De staatssecretaris Cultuur en Media zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Prins (CDA), toe te onderzoeken of videosharingplatforms onder het bereik van de investeringsverplichting kunnen worden gebracht en dit mee te nemen bij de evaluatie na drie jaar.
Nummer | T03753 |
---|---|
Status | deels voldaan |
Datum toezegging | 24 oktober 2023 |
Deadline | 1 januari 2027 |
Voormalige Verantwoordelijke(n) | Staatssecretaris Cultuur en Media |
Huidige Verantwoordelijke(n) | Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap |
Kamerleden | G. Prins (CDA) |
Commissie | commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | evaluatie |
Onderwerpen | audiovisueel product videosharingplatform |
Kamerstukken | Invoeren investeringsverplichting ten behoeve van Nederlands cultureel audiovisueel product (36.176) |
Handelingen I 2023-2024, nr. 4, item 3 - blz. 8.
Mevrouw Prins (CDA):
(…)
“Meneer de voorzitter. Wij constateren dat de digitale platforms in deze wet volledig buiten schot blijven. Wij denken dan aan Apple, Google, Meta maar ook aan TikTok. Zij verdienen grof geld met content die, zo geeft de staatssecretaris aan, zij niet eens zelf hebben geproduceerd. Zij zouden slechts digitale doorgeefluiken zijn. Toch geven zij vele producten of delen van producten van omroepen en streamingdiensten door zonder enige vorm van betaling. Wij verzoeken de staatssecretaris deze oneerlijkheid nader te onderzoeken en te bezien hoe die verholpen kan worden. Graag een toezegging in dezen.”
Handelingen I 2023-2024, nr. 4, item 10 - blz. 9.
Staatssecretaris Uslu:
(…)
“Mevrouw Prins vraagt om nader onderzoek naar de positie van platformen zoals Apple, Google en TikTok, in relatie tot dit wetsvoorstel. Ik begrijp het punt van mevrouw Prins over videoplatformen zoals YouTube en Facebook. Zij vallen niet onder de investeringsverplichting. Het punt is dat zij geen zogenoemde VOD-aanbieders, dus video-on-demandaanbieders, zijn. Dat betekent dat zij niet zelf producties produceren of aanbieden. Zij bieden alleen een platform voor het aanbod van andere diensten en voor video's die door gebruikers erop worden gezet. Het zijn zogenaamde videosharingplatforms. Maar ik snap het punt van de fractie van het CDA dat er hierdoor enige vorm van oneerlijkheid lijkt te zijn. Mevrouw Prins vroeg mij om te onderzoeken of het mogelijk is om deze platformen onder de werking van de investeringsverplichting te brengen. Ik ben bereid om dat onderzoek te doen. Ik zal dit punt meenemen in de evaluatie na drie jaar.”
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling Verslag EK 2023/2024, nr. 4, item 10
-
behandeling Verslag EK 2023/2024, nr. 4, item 3
-
2 juli 2024
nieuwe verantwoordelijkheid: Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap -
2 juli 2024
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang: -
2 juli 2024
verantwoordelijkheid verlopen: Staatssecretaris Cultuur en Media -
20 juni 2024
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-brief van de staatssecretaris van OCW over de stand van zaken met betrekking tot moties en toezeggingen bij investeringsverplichting voor grote streamers
Op 2 juli 2024 voor kennisgeving aangenomen door de Eerste Kamercommissie voor OCW.
EK, D
-
-
28 mei 2024
nieuwe deadline: 1 januari 2027
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
15 mei 2024
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-verslag van een schriftelijk overleg met de staatssecretaris van OCW over (deels) openstaande toezeggingen
Op 28 mei 2024 voor kennisgeving aangenomen door de Eerste Kamercommissie voor OCW.
EK, I
-
-
24 oktober 2023
toezegging gedaan