T01348

Toezegging Brief juridische verplichtingen LOGO South (32.500 V)



De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden De Graaf (VVD) en Eigeman (PvdA), toe een brief te sturen aan de Tweede Kamer waarin hij aangeeft welke juridische verplichtingen LOGO South dit jaar nog heeft uit te voeren. Deze brief zal hij vergezeld doen gaan van de opvatting die in de Eerste Kamer leeft om het programma voort te zetten en een opening om te bezien in welke vorm de regering deze lokale activiteiten in 2012 weer op een andere manier gestalte zou kunnen geven.


Kerngegevens

Nummer T01348
Status voldaan
Datum toezegging 5 april 2011
Deadline 1 januari 2012
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken
Kamerleden drs. J.H. Eigeman (PvdA)
mr. G.J. de Graaf (VVD)
Commissie commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking (BDO)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen LOGO South
ontwikkelingssamenwerking
Kamerstukken Begrotingsstaten Buitenlandse Zaken 2011 (32.500 V)


Uit de stukken

Handelingen I 2010-2011, nr. 23, item 6, blz. 14

De heer Eigeman (PvdA):

Eerder al heb ik gesproken over het belang van goed bestuur, over de meervoudige betekenis van effectiviteit en van het stimuleren van lokale ontwikkeling. In de oorspronkelijke begroting was geld opgenomen voor het programma LOGO South, uitgevoerd door een groep decentrale overheden met een coördinerende rol voor de VNG. Bij amendement is in de Tweede Kamer 5,5 mln. geschrapt, waardoor dit gehele programma verdwijnt. Als je navraag doet naar effecten voor goed bestuur, lokale binding hier en overzee, invloed op lokale leefomstandigheden en de kwaliteit van verantwoording krijgt dit programma in alle evaluaties een goede beoordeling. Toch is er voor 2011 geen geld meer. Wat gaat de staatssecretaris daaraan doen? Is hij bereid om voor 2012 en verder opnieuw in te zetten en wat kan de staatssecretaris nog doen voor het jaar

2011?

Handelingen I 2010-2011, nr. 23, item 6, blz. 25

De heer De Graaf (VVD)

Een door de Tweede Kamer op 16 december jongstleden aanvaard amendement heeft aan de medefinanciering van dit programma abrupt een einde gemaakt. Dit gebeurde terwijl de staatssecretaris het amendement ontraadde met het oog op de lopende verplichtingen en de gedane toezeggingen. Aangezien een betrouwbare overheid niet zo hoort te handelen, betreuren wij deze gang van zaken. Wij verzoeken de regering dan ook om bij de uitvoering van het OS-beleid het lokale bestuursniveau te betrekken, en te bezien hoe Nederlandse gemeenten daarbij blijvend hun expertise op programmatische wijze kunnen inbrengen. Wij wachten met belangstelling het antwoord van de staatssecretaris af.

Handelingen I 2010-2011, nr. 23, item 8, blz. 49

Staatssecretaris Knapen:

Zoals bekend, heb ik in de Tweede Kamer het amendement om LOGO South stop te zetten, ontraden. Net als de PvdA-fractie in dit huis ben ik immers onder de indruk van het kwalitatief goede en effectieve – dat is gemeten door twee universiteiten – programma. Tegelijkertijd wil ik recht doen aan de wens van de Tweede Kamer zoals deze is verwoord in het betreffende amendement. Een heroverweging is in die zin wat mij betreft niet aan de orde. Het amendement werd, meen ik, ingediend in de eerste week van december; er is over gestemd in de derde week van december. Dat was erg laat in het jaar. De uitslag was voor mij, zoals ik aangaf, teleurstellend en verrassend. Ik heb de organisatie van LOGO South gevraagd welke juridische verplichtingen waren aangegaan voor 2011. Dat heb ik objectief laten toetsen. Als je het immers zo vraagt aan een organisatie, is het alsof je de slager vraagt om een lezing over vegetarisme te houden.

Ik stel het volgende voor. Ik zal de Tweede Kamer een brief sturen waarin ik aangeef welke juridische verplichtingen LOGO South dit jaar nog heeft uit te voeren. Daar is dan door een onafhankelijke instantie naar eer en geweten naar gekeken. De motie van GroenLinks en de opmerkingen van u allen hier goed beluisterend, zou ik deze brief vergezeld kunnen doen gaan van de opvatting die in deze Kamer leeft en een opening om te bezien in welke vorm wij deze lokale activiteiten in 2012 weer op een andere manier gestalte zouden kunnen geven. Ik zeg erbij dat een deel van het ongenoegen bij de indieners van dit amendement was ingegeven door het feit dat men moeite had met, onparlementair gezegd, al te veel in de wereld rondreizende wethouders. Uit onderzoek blijkt dat dit beeld niet correct is, maar het bestaat. Het zou de moeite waard zijn om in de Tweede Kamer in alle rust, te discussiëren over de vraag hoe we voor 2012, in het verlengde van de voortzetting van de juridische verplichting, kunnen komen tot een zinvolle invulling van een programma dat zowel tegemoetkomt aan de authentieke, brede wens die hier leeft en aan de rapportage van de twee universiteiten als aan het ongenoegen dat in een deel van de Tweede Kamer leefde, maar dat wellicht deels te apaiseren is met een wat specifiekere aanpak.

De heer Eigeman (PvdA):

Ik bedank de staatssecretaris voor zijn antwoord, maar ben er ook enigszins door verbaasd. Het lijkt mij krachtiger als de staatssecretaris zegt: ik ben overtuigd van het belang van een dergelijk programma en er is geen sprake van rondreizende wethouders; hier staat een bewindsman die staat voor zijn woord en u kunt daarop vertrouwen; daarom wil ik voor 2012 en verder dat programma voortzetten, al dan niet aangepast na overleg. U kunt dat ook zelf zeggen. Ik vind het prima dat u de brede, authentieke wens van de Eerste Kamer om het programma voort te zetten, gebruikt als breekijzer, maar ik zou het op prijs stellen als u zelf ook zou aangeven dat er goede dingen gedaan zijn door LOGO South, die u wilt voortzetten, al dan niet in gewijzigde vorm. Enige stevigheid van de staatssecretaris zelf op dit punt zou me lief zijn.

De heer De Graaf (VVD):

Ik begrijp de drive van de heer Eigeman, maar ik stel vast dat de staatssecretaris bij zijn antwoord in de Tweede Kamer uitdrukkelijk heeft aangegeven dat hij overtuigd was van de waarde van het programma en daarom het amendement ontraadde. Hoe de staatssecretaris over het programma denkt, is dus bekend, en hij hoeft dat de Tweede Kamer niet nogmaals in te prenten. Wij moeten de staatssecretaris de gelegenheid geven om op zijn manier met de Tweede Kamer tot een compromis te komen over 2012 en volgende jaren. Dat hoeven wij hem niet voor te schrijven. Ik vertrouw erop dat dit de staatssecretaris gaat lukken.


Brondocumenten


Historie