Verslag van de vergadering van 25 mei 2021 (2020/2021 nr. 38)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 22.37 uur
Mevrouw Kluit i (GroenLinks):
Dank, voorzitter. Dank aan de ministers voor hun lange zit hier. Ik noem eerst een aantal toezeggingen die ik graag bevestigd wil zien en vervolgens heb ik twee vragen.
Allereerst dank voor de toezegging dat de automatische koppeling tussen de Twm en de testwet eruit wordt gehaald en dat we dus niet een hele volledige Twm hebben als we door willen gaan met het testen in het najaar.
Dank ook voor de toezegging aan de heer Verkerk dat regionale spreiding van maatregelen mogelijk is. Ik had daar een vraag over, maar die werd al beantwoord. Het is mooi dat daarnaar gekeken gaat worden en dat die spreiding ingezet gaat worden als dat kan.
Dank ook voor de toezegging om een aan-en-uitknop te maken waarmee duidelijk wordt op welke momenten er sprake kan zijn van toegangsbewijzen bij niet-essentiële sectoren. We begrijpen dat we daar nu met 100.000 besmettingen aan voldoen, maar we vinden het ook heel belangrijk dat dit specifiek wordt. Dus de motie met D66 laten we staan, maar dat is een aanmoedigingsmotie om te zorgen dat dit goed op orde komt.
Dank ook voor de toezegging, want zo heb ik het gehoord, dat er geen toegangstesten komen als een organisatie de 1,5 meter kan aanhouden. Wij zullen de minister hier kritisch op volgen. We krijgen daar een brief over. Er is nu nog niet bekend wat er gaat gebeuren, maar ik verwacht dat er geen musea, cafés of doorstroomlocaties in staan. Ik heb daar nog wel een vraag over. Als je de 1,5 meter aanhoudt als instelling of organisatie, kom je nog wel in stap 4 de groepsgroottes tegen. Ik snap de logica daar niet helemaal meer van. We zijn ingeënt — de aantallen nemen toe — de 1,5 meter wordt aangehouden en dus zou het besmettingsrisico laag moeten zijn. Dus wij zouden graag horen dat die groepsgrootte losgelaten wordt vanaf stap 4.
En dan … Ik moet het even lezen. Ik snap dat het complex is — overigens ook zoals ik het opgeschreven heb. We doen net alsof de testen die we doen in de testinfrastructuur een grotere betrouwbaarheid hebben dan een zelftest. Strikt genomen kan dat ook zo zijn als je de ene met de andere test vergelijkt. Je kunt de frauduleuze handelingen beter voorspellen als iemand ergens naartoe gaat. Tegelijkertijd is er wel een bepaald punt waarop dat kantelt. Als mensen niet naar een testcentrum gaan en als er niet gehandhaafd wordt, en ze zomaar een café of restaurant kunnen inlopen, ontstaat daar openheid. Als je laagdrempelige testen toestaat, heb je kans dat meer mensen testen dan wanneer je hoogdrempelig kwalitatief goede testen toelaat. Ik wil de minister vragen om daarnaar te kijken in het plan van aanpak voor de zelftesten. Waar zit nou dat punt dat je zelftesten op slecht bereikbare locaties kunt inzetten zonder dat je daar enorme extra risico's op binnenhaalt? En dat is omdat ik in deze teststructuur zie dat grote groepen mensen hier niet goed aan mee kunnen doen.
Met deze condities vinden wij dit nog steeds geen geweldige wet, maar wij vinden het heel goed dat toegangstesten mogelijk worden gemaakt. Ik zal mijn fractie adviseren om het voorstel te steunen.
Dank.
De voorzitter:
Dank u wel. Dan geef ik het woord aan de heer Janssen van de SP-fractie.