Verslag van de vergadering van 18 januari 2022 (2021/2022 nr. 13)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 19.47 uur
De heer Ton van Kesteren i (PVV):
Dank u wel, voorzitter. Ik wil de staatssecretaris danken voor de beantwoording van de gestelde vragen. Ik vond haar debuut verfrissend. Maar nu naar de reflectie.
Voorzitter. De voorgenomen uitgave voor deze Rembrandt is disproportioneel. Het bedrag is disproportioneel omdat het in geen verhouding staat tot de bedragen die worden uitgegeven aan kunst en cultuur, aan sociaal-maatschappelijke noden, aan bijvoorbeeld zzp'ers die in deze sector werkzaam zijn. Ik noemde als voorbeeld ook de duizenden Groningers die gedupeerd zijn door de gaswinning, die met 53.000 in aantal tevergeefs een beroep deden op een vergelijkbaar bedrag om hun huis te verbeteren. Het bedrag is disproportioneel omdat het een overspannen markt en een opdrijvend effect in de hand werkt, met name wat betreft vergelijkbare kunstwerken die we vanwege het Nederlands cultureel erfgoed in de toekomst aan zouden willen schaffen of aan willen kopen.
Afsluitend heb ik nog een tweetal vragen voor de staatssecretaris. Hoe staat de staatssecretaris tegenover de suggestie om de exclusiviteitsclausule te laten verlopen, opdat alles nog eens rustig op een rij kan worden gezet? Dat doet dan ook recht aan de scepsis zoals in deze Kamer uitgesproken. Wellicht levert dat ook weer een nieuwe en betere onderhandelingspositie op voor de Staat. Graag zou ik de visie van de staatssecretaris hierop willen horen.
De tweede vraag, tot slot. Koning Willem II was een gepassioneerd kunstverzamelaar, die alles kocht wat los en vast zat, waaronder ook een respectabel aantal Rembrandts. Deze aankopen waren een aanslag op de schatkist. Na zijn dood werd veel van deze kunst dan ook weer verkocht, zodat veel cultureel erfgoed weer uit ons land verdween. De staatssecretaris merkte in haar beantwoording van de vragen op dat eenmaal verworven kunst, zoals deze Rembrandt, nooit meer zal worden verkocht. Mijn vraag aan de staatssecretaris is: zijn die garanties überhaupt wel te geven, gelet op het voorbeeld dat ik hier net gaf? Is daar überhaupt een garantie voor te geven? Ik betwijfel het.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Kesteren. Dan geef ik nu het woord aan de heer Pijlman namens de fractie van D66.