Verslag van de vergadering van 5 maart 2019 (2018/2019 nr. 20)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 15.18 uur
Mevrouw Fiers i (PvdA):
Voorzitter. Graag wil ook ik beginnen met complimenten aan de indieners van dit initiatiefvoorstel. Volksvertegenwoordigers die voorstellen doen voor verandering en niet wachten op actie van het kabinet verdienen volgens de PvdA-fractie waardering. Deze proactieve aanpak vergroot de herkenbaarheid en vertegenwoordigende rol van de politiek.
Om te beginnen even wat feiten op een rijtje. Ik heb jaren in de zorg gewerkt, maar ik was bij de voorbereiding van dit wetsvoorstel toch wat verrast door de grote aantallen. Nederland kent volgens het onderzoek getiteld Worden wie je bent van het Sociaal en Cultureel Planbureau ongeveer 50.000 transgenderpersonen en 85.000 mensen met een intersekseconditie. We hebben het dus over een aanzienlijke groep mensen. Interseksepersonen zijn mensen die geboren zijn met zowel mannelijke als vrouwelijke kenmerken. Het zijn baby's met bijvoorbeeld zowel eierstokken als een penis. Een transgender voelt zich van het andere geslacht. Twee totaal verschillende groepen dus, maar beide met een enorme impact op het leven van mensen.
Volgens het SCP-onderzoek getiteld Opvattingen over seksuele en genderdiversiteit in Nederland en Europa van mei 2018, vindt 20% van de Nederlandse bevolking dat er iets mis is met mensen die zich geen man of vrouw voelen. Dit leidt tot maatschappelijke uitsluiting, pesten en discriminatie en dat uit zich op veel verschillende manieren. Deze groep is ook vaker arbeidsongeschikt en de werkloosheid is forser dan gemiddeld.
Op 20 november 2018 kwam het Transgender Netwerk Nederland met het onderzoek getiteld Overal op je hoede, waarin het constateert dat transgenderpersonen in Nederland zeven keer zo vaak mishandeld of bedreigd worden en tien keer zo vaak slachtoffer zijn van cyberpesten. Uit het onderzoek van het SCP "Opvattingen over seksuele en genderdiversiteit in Nederland en Europa" blijkt dat de overgrote meerderheid (87%) van de transgenders geen klacht indient of aangifte doet over hun negatieve ervaring. Ook degenen die een ernstig incident meemaakten, zoals bedreiging, seksuele intimidatie of zelfs fysiek geweld, deden geen melding of aangifte. Van hen stapte slechts 6% naar de politie en 6% wendde zich tot een antidiscriminatievoorziening.
Maar het gaat hier niet alleen om cijfers, maar over mensen. En dan zeggen beelden soms meer dan woorden. Zo laat de bekroonde film Girl — ik weet niet of iedereen die heeft gezien — van de Belgische regisseur Lukas Dhont, het confronterende en ontroerende verhaal zien van de vijftienjarige Lara, die carrière wil maken als ballerina. Los van de kritiek die je ook op deze film kunt hebben, geeft het een inkijkje in de leefwereld, de wereld achter alle cijfers.
De initiatiefnemers stellen — het is daar al vaak over gegaan in de diverse bijdragen — samen met de Raad van State dat het puur juridisch bekeken niet nodig is om de Wet gelijke behandeling aan te passen. De initiatiefnemers willen de wet op het onderdeel "geslacht" verduidelijken en zien de wet als een aanjager van de emancipatie en acceptatie van transgenders en interseksepersonen.
De PvdA-fractie is samen met een aantal andere fracties — ik heb die al horen spreken — benieuwd hoe de initiatiefnemers en de regering die brede emancipatiebeweging verder willen stimuleren. Zoals al eerder gezegd: een aanpassing van een wet is immers geen garantie. Graag een reactie van beiden.
Tot slot vraagt mijn fractie aandacht voor de correctieve operaties van interseksepersonen. Wij zijn met de initiatiefnemers van mening dat intersekse geen medisch probleem is, maar een natuurlijk feit. Promovendus Margriet van Heesch constateert in 2015 dat deze operaties, zonder medische aanleiding, op zeer jonge leeftijd nog steeds plaatsvinden in Nederland. Van Heesch beveelt aan om medisch ingrijpen waarvoor geen directe pathologische noodzaak is, uit te stellen tot de personen in kwestie zelf mee kunnen beslissen. Maar te lang uitstellen heeft ook nadelen. Waar vroeger de neiging misschien was om gendertransities zo lang mogelijk uit te stellen, omdat de wens wellicht zou verdwijnen, is tegenwoordig steeds vaker de opvatting dat het technisch gezien juist goed is om er vroeger mee te beginnen, voor de lichamelijke veranderingen tijdens de puberteit, omdat steeds vaker blijkt dat de wens niet verdwijnt. De vraag aan de initiatiefnemers en de regering is dus hoe zij aankijken tegen medisch ingrijpen bij minderjarige intersekse en transgenderpersonen. Is er aanleiding om de Gezondheidsraad om advies te vragen?
Ik kom tot een afronding. De PvdA-fractie ziet deze wetswijziging als een belangrijke stap voor de emancipatie van interseksepersonen en transgenders. Maar we realiseren ons dat dit met één wetswijziging niet te realiseren is. We kijken dus zeer uit naar de vervolgstappen die worden gezet. Voor nu zien we uit naar de antwoorden van de initiatiefnemers en de regering op onze vragen.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Fiers. Ik geef het woord aan de heer Schouwenaar.