Plenair Schalk bij behandeling Recht op een eerlijk proces



Verslag van de vergadering van 13 februari 2018 (2017/2018 nr. 19)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 16.43 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Schalk i (SGP):

Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Er zijn diverse aanduidingen van deze Kamer. Zo wordt dit wel de kamer van reflectie genoemd, maar ook wel de hoeder van de Grondwet. Welnu, als we vandaag iets aan die Grondwet willen veranderen dan is reflectie nodig. Immers, het is van belang om niet zomaar te morrelen aan de Grondwet. Er iets uithalen zou alleen moeten gebeuren als dat weloverwogen is en als duidelijk is wat de gevolgen zijn. Iets erin stoppen moet zorgvuldig en alleen als het echt nodig is. Althans, dat is de visie van de fractie van de SGP. Natuurlijk is het juist in deze kamer van reflectie nuttig om daarover na te denken en te spreken. Daarom de vraag wat de visie is van de minister van Binnenlandse Zaken op dit punt. Graag een reflectie van de minister.

Vandaag spreken we over het toevoegen aan de Grondwet van het recht op een eerlijk proces. Eigenlijk vreemd dat dit niet is opgenomen in de Grondwet, want het gaat hier om het verankeren van een concreet recht. Recht moet uitgevoerd worden, het recht moet zijn beloop hebben. Dat is een actieve manier van omgaan met recht en gerechtigheid. Dat doet mij denken aan die mooie Bijbelse uitdrukking: recht en gerechtigheid doen. Zoals u weet is de Bijbel — ik citeer — "door last van de hoog-mogende heren Staten-Generaal der Verenigde Nederlanden (...) uit de oorspronkelijke talen in onze Nederlandse taal getrouwelijk overgezet." Welnu, daar zijn kanttekeningen bijgevoegd, een soort uitleg bij die teksten. En wat blijkt nu? Bij "recht en gerechtigheid doen" staat genoteerd, ik citeer opnieuw: "Een manier van spreken dikwijls in de Heilige Schrift gebruikt, betekenende al wat goed en recht is, begrepen in de eerste en tweede tafel der wet — de tien geboden — tot het private of publieke leven behorende." Mooi. Privaat en publiek. Daar gaat onze Grondwet ook over.

Een eerlijk proces is een essentieel element in onze rechtsstaat en daarom verdient de waarborging van een eerlijk proces ook een plaats in onze Grondwet. Zeker, een dergelijk recht is al opgenomen in het EVRM, maar bij een zo duidelijk recht is het toch vreemd om te moeten verwijzen naar internationale verdragen. Het recht op een eerlijk proces is ook wel te destilleren uit de Nederlandse wetgeving, maar gelet op de aard van dit grondrecht zou dit ook moeten worden vastgelegd in de Nederlandse Grondwet, temeer nu dit recht wordt verruimd ten opzichte van het EVRM en ook zal gaan gelden in zaken over de toelating en uitzetting van vreemdelingen, belastingzaken en ambtenarenzaken. Kortom, dit voegt een wezenlijk en concreet element toe aan de Grondwet.

Voorzitter. Eerlijk gezegd knipperde ik wel even met mijn ogen toen ik het wetsvoorstel in eerste instantie langs zag komen. Recht op een eerlijk proces is toch logisch, zeker in een rechtsstaat? Maar blijkbaar zien wij, beperkte mensen, af en toe nog zaken over het hoofd. Reden temeer om nog even na te denken of er nog meer nog meer essentiële punten gemist worden in de Grondwet. In dat kader heb ik nog wel een vraag aan de minister. In het EVRM is niet alleen het recht op een eerlijk proces geborgd, maar ook het recht op leven. Dat is ook verankerd in het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Is de minister het met mij eens dat het te overwegen valt om ook het recht op leven, naar analogie van het recht op een eerlijk proces, in de Grondwet op te nemen? Is de minister bereid hier stappen in te ondernemen?

Mevrouw de voorzitter, ik zie uit naar de reactie van de minister. Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Schalk. Ik geef het woord aan mevrouw Duthler.