Plenair Otten bij behandeling Machtigingswet oprichting Invest-NL



Verslag van de vergadering van 12 november 2019 (2019/2020 nr. 6)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 19.36 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Otten i (Fractie-Otten):

Voorzitter. Ik heb dit debat aangevraagd omdat ik meteen al helemaal geen goed gevoel had over de Machtigingswet Invest-NL. Weer een speeltje voor politici om geld uit te delen, dacht ik. We hebben bij het Waddenfonds gezien hoe dat in zijn werk gaat. De snelle benoeming van Wouter Bos vond ik ook een teken aan de wand.

Voorzitter. Ik ben vandaag geschrokken van dit debat. De situatie is nog veel erger dan ik al dacht. Aanbevelingen van de Raad van State worden gewoon niet opgevolgd. Een duidelijke definitie van "marktfalen" hebben we ook vandaag niet van het kabinet gehoord. Controle door de Rekenkamer is niet adequaat geregeld. Deze wet is in feite een vrijbrief voor het bestuur van Invest-NL om te doen waar het zelf zin in heeft.

Het meest geschrokken is onze fractie van de conceptovereenkomst tussen de Staat en Invest-NL. Ik ben in het verleden zelf betrokken geweest bij het tot stand komen van dergelijke overeenkomsten tussen de Staat en staatsdeelnemingen, en ik schrok echt toen ik zag wat hier geproduceerd is. 2,5 miljard belastinggeld wordt geïnvesteerd op basis van een vaag A4'tje met investeringscriteria die blijkbaar op een achternamiddag ergens zijn bedacht. Ik schrok er echt van. Het is nog niet eerder vertoond; ik heb het zo in ieder geval nog niet vaak gezien.

Ik moest denken aan de heer Rosenmöller, die tijdens de Algemene Beschouwingen een terecht punt aan de orde stelde. Hij vroeg: waar was de Eerste Kamer bij de PAS-wetgeving? Hoe is dat allemaal hier door de Eerste Kamer gekomen? Ik vond dat op dat moment een goede vraag van de heer Rosenmöller. Ik vraag mij ook af waarom de politiek niet van haar fouten leert. Ik zie dat nu dezelfde fouten worden gemaakt. De kwaliteit van deze machtigingswet en met name de aanvullende overeenkomst kan de toets der kritiek niet doorstaan.

Het moge duidelijk zijn dat wij als fractie tegen de Machtigingswet Invest-NL zijn. Ik ben realistisch genoeg om te zien dat er ook fracties desalniettemin voor zullen stemmen. Daarom dien ik twee moties in. De eerste motie is gericht op het intrekken van de machtigingswet. Mocht dat niet tot de mogelijkheden behoren, dan heb ik een motie om de stemming aan te houden totdat er een goede, degelijke, deugdelijke aanvullende overeenkomst tussen de Staat en Invest-NL is gesloten. Ik overhandig de moties aan de voorzitter.

De voorzitter:

Door de leden Otten, De Vries en Rookmaker wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de Raad van State heeft geadviseerd dat het instrument van een aanvullende overeenkomst geen geschikt instrument is om tot nadere taakafbakening voor lnvest-NL te komen;

overwegende dat het huidige concept van de aanvullende overeenkomst voor de regulering van de taken van lnvest-NL juridisch volstrekt ontoereikend is en veel te summiere algemene vage investeringscriteria bevat, hetgeen geen recht doet aan de voorgenomen investering van 2,5 miljard euro;

overwegende dat ook de democratische controle op lnvest-NL niet adequaat geregeld is;

overwegende dat de controlemogelijkheden van de Algemene Rekenkamer onvoldoende geregeld zijn in de machtigingswet;

verzoekt de regering de Machtigingswet oprichting lnvest-NL in te trekken,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt letter J (35123).

Door de leden Otten, De Vries en Rookmaker wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de kwaliteit van de huidige wetgeving van de Machtigingswet oprichting lnvest-NL in het debat met de minister van EZK en de minister van Financiën onvoldoende is gebleken;

overwegende dat de Raad van State heeft geadviseerd dat een aanvullende overeenkomst geen geschikt instrument is om tot nadere afbakening te komen van de taken van lnvest-NL;

overwegende dat het huidige concept van de aanvullende overeenkomst "Ontwerp voor een overeenkomst tussen Staat en lnvest-NL" volstrekt onvoldoende basis vormt voor een investering van 2,5 miljard euro belastinggeld in lnvest-NL;

verzoekt de regering eerst een aanvaardbare aanvullende overeenkomst te concipiëren en met Invest NL overeen te komen en de behandeling van de Machtigingswet oprichting lnvest-NL in de Eerste Kamer aan te houden tot het moment dat er naar het oordeel van de Kamer een bevredigende aanvullende overeenkomst is gesloten,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt letter K (35123).

Dank u wel, meneer Otten. Ik geef graag het woord aan mevrouw Sent.