij was ook de grondlegger, enige ironie, van de dividendbelasting.

Nu naar het pakket dat vandaag ter behandeling voorligt. Ik dank de bewindslieden voor de nota, de met vele tabellen uitgebreide bespiegelingen en de inzichtvolle cijfers. Ik dank ook de ambtelijke staf, ook voor de technische briefing. Uit tabel 1, die op verzoek van onze fractie is aangeleverd, wordt heel duidelijk gemaakt wat nu de keuzen van dit kabinet ten opzichte van de begroting-Dijsselbloem zijn geweest. Daaruit blijkt dat er in het regeerakkoord, waarvan slechts een deel in dit pakket is terechtgekomen, keuzen zijn gemaakt die wij zeer ondersteunen. De heer Rinnooy Kan sprak daar al over. Het is geven en nemen. Er zit een fiscale vergroeningsagenda in, maar er zit ook een verhoging van de btw en de afschaffing van de dividendbelasting in. Maar goed, die komen pas aan de orde, hoewel er al uitvoerig over is gesproken, als ze zijn ingediend. Ze zijn overigens wel meegenomen in de koopkrachteffecten en de verlaging van de kosten op arbeid.

Ik wil me nu concentreren op de Hillendiscussie. Om het even huiselijk te zeggen, dat heeft veel mensen bezorgd gemaakt. Daarom concentreer ik mij er nu op. Er zijn drie aspecten: waar gaat het voorstel over, waarom wordt het voorstel gedaan en waarom is de reactie erop zo heftig?

Om met het laatste te beginnen, dat kan mijn fractie alleen maar verklaren uit het gegeven dat alles rond het eigen huis gevoelig ligt, extra gevoelig omdat het onderdeel uitmaakt van de fiscale planning die mensen privé maken. De grootste investering die ze doen, is meestal in een huis. Maar ook uit het oude gezegde — dat is de politieke context ervan — “wie wind zaait, zal storm oogsten”. Diverse bewindslieden en lijsttrekkers, Wiegel, Van Agt, Lubbers, Kok, wilden aan de hypotheekrente niet tornen. Twee opeenvolgende lijsttrekkers, Balkenende en Rutte, later nog premier, hebben niet lang geleden nog elke aantasting onbespreekbaar genoemd. We zien wat er gebeurd is. De heer Van Rij heeft een opsomming gegeven, en het staat ook in de nota. Er is natuurlijk van alles gebeurd met de hypotheekrenteaftrek en de versobering daarvan. Indertijd kon de regeling van Hillen op brede steun rekenen, wat in die tijd ook wel logisch was, maar niet op de steun van de fracties van de SP, de Partij van de Arbeid en GroenLinks. Ik hoorde mevrouw Sent net ageren tegen dit voorstel, maar vind dat toch merkwaardig. U was tegen de invoering van het voorstel, maar bent nu voor behoud van het voorstel. U heeft dat aangekondigd met stoom en kokend water, maar hier is al heel uitvoerig over gedebatteerd.

Mevrouw Sent i (PvdA):

Ik zou het graag willen corrigeren. Ik heb niet geageerd tegen de uitfasering van de regeling-Hillen. Ik heb aangegeven dat wij daar voorstander van zijn, maar dat wij geen voorstander zijn van de onzorgvuldige behandeling van dit wetsvoorstel.

De heer Backer (D66):

Niemand is voorstander van onzorgvuldige behandeling, voorzitter. Maar dan had ik u niet goed begrepen. Ik dacht dat u uiteindelijk het voorstel niet kon billijken.

Waar gaat het voorstel over? Het wil eigenlijk geleidelijk, in 30 jaar, de toestand laten herleven die voor 2005 bestond, voor het fiscale voordeel van de Hillen-regeling. Er zijn eerdere, kleinere aanpassingen geweest, bijvoorbeeld van de maximale aflossingstermijn. Uiteindelijk is er na het lenteakkoord met de constructieve oppositie — ik kijk even naar mijn collega Ester hier ter rechterzijde — een heel principiële wijziging gekomen. Daarna is gezegd: we gaan alleen nog maar hypotheken faciliteren met een aftrek als er sprake is van een annuïtaire aflossing.

Voorzitter. Ik denk dat het te simpel is om in de discussie te zeggen dat huiseigenaren alleen maar aflossen omdat er een fiscale regeling voor bestaat. Er zijn tal van particuliere redenen om af te lossen: minder afhankelijkheid, meer koopkracht of inkomen en het gebruik van doelgebonden schenkingen voor aflossing. Dat zijn allemaal honorabele en en normale beslissingen die iedereen in het dagelijks leven neemt als hij daarvoor gesteld wordt. De Raad van State heeft in zijn advies bij dit wetsvoorstel gewezen op de oneigenlijke figuur die deze regeling geworden is na 2012, nadat de aflossingsnoodzaak er gekomen is, en kan de uitfasering billijken. Mede op basis daarvan is voor mijn fractie de rechtmatigheidsvraag in positieve zin beantwoord.

Het is wetgevingstechnisch buitengewoon overzichtelijk en beknopt, zeg ik nog even tegen mevrouw Sent. Er is ook nog een verlaging van het eigenwoningforfait van 0,75% naar 0,6% afgesproken. Daar hoor je ook niemand over, hoewel een van de collega’s er wel over gesproken heeft; vergeef me dat ik niet meer weet wie dat was. Naar mijn idee is het eigenlijk een regeling die niet helemaal past bij de richting die we ingaan. Ik vraag de staatssecretaris: waarom is daarvoor gekozen? Past dat eigenlijk wel in de overige voornemens? Want er komt een nog verdere versobering van het maximale tarief aan. Dat staat ook in het regeerakkoord.

Ik had net met collega Van Rij al een interruptiedebatje over het enorme budgettaire beslag dat de hypotheekrenteaftrek heeft. Dat kun je verschillend waarderen, maar wij zijn er zeer van geporteerd dat dit langzamerhand vermindert. Het is ook goed om ons te realiseren dat de bestaande hypotheekrenteaftrekregeling een voordeel is geweest waar generaties woningeigenaren van hebben kunnen profiteren. Dat geldt veel minder voor de jongeren. Er is dus ook een insiders- en outsidersproblematiek aan de hand. Het doet een beetje denken aan de discussie over de tweede pijler van het pensioen. Bovendien zou het beslag op de begroting ook nog gaan groeien. De getallen zijn in kaart gebracht, wat mij betreft heel helder. Die impact op de rijksbegroting weegt voor mijn fractie natuurlijk mee in de eindafweging.

Ik nader het eind van mijn betoog. Ik begrijp dat het voorstel uitvoerbaar is. In de Tweede Kamer is een motie-Snels aangenomen die oproept om te monitoren welke onvoorziene en onwenselijke consequenties voor groepen mensen zouden kunnen ontstaan. Dat biedt enig soelaas voor de zorgen die er zijn. Mijn fractie zou de staatssecretaris wel willen uitnodigen om betere of goede voorlichting over dit voorstel te geven.

Mevrouw Sent (PvdA):

Mag ik hieruit concluderen dat senator Backer die motie eigenlijk overbodig acht? Eerst hoor ik hem zeggen dat de effecten wat hem betreft helder in kaart zijn gebracht en dat het voorstel daarom op zijn steun kan rekenen, maar vervolgens hoor ik hem ook steun uitspreken voor de motie die in de Tweede Kamer is aangenomen. Daarin zie ik toch een tegenstrijdigheid.

De heer Backer (D66):

Ik krijg het pakket wetgeving zoals het er ligt, mét de motie Snels. Ik beoordeel die zaken die in het debat, ook aan de overkant, aan de orde zijn geweest: zorgen over koopkracht en zorgen over de effecten voor mensen die dit niet hebben voorzien. Ik denk dat dit samen een afgewogen geheel is en ik zal mijn fractie adviseren om dat te steunen.

Voorzitter, ten slotte nog twee andere punten. Die moet ik een beetje in blessuretijd afhandelen, als u mij dat toestaat.

De voorzitter:

De heer Rinnooy Kan heeft twee minuten korter gesproken, dus die minuten mag u van mij hebben.

De heer Backer (D66):

De collegialiteit in onze fractie gaat heel ver, voorzitter. Ik had dat even niet bijgehouden. Het komt mij heel goed uit. Dank.

Mijn eerste punt gaat over twee onderwerpen, namelijk de blockchaineconomie en de bitcoin. Ik ben bij 1914 begonnen, maar wil toch ook wel vooruitkijken. Dit zijn in toenemende mate elementen van speculatie geworden. Ik las dat er een digitale bankoverval is gepleegd. Ik moet me nog even voorstellen hoe dat precies gaat, maar er zijn kennelijk activa in omloop. Er worden ook futures verhandeld in Chicago. Het gaat dus kennelijk om geld. Ik heb twee vragen aan het kabinet. Is er enig financieel toezicht, of werkt u daaraan of gaat dat er komen? En wat zijn eigenlijk de fiscale aspecten? Zijn dit belastbare activa? Hoort het onder box 3? Als iemand een bankoverval pleegt, zou je denken dat er waarde is. En als er waarde is, denk ik dat de overheid, de Staat, daarvan mee kan profiteren.

Ten slotte grensarbeid. Mevrouw Sent sprak daar al over. Ik ben de laatste dagen vanuit allerlei uithoeken van het land benaderd, vanuit zowel Zeeuws-Vlaanderen als Twente als het Noorden, over de voorgenomen regeling onder artikel V uit de Overige fiscale maatregelen 2018, betrekking hebbend op de heffingskortingen. Die voorstellen kunnen een enorme impact hebben op de grensarbeid. We hebben het net gehad over consumenten, maar nu gaat het over grensarbeid. En zoals iemand die al jaren bezig is om de belemmeringen aan de grens op te heffen, het uitdrukte: Kafka woont aan de grens, want dit gaat precies in tegen de maatregelen waar we al jaren mee bezig zijn. Ik ben wel geïnteresseerd hoe dat zit. Is er in elk geval een impactassessment? Is er enig inzicht in hoe dit gaat werken? Zo niet: bezint eer ge begint. Het gaat pas in 2019 in. Laten we op dit punt even pas op de plaats maken, want we zijn op dit onderdeel nog niet overtuigd.

Verder kijk ik met belangstelling uit naar de antwoorden.

Mevrouw Sent (PvdA):

Graag vraag ik de heer Backer om te bevestigen dat hij een onderzoek naar de opties om deze ongewenste neveneffecten niet te krijgen, steunt.

De heer Backer (D66):

Ik heb daar net naar gevraagd, want ik begrijp dat het een nieuwe rompslomp meebrengt voor buitenlandse werknemers die hier arbeid uitvoeren. Daar is grote vraag naar nu de economie groeit. Het zou werknemers belemmeren om deel te nemen aan het Nederlandse arbeidsproces. Er is een praktisch probleem, er is een administratief probleem en er is een netto-nettoprobleem. Daarover zou ik dus graag de staatssecretaris willen horen.

Mevrouw Sent (PvdA):

Een kleine aanvulling: het levert niet alleen administratieve lasten op voor de buitenlandse werknemers, maar ook voor Nederlandse werkgevers en voor de Belastingdienst.

De heer Backer (D66):

Die hangen inderdaad samen.

Voorzitter, ik kijk uit naar de antwoorden.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Backer. Ik geef het woord aan mevrouw Vos.