Verslag van de vergadering van 11 juli 2022 (2021/2022 nr. 37)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 21.31 uur
De heer Van Ballekom i (VVD):
Voorzitter. Ik dank mevrouw de minister voor de beantwoording van de vragen. Ik hoop overigens dat de heer Backer nog enige uren met zijn familie mag doorbrengen tijdens zijn verjaardag, maar ik vrees het ergste.
Het democratisch tot stand gekomen CETA-verdrag is geen verdrag ten voordele van de multinationals. Het is een verdrag met voordelen voor het midden- en kleinbedrijf en de agrarische sector. Aantoonbaar heeft de ervaring van de afgelopen vijf jaar ons geleerd dat dat zo is. Het is geen verdrag waarbij Europese normen worden ondermijnd, en er is geen sprake van oneigenlijke concurrentie maar van een level playing field.
Terecht is de nadruk gelegd op de effecten buiten de directe handel. De huidige internationale omstandigheden vragen een versterking van de relaties tussen de Europese Unie en Canada en ook tussen Nederland en Canada. En nogmaals, ik daag iedereen uit die onderbouwd bewijs kan aanleveren dat bilateralisme en protectionisme de klimaatdoelstellingen en de economische uitdagingen van deze tijd beter adresseren dan multilateralisme. Het gaat niet alleen over goederen, maar ook over diensten, innovatie, verbetering van duurzaamheid en afspraken over consumentenbescherming, arbeidsomstandigheden en dierenwelzijn. Het niet accorderen brengt deze doelstellingen niet dichterbij, integendeel. Bij het niet accorderen vallen we terug op het slechtere ISDS-systeem, en dat is een achteruitgang. ICS heeft niets te maken met soevereiniteitsoverdracht. Met alle respect hecht ik meer waarde aan hofuitspraken in Luxemburg en aan adviezen van de Raad van State dan aan de visie van collega's Beukering, Faber of Otten.
Als we voor dit verdrag stemmen, stemmen we niet tegen het belang van de bevolking ten gunste van het grootbedrijf, integendeel. Als we voor dit verdrag stemmen, wil dat niet zeggen dat we niet denken aan de toekomst van onze kinderen, waar mevrouw Karimi de dag mee opende, integendeel. De moral high ground is niet een monopolie van bepaalde partijen.
Ten slotte. Niet accorderen betekent ook dat Nederland zijn naam van betrouwbare internationale partner bezoedelt. We slaan een modderfiguur. Vandaar dat ik mijn fractie vol overtuiging voor het CETA-verdrag zal laten stemmen, als zij daarmee instemt, maar gaat u daar maar van uit. Het is een partnerschapsakkoord; daar gaan we zeker voor stemmen. Dat is ook niet in mijn interventie aan de orde gesteld.
Ik dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Ballekom. Dan is het woord aan de heer Koole.