Verslag van de vergadering van 22 februari 2022 (2021/2022 nr. 19)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 13.41 uur
Mevrouw Huizinga-Heringa i (ChristenUnie):
Voorzitter. Ook mijn fractie heeft een stemverklaring over alle moties. De moties op D, E en G spreken alle drie uit dat te allen tijde aan de koppeling van de AOW aan het minimumloon moet worden vastgehouden. Mijn fractie zal deze moties niet steunen. We vinden ze nu te vroeg. Op het moment dat wetgeving rond de verhoging van het minimumloon in de Eerste Kamer wordt behandeld, zal mijn fractie dat voorstel kritisch bekijken en het dan beoordelen op de bekende trits waarop wij de wetten beoordelen in de Eerste Kamer, met name op de proportionaliteit.
De motie op F over de hervorming van het stelsel van de jeugdzorg: mijn fractie zal deze motie niet steunen. Wij roepen het kabinet op om alles in het werk te stellen om rond de jeugdzorg het overleg met de gemeenten te herstellen en om zich een betrouwbare partner te tonen, maar deze motie schrapt een ingeboekte bezuiniging van 500 miljoen zonder daarvoor dekking te bieden. Daar kan mijn fractie niet in meegaan.
De moties op H en O over het compenseren van studenten die nadelen ondervinden van het leenstelsel: ook deze moties zal mijn fractie niet steunen. Ieder nieuw stelsel levert pech- en geluksvogels op. Dat is niet te voorkomen. Maar ook hier geldt dat tegen de tijd dat de plannen voor een ander bekostigingsstelsel bij de Eerste Kamer behandeld worden, wij de compensatieregelingen kritisch zullen beoordelen.
Dan is er de motie op J van mevrouw Faber. Wanneer er nog plaats is in deze kleine zaal voor een vlag zonder dat de griffier zijn benen erover breekt, zal ik maar zeggen, dan zijn wij daar niet tegen. Maar wij zouden het nog meer van harte voorstellen wanneer er ook een Europese vlag in deze Kamer geplaatst zou worden.
De voorzitter:
Dat zou weer een andere motie vergen.
Mevrouw Huizinga-Heringa (ChristenUnie):
Dat zou een andere motie vergen, maar ik maak de opmerking.
De motie op P vraagt de regering wetgeving in te trekken, in dit geval wetgeving die de Tweede Kamer al heeft behandeld. Mijn fractie is geen voorstander van moties die de regering oproepen om wetgeving in te trekken. Wat mijn fractie betreft is het onze taak om wetsvoorstellen te behandelen. Elke fractie kan dan voor of tegen het wetsvoorstel stemmen.
Dan dacht ik dat er nog een motie was. De motie op Q van de heer Otten vraagt om uitvoering te geven aan een eerdere motie. De frustratie van de heer Otten is begrijpelijk. Toch steunen wij de motie niet. Wij willen voorkomen dat één motie gaat leiden tot een reeks moties die uiteindelijk geen van alle meer serieus worden genomen. Wij zouden de betreffende minister wel willen rappelleren naar aanleiding van de motie uit 2019.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Huizinga. Ik lees in de motie overigens niks over de afmetingen van de vlag, dus ik behoud me alle rechten voor. Zijn er hier op links nog stemverklaringen? Dat is de heer Otten. Gaat uw gang.