De minister van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Crone (PvdA), toe de Kamerbrief over het saldo op de lopende rekening (ook als reactie op de analyse van de Raad van State bij de Miljoenennota) naar de Eerste Kamer te sturen.
Nummer | T03315 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 16 november 2021 |
Deadline | 1 juli 2022 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Financiën |
Kamerleden | drs. F.J.M. Crone (GroenLinks-PvdA) |
Commissie | commissie voor Financiën (FIN) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | brief/nota |
Onderwerpen | lopende rekening miljoenennota Raad van State |
Kamerstukken | Miljoenennota 2022 (35.925) |
Handelingen I 2021-2022, nr. 6, item 3 - blz. 21
De heer Crone (PvdA):
Daarom heb ik nu een vraag aan de minister van Financiën; misschien wil de heer Vijlbrief er ook iets over zeggen, want hij komt ook vaak in Europa. Nederland is nu al jarenlang kampioen overschot op de lopende rekening. Het is nu even teruggezakt naar 8%. Dat is nog steeds gigantisch hoog. Maar de MEV zegt al: we gaan weer naar een overschot op de lopende rekening van 10%. Daarmee zijn we samen met Duitsland kampioen overschot op de lopende rekening. Ik heb dit gevraagd aan de Raad van State. Die zegt dan ook in zijn advies over de Miljoenennota: het overschot wordt geclassificeerd als macro-economische onevenwichtigheid. De Raad van State vermeldt dat het grote overschot van Nederland met name een teveel aan besparingen en een tekort aan investeringen betekent. Dat is gewoon economie, maar ik wil het hier graag toch nog eens zeggen. Ik gun deze minister namelijk graag dat hij op dit punt niet alleen de moderne economie volgt maar ook de keizerlijke rol pakt. De keizerlijke rol. Ik heb namelijk een parabel. De keizer van Japan zag dat veel mensen oud werden — vergrijzing — en dat veel mensen gingen sparen voor hun oude dag. Dat is prima, houdt hij ze voor. "Goed dat u spaart voor de oude dag. Straks hebt u allemaal een zak gouden munten of een buitenlandse obligatie." Dat zei de keizer tegen zijn onderdanen. "Maar aan die zak munten heb je niks als je oud bent en als intussen de economie krimpt. De bakkers sluiten dan hun winkels, de zorgtehuizen krimpen en eris geen verpleegkundige aan je bed." De keizer zei dus wat hij ging doen. Hij zei: "Ik ga als overheid investeren in publieke voorzieningen, maar ook in private voorzieningen zoals bakkers. Het geld staat dan niet dood op een spaarrekening. Jullie krijgen van mij rente op de obligatie die je koopt."
Voorzitter. Dit is gewoon basiseconomie, maar het is toch een goed voorbeeld, omdat iedereen maar denkt dat de kas moet sluiten. Ja, de kas als land moet sluiten en mag geen overschot hebben. De kas van de overheid moet het tekort van het bedrijfsleven overnemen. Dat is heel belangrijk. De burgers in Japan applaudisseerden voor de keizer vanwege meer binnenlandse voorzieningen, brood op de plank en private en publieke investeringen.
Voorzitter. Ik geef graag de minister de rol van keizer, want het premierschap zit er niet meer in, heb ik gelezen. Dus neem die rol en wees dan die wijze keizer. Laten we nu niet weer zodanig gaan bezuinigen dat het overschot op de lopende rekening in het buitenland wordt belegd en onze economie verder krimpt. Hier zit natuurlijk ook een belangrijke internationale kant aan. Daar is door anderen ook over gesproken. OESO, IMF en de Europese Unie zeggen dat ook allemaal tegen ons. Een overschot op de lopende rekening is een onevenwichtigheid ten opzichte van andere landen. Andere landen, vooral de zuidelijke lidstaten, hebben er nadeel van. Door onze onderbesteding kopen zij namelijk minder bij ons en hebben zij dus minder economische groei, minder banen en meer schulden. Wij hebben immers weer een vordering op hen. Voorzitter. Ik wil graag de minister om een reactie hierop vragen. Is hier niet sprake van de arrogantie van de rijke rentenier die de ander verwijt niet genoeg te investeren en te weinig te sparen, terwijl we hem dat onmogelijk hebben gemaakt?
(…)
Handelingen I 2021-2022, nr. 6, item 8 - blz. 22
Minister Hoekstra:
Dan ben ik bij de lopende rekeningen, want daar vroeg de heer Crone terecht naar. Daarbij is het goed om te memoreren dat het saldo op de lopende rekening in 2020 is teruggelopen naar 7%. Dat is overigens mede het gevolg van corona, want ik verwacht wel dat dat saldo weer wat zal oplopen. Ik moet erbij zeggen, ook bij al die vergelijkingen die worden gemaakt, dat dat beeld voor Nederland echt vertekend is door onze economische structuur en de aanwezigheid van multinationals, want die hebben effect op dat cijfer. Ik dacht "nu gaat er vast iemand door de zaal gillen dat die weggaan" en daar kom ik zo meteen nog op terug, want ik vind het buitengewoon spijtig wat er gisteren is aangekondigd. Daar kom ik zo op. Er komt binnenkort een Kamerbrief over het saldo op de lopende rekening, ook als reactie op de analyse van de Raad van State bij de Miljoenennota. Ik zal zorgen dat de Eerste Kamer die brief ook krijgt. Ik zal daarin ook de punten van de heer Crone meenemen.
(…)
Handelingen I 2021-2022, nr. 6, item 8 - blz. 43
De heer Crone (PvdA):
Het punt van die lopende rekening is niet: de PvdA wil weer geld uitgeven. Ik heb nota bene gezegd dat het ook lastenverlichting kan zijn. Klaas Knot zegt: de lonen moeten omhoog. Ook dat helpt allemaal bij een eigen investeringsklimaat. Dat is een gewoon economenverhaal. Dat wordt al jarenlang gezegd door de EU, het IMF en de OESO. Ik kom er nu pas mee — althans, vorig jaar heb ik het ook gevraagd en de Raad van State heeft daar antwoord op gegeven. Dan vind ik het jammer dat ik alleen maar te horen krijg dat we zuinig moeten zijn en buffers moeten opbouwen. Bij 60% staatsschuld moeten we eerst weer geld uitgeven om daar te komen, want we gaan weer naar de 50%. Dan zitten we op 60%. Ik heb helemaal niet gezegd dat we naar 70% moeten, want dan moeten we nog 200 miljard uitgeven. Al zou ik het willen, we hebben daar de mensen niet voor, zoals de minister ook heeft gezegd. Een serieus antwoord van de ministers van Financiën en Economische Zaken is natuurlijk: ja, inderdaad, omdat er een overschot op de lopende rekening is, investeren wij hier te weinig. Ik heb ook gezegd: dan is er dus een handelstekort in Italië. Dus die heeft een schuld aan ons en die heeft een tekort. U heeft terecht gezegd: zij financieren hun eigen schuld, via eigen obligaties. Dat is ook prima, maar wij maken het ons op deze manier wel moeilijk. Het is toch een discussie waarvan ik aanneem dat u die veel heeft gehoord in de Ecofin en in de wandelgangen. Die vraag heb ik ook gesteld. Daarom zou ik een iets serieuzer antwoord willen dan: er komt een brief. Ik weet ook — dat staat in alle stukken — dat een deel van ons overschot komt doordat we multinationals hebben. Ja, die beleggen ook niet al hun geld in Nederland. Dat is het makkelijke antwoord. Maar nog meer dan de helft is gewoon een normaal overschot. Als we dat zouden wegwerken, is het al heel veel. Het sturen is natuurlijk niet het sturen op de lopende rekening. Het is meer het sturen op meer investeringen in Nederland, waar de burgers iets aan hebben en waar we de energietransitie mee helpen. Dat is eigenlijk meer de economendiscussie. Het is een politieke discussie of je dat doet via lastenverlichting of via uitgaven. Ik heb nota bene zelf voorgesteld om dit via lastenverlichting te doen, zodat middengroepen het arbeidsmarktaanbod versterken.
(…)
Handelingen I 2021-2022, nr. 6, item 8 - blz. 51
Minister Hoekstra:
Verder zou ik nog in de richting van de heer Crone willen zeggen dat ik hem graag het volgende toezeg. De heer Crone had nog behoefte aan een verdieping van de discussie over de lopende rekening, zodat de Kamer daarin kan worden meegenomen. Ik ben daar overigens bewust wat beknopter geweest, omdat ik daar al eerder met de Tweede Kamer, maar ook wel met de Eerste Kamer, over van gedachten heb gewisseld. Eén ding zou ik uit de wereld willen helpen, om daar gewoon niet een intellectueel misverstand over te laten bestaan. De gedachte is weleens dat Nederland het overschot op de lopende rekening heeft, ten koste van landen in Zuid-Europa. In 2018 heb ik al een brief gestuurd naar aanleiding van gedachtewisselingen met de Tweede Kamer. Ik heb die oude brief er gewoon even bij gepakt. Het zijn dus gedateerde cijfers vanuit die tijd. In die brief van destijds zie je dat veel Zuid-Europese landen ook een overschot op de lopende rekening hebben. In de brief staat dat volgens Eurostat Griekenland in 2016 een tekort op de lopende rekening had van 1,1% bbp, maar dat Italië, Spanje en Portugal een overschot hadden van respectievelijk, enzovoort, enzovoort, enzovoort. Het is dus niet zo dat wij dat overschot hebben ten koste van anderen, die met name in het zuiden gesitueerd zijn. Ik denk dat dit echt van belang is in deze discussie. Verder houd ik mij overigens zeer aanbevolen voor alle nuances in die discussie. Die nuances werden zeker voor een deel ook door de heer Crone aangebracht.
Brondocumenten
-
voortzetting Algemene financiële beschouwingen Verslag EK 2021/2022, nr. 6, item 8
-
Algemene financiële beschouwingen Verslag EK 2021/2022, nr. 6, item 3
-
21 december 2021
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
8 december 2021
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-brief van de minister van Financiën over het Nederlands saldo op de lopende rekening
voor kennisgeving aangenomen op 21 december 2021.
EK, P
-
-
16 november 2021
toezegging gedaan