Verslag van de vergadering van 11 juli 2022 (2021/2022 nr. 37)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 21.58 uur
De heer Beukering i (Fractie-Nanninga):
Voorzitter. Ik wil beginnen met een woord van dank aan de minister. Het was een hele toer, het was een lange dag, en goed gedaan. Dank u wel. We kijken terug op een levendige eerste termijn. We hebben een bijzondere dag samen beleefd. Terugkijkend kom ik tot een paar voorlopige conclusies.
Ik denk dat ik gelijk heb als ik zeg dat we hier geen moeite hebben met het strategisch partnerschap en dat we daar een klap op gaan geven. Het gaat vandaag echt om het investeringsgedeelte, het ICS, het gemengd comité, de commissies en het arbitragehof. Daar is terecht veel over gesproken. De handelsvoordelen zijn ook niet betwist. Dus dat is ook fijn. De handelspartner Canada is ook geen probleem gebleken. Dus dat is ook goed. Wat ook duidelijk is geworden en wat mijn fractie nog steeds duidelijk wil aangeven is dat Nederland geen extra geschillenregeling nodig heeft. Wij denken dat het Nederlandse recht voldoende waarborgen geeft. Het schuurt met de bevoegdheden die worden overgedragen. Daarom nog een korte vraag aan de minister. Als dat allemaal niet waar zou zijn, waarom behandelen wij het hier dan vandaag? Waarom wordt het handelsverdrag met Canada in dit huis behandeld en niet het handelsverdrag met Vietnam, Singapore en noem ze allemaal maar op? Dat heeft alles te maken met het ICS. Daarom heeft het Hof ook gezegd: dat raakt jullie Grondwet wel degelijk.
Dan mijn laatste korte vraag. De minister heeft duidelijk uitgelegd dat als er aanbevelingen komen van de technische commissies, die uiteindelijk in de Raad zullen worden behandeld. De vraag is: hebben wij daarbij vetorecht of wordt daarbij met een normale meerderheid besloten?
Afsluitend, voorzitter. Wij vragen de regering: vraag Brussel om te heronderhandelen. Laat ICS eruit. Doe het net zoals bij het handelsverdrag met Singapore. Het is allemaal niet voor niets behandeld. Er wordt een parallel rechtssysteem gecreëerd. Daarom zullen wij de motie van twee derde van de rechtse meerderheid overeind houden. Wij vragen u allen om daarvoor te stemmen.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Beukering. Dan is het woord aan de heer Otten.