Verslag van de vergadering van 13 december 2022 (2022/2023 nr. 13)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 19.49 uur
De heer Raven i (OSF):
Dank u wel, voorzitter. Dank ook aan de vertegenwoordigers van het kabinet, dus de staatssecretaris en de minister, voor de uitgebreide beantwoording en de deskundigheid die daarbij getoond is. De inzet van de Onafhankelijke Senaatsfractie voor dit debat heb ik gisteren nog duidelijk gemaakt in mijn bijdrage.
In de eerste plaats willen wij dat extra werk gaat lonen. De armoedeval moet worden voorkomen en de inflatie moet worden bestreden. Dat moet op een goede manier gebeuren, liefst met simpele, snelle systemen. Dat is nog niet zo makkelijk; dat heb ik gisteren al geconstateerd in mijn eigen bijdrage en de minister zei het vanmiddag ook nog eens toen het ging over de marginale druk. Die is niet makkelijk te bestrijden en daar kun je goede regelingen voor treffen. Ik blijf het lastig houden met de term "marginale druk". Ik heb het nog even opgezocht: het is wat iemand netto overhoudt van de brutoloonstijging. Maar ik heb de indruk dat het in het Haagse jargon de ene keer dit betekent en de andere keer weer iets anders. Je kunt "marginaal" in elk geval uitleggen als "klein en onbelangrijk", maar ik denk niet dat dat bedoeld wordt met marginale druk. Het is een belangrijk thema.
Voorzitter. Over de oplossingen die gekozen worden voor de energieondersteuning, bijvoorbeeld de regeling van de 40 miljard, heb ik in het verleden in een tweetal debatten al opmerkingen gemaakt, onder andere bij de Algemene Beschouwingen. Ik denk dat dit toch water naar de zee dragen is, zeker omdat de regeling alleen maar geldt voor 2023. Op zichzelf is dat natuurlijk jammer. We zullen er niet tegen stemmen, dat niet, maar wij roepen er wel toe op om in 2024 een andere regeling te treffen. Ik roep er ook toe op om toch nog eens te kijken naar ons voorstel om gratis zonnepanelen en gratis airco's beschikbaar te stellen. Dan doe je iets voor 25 jaar voor dezelfde kosten als die we nu uitgeven en dan heeft iedereen daar een oplossing voor. En dan moeten we de energietransitie versnellen, waarbij dat natuurlijk ook nodig is.
Voorzitter. Ik wil nog even terugkomen op het onderwerp van de giften. Ik heb daarop gewezen in een tweetal interrupties op de heer Essers en de staatssecretaris. Er is nu een maximum van 10% ingesteld op de jaarlijkse giften, dus niet op de structurele giften van vijf jaar. Niemand weet precies waarom dat is. Het zal in het verleden wel zo ingesteld zijn. Ik vind dat wat onbevredigend en ik roep het kabinet dan ook op om daar toch naar te kijken voor het begrotingsjaar 2024 en verder. De afstand tot de meerjarige, terugkerende schenkingen is wel erg groot: het is het verschil tussen 10% van het normale salaris en €250.000. Dat is te groot. Ik denk dat als die ruimte van 10% à 20% gegeven wordt, mensen toch meer in staat zijn om te schenken. Dat zou natuurlijk voor de anbi-instellingen heel goed kunnen zijn.
Voorzitter. Daar waar het gaat om de zonnepanelen, had ik het verhaal al verteld. Ik heb gisteren geprobeerd een simpele regeling uit te leggen. Daartoe heb ik toch een motie, waarvan ik gisteren al had aangekondigd die te overwegen. Ik heb die voorbereid. Mijn vraag is of ik die nu moet voorlezen.
De voorzitter:
Als u die wil indienen, dan graag, ja.
De heer Raven (OSF):
Ja. Ik wil graag overgaan tot indiening.
De voorzitter:
Door de leden Raven en Koffeman wordt de volgende motie voorgesteld:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de toetsingsinkomens geldend voor diverse toeslagen zoals zorg-, huur- en kindertoeslag substantieel en sterk van elkaar afwijken, waardoor bij de ene toeslagregeling het recht sneller vervalt dan bij de andere toeslagregeling;
constaterende dat extra inkomsten, bijvoorbeeld door extra te werken, voor burgers kunnen leiden tot overschrijding van de toetsingsinkomens van toeslagen met als ongewenst neveneffect dat het recht op zorg-, huur- en/of kinderopvangtoeslag kan vervallen (de zogenaamde armoedeval is daarbij van toepassing), wat haaks staat op de algemene wens dat mensen die dat willen, extra kunnen gaan werken;
constaterende dat er geen structureel systeem bestaat voor het bepalen van de hoogte van de toetsingsinkomens, waardoor in tijden van zeer hoge inflatie geen voorziening is getroffen om de gevolgen hiervan op te vangen;
verzoekt de regering om de financiële consequenties te onderzoeken indien de toetsingsinkomens geldend voor alle toeslagen (huur-, zorg-, kinderopvang- en heffingstoeslagen et cetera) gelijk worden getrokken op een zodanig niveau dat extra werken loont en de armoedeval zich niet kan voordoen en deze gedachte in de begroting 2024 te verwerken en daarna jaarlijks een indexering op deze toetsingsinkomens toe te passen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
Zij krijgt letter V (36202).
De heer Raven (OSF):
Het waren allemaal volzinnen, voorzitter, maar hoe langer de zin, hoe meer intellect, zeggen ze dan.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Raven. Wenst een van de leden in de tweede termijn nog het woord? Dat is niet het geval. Minister en staatssecretaris, bent u in de gelegenheid om direct te antwoorden op de vragen of wenst u een schorsing? U wenst een schorsing. Voor hoelang? Voor twintig minuten.