Verslag van de vergadering van 26 mei 2020 (2019/2020 nr. 28)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 13.49 uur
Mevrouw Oomen-Ruijten i (CDA):
Voorzitter, soms is het een gewoontegebaar — dat hangt samen met mijn lengte — om die microfoon meteen vast te pakken, maar ik doe het nu niet.
Voorzitter. We hadden een goed debat vorige week: we hebben standpunten gewisseld en meningen te berde gebracht. Vervolgens is er een brief van de staatssecretaris gekomen, waarin zij ingaat op de moties en ook op de uitvoering daarvan. Nu al kunnen studeren met een Wajong-uitkering. De twaalfmaandengarantie. Je houdt wat je hebt tot je pensioen als je op hetzelfde niveau blijft. Maar de zorg van ons allen was dat die twaalf maanden in deze coronatijd wellicht te kort zijn, omdat de arbeidsmarkt er nu anders uitziet. U gaat het monitoren en volgend jaar gaat u aanpassingen doen als dat nodig is. Tegen mevrouw Sent zeg ik nog eens: ook voor de groep die geen garantie kreeg, maar de verwachting had in aanmerking te komen voor de verlengde werkregeling, waarmee ze recht zouden krijgen op wml, heb ik gevraagd om voor 2021, 2022 en 2023 iets te doen. Precies die drie jaren heb ik genoemd. Ik vraag mevrouw Sent om dat nog eens na te kijken.
Ten aanzien van de toezeggingen gedaan in de brief stel ik vast dat de reflectie van dit huis de nodige beweging heeft gebracht in dit voorstel van wet, waarover we straks zullen stemmen. Daarvoor dank ik niet alleen mijn collega's, maar ook de staatssecretaris.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Oomen. Dan is het woord aan de heer De Vries.