Verslag van de vergadering van 4 oktober 2022 (2022/2023 nr. 2)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 16.28 uur
Mevrouw Bezaan i (PVV):
Dank u wel, voorzitter. Het is al eerder gezegd, maar vandaag bespreken we het wetsvoorstel dat moet resulteren in een uitbreiding van het huidige taakstrafverbod naar elke vorm van fysiek geweld tegen personen met een publieke taak die zich bezighouden met de handhaving van de orde of veiligheid. Dan moet gedacht worden aan onder andere personeel in het openbaar vervoer, de zorgsector, de brandweer, boa's en agenten.
Voorzitter, ik zal het kort houden. Waar de PVV zich in verreweg de meeste gevallen absoluut niet kan vinden in het gevoerde regeringsbeleid, kijkt onze fractie positief naar dit wetsvoorstel. Waarom? In het kader van tranentrekkende voorbeelden die vandaag eerder zijn benoemd, hierom. Nog geen anderhalve week geleden werd in de Schilderswijk hier in Den Haag een agente mishandeld na afloop van een voetbalwedstrijd. Eind augustus was het raak in Zwolle. Daar werd een boa mishandeld tijdens een straatfestival. In Rotterdam raakte een agent flink gewond aan zijn gezicht toen hij werd meegesleurd door een automobilist die weigerde een blaastest te doen. Een treinconducteur werd mishandeld, beroofd en bespuugd. In Roosendaal werd een agent in het gezicht geschopt bij een arrestatie op het station. In Zoetermeer werd een groep van vijf boa's belaagd toen zij een stilstaand voertuig wilden controleren. In juli raakten drie agenten gewond nadat zij een auto wilden controleren na een vechtpartij. In juni werd een agent in het gezicht geslagen bij het in beslag nemen van een scooter. Ik denk niet dat dit een tik met de vlakke hand is geweest, want de desbetreffende agent is afgevoerd naar het ziekenhuis. Zo kan ik wel even doorgaan, voorzitter.
De heer Janssen i (SP):
Mijn vraag aan mevrouw Bezaan is of ze ook het voorbeeld van de heer Dittrich even wil meenemen in deze opsomming, als zij tot een conclusie gaat komen. Ik bedoel het voorbeeld van de boeren met geweld tegen de politie. Misschien wil zij dat ook meenemen in deze opsomming.
Mevrouw Bezaan (PVV):
Volgens mij heeft de heer Dittrich dat zelf al gedaan, dus waarom zou ik dat doen? Ik ga over mijn eigen woorden, dacht ik.
De heer Janssen (SP):
Zeker, maar ik vraag mevrouw Bezaan of zij … Laat ik het heel concreet vragen. Vindt zij, zoals mevrouw Nanninga er heel helder over was, dat het geweld door de boeren tegen de politie ook gestraft moet worden met gevangenisstraf?
Mevrouw Bezaan (PVV):
Ik sluit mij aan bij de woorden van mevrouw Nanninga dat geweld altijd … Bent u nu blij dat ik dit heb gezegd? Ik bedoel, het is maar een …
De heer Janssen (SP):
Ik begrijp de toon van mevrouw Bezaan niet helemaal. Het was gewoon een vraag om te weten of zij dit consequent doorzet of niet. Zij zegt: ja, dit trek ik consequent door. Dan is het helder. Meer dan dat was het niet.
Mevrouw Bezaan (PVV):
Ik ben blij dat u blij bent.
De voorzitter:
Dit was geen vraag meer. Mevrouw Bezaan vervolgt.
Mevrouw Bezaan (PVV):
Dank u wel, voorzitter. De PVV is altijd glashelder geweest. Je blijft met je handen van hulpverleners af. Geweld tegen hen moet zonder uitzondering worden bestraft met een gevangenisstraf. Want niet alleen is geweld een aantasting van iemands lichaam en de persoonlijke levenssfeer, in het geval van geweld tegen hulpverleners komt daar ook nog eens bij dat het veiligheidsgevoel van de maatschappij in het geding komt.
Voorzitter. In aanloop naar deze behandeling heeft onze fractie meerdere vragen gesteld aan de minister van Justitie en Veiligheid, waaronder de vraag of een evaluatie van het wetsvoorstel eerder zou kunnen dan vijf jaar na inwerkingtreding. Uit het antwoord van de minister blijkt dat dit niet mogelijk is, maar dat wel kan worden voorzien in een zogenaamde invoeringstoets na een termijn van een jaar, om de eerste effecten van het voorstel in kaart te brengen. De PVV-fractie vat dit op als een toezegging, waarvoor dank, en kan daarmee instemmen.
Voorzitter, ik ga afronden. Het voorliggende wetsvoorstel is een flinke verbetering ten opzichte van de huidige situatie. Had dit wetsvoorstel eerder gemogen? Absoluut. De PVV heeft zich al jarenlang hard gemaakt om het taakstrafverbod aan te passen, maar beter laat dan nooit. Het zal u dan ook niet verbazen dat de PVV-fractie voor dit wetsvoorstel zal stemmen.
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
De heer Dittrich heeft denk ik nog een vraag in uw richting.
De heer Dittrich i (D66):
Dat klopt, voorzitter. Toch nog eventjes terug naar de boeren. We hebben in de krant kunnen lezen dat de rechter boeren veroordeeld heeft tot een taakstraf en daaraan gekoppeld een voorwaardelijke gevangenisstraf. Volgens dit wetsvoorstel kan dat niet meer. Ik vraag mevrouw Bezaan: vindt u dat voortaan boeren in zo'n situatie de gevangenis in moeten?
Mevrouw Bezaan (PVV):
Volgens mij is dat ongeveer dezelfde vraag als die welke de heer Janssen net stelde. Die heb ik al beantwoord.
De heer Dittrich (D66):
Zou u die van mij ook kunnen beantwoorden?
Mevrouw Bezaan (PVV):
Ja, hoor. Ik vind dat je er heel consequent in moet zijn.
De heer Dittrich (D66):
Begrijp ik dus goed dat de PVV vindt dat boeren in zo'n situatie, waarin intimiderend is opgetreden tegen de politie, de gevangenis in moeten? Is dat zo'n beetje de lijn van de PVV in dit debat?
Mevrouw Bezaan (PVV):
U hoeft mij geen woorden in de mond te leggen, want ik heb het over fysiek geweld. U heeft het over intimideren. Dat zou ook op een andere manier kunnen. Als u mij deze woorden wilt laten spreken, zou ik het op prijs stellen als u zei dat het om fysiek geweld zou gaan.
De voorzitter:
Dit was de reactie van mevrouw Bezaan. Zij had haar betoog volgens mij afgerond. Dat was althans wat ik hoorde. Tenzij de heer Dittrich nog een aanvullende vraag heeft, maar dat geloof ik niet. U hebt hem volgens mij antwoord gegeven. Dat betekent dat de heer Recourt namens de Partij van de Arbeid de volgende spreker is. Meneer Recourt, we hebben u al gehoord, maar nu gaan we naar uw bijdrage luisteren.