De Minister van Justitie zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Westerveld, toe dat door onvermogenden bijzondere bijstand kan worden verkregen voor het griffierecht bij hoger beroep of cassatie.
Nummer | T01230 |
---|---|
Status | afgevoerd |
Datum toezegging | 28 september 2010 |
Voormalige Verantwoordelijke(n) | Minister van Justitie |
Huidige Verantwoordelijke(n) | Minister van Veiligheid en Justitie |
Kamerleden | dr. M. Westerveld (PvdA) |
Commissie | commissie voor Veiligheid en Justitie (V&J) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | legisprudentie |
Onderwerpen | bijzondere bijstand griffierechten onvermogenden |
Kamerstukken | Wet griffierechten burgerlijke zaken (31.758) |
Handelingen I 2010-2011, nr. 1 - blz. 34
Mevrouw Westerveld (PvdA): "Ik wil het gewoon snappen. Ik heb het nu alleen over de griffierechten voor on- en minvermogenden. Ik zie dat alle tarieven boven de streep – dat zijn de griffierechten bij kantonrecht en bij de rechtbank – voor natuurlijke personen en voor rechtspersonen geleidelijk aan oplopen en voor on- en minvermogenden op een vast tarief blijven staan van € 70. Ik neem aan dat de gedachte daarachter is dat je heel veel meer van die mensen niet moet vragen, omdat dan de toegang tot de rechter in gevaar komt. Op het moment dat iemand in die categorie een vonnis van de rechtbank krijgt, bijvoorbeeld in een medische schadezaak, waarover hij in hoger beroep wil gaan, dan gaat het griffierecht opeens met een factor vier omhoog. Ik had daarover twee vragen aan de minister. De eerste vraag is: als de achterliggende gedachte achter het vasthouden op €70 is dat we een hoger bedrag niet moeten doen, waarom is die ratio dan losgelaten op het moment dat iemand in hoger beroep wil? De tweede vraag is: stel dat het echt een probleem voor zo’n persoon wordt om in hoger beroep te gaan, kan hij dan voor dat griffierecht naar de bijstand om bijzondere bijstand aan te vragen?"
Minister Hirsch Ballin: "De tariefstelling is ook in hoger beroep en in cassatie voor onvermogenden lager in de tweede en derde categorie zaken dan voor andere natuurlijke personen. In de eerste staffel is het gelijk, maar in de tweede is het € 280 tegenover € 640 en € 280 tegenover € 1455. Dat is dus aanzienlijk lager voor onvermogenden. In cassatie is het verschil zelfs nog groter. Daar staat € 290 tegenover € 700 respectievelijk tegenover € 1745. Dat is iets meer dan een zesde voor de onvermogende in vergelijking met andere rechtzoekenden. Ik wil er niet aan voorbijgaan dat het desalniettemin een groot bedrag is en groter dan in eerste aanleg. Het is echter wel de bedoeling van het stelsel om een nadere afweging te vragen bij het aanwenden van de rechtsmiddelen van hoger beroep en cassatie. Dan de vraag over de beschikbaarheid van de bijstand. Ik neem aan, maar ik begeef me hiermee op het terrein van mijn collega van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, dat de bijzondere bijstand inderdaad kan worden verkregen. Dat wordt nu bevestigd door de deskundige die ik in mijn gezichtsveld heb."
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling en stemming (aangenomen, aantekening:SP) Handelingen EK 2010/2011, nr. 1, blz: 28-35
-
11 februari 2013
nieuwe status: afgevoerd -
15 mei 2012
nieuwe deadline: 1 juli 2012
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-Verslag van een schriftelijk overleg inzake toezeggingen
toezegging T01152 voor kennisgeving aangenomen door de commissie voor BZK/AZ op 3 april 2012
toezegging T01134 voor kennisgeving aangenomen op 8 mei 2012 door de commissies voor IMRO en voor VenJ
voor kennisgeving aangenomen door de commissie voor V&J op 15 mei 2012
EK, E
-
-
7 juni 2011
nieuwe commissie: commissie voor Veiligheid en Justitie (V&J) -
7 juni 2011
commissie vervallen: commissie voor Justitie (Just.) -
14 oktober 2010
nieuwe verantwoordelijkheid: Minister van Veiligheid en Justitie -
14 oktober 2010
verantwoordelijkheid verlopen: Minister van Justitie -
28 september 2010
nieuwe status: openstaand -
28 september 2010
toezegging gedaan