De minister beziet of met betrekking tot de toegang tot de Ondernemingskamer de toelichting bij het Uitvoeringsbesluit WTZi kan worden verhelderd.
Nummer | T00789 |
---|---|
Oorspronkelijke nummer | tz_VWS_2005_79 |
Status | voldaan |
Datum toezegging | 18 oktober 2005 |
Deadline | 1 januari 2006 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
Commissie | commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | lagere regelgeving |
Kamerstukken | Wet toelating zorginstellingen (27.659) |
Handelingen 2005-2006, 3
(blz. 140)
[...]
Minister Hoogervorst: [...] Ik denk dat het heel belangrijk is dat in de wet de toegang tot de Ondernemingskamer wordt geregeld. Daarmee wordt het toezicht op de raden van toezicht verbeterd. Het uitvoeringsbesluit bepaalt dat alle zorginstellingen die verzekerde zorg willen leveren in de statuten moeten opnemen wie een enquêteverzoek bij de Ondernemingskamer kan indienen. Daarbij is geregeld dat er altijd een organisatie bij moet zijn die cliënten vertegenwoordigt, zodat wij zeker weten dat de cliënten aan de bak kunnen komen. De stap naar de Ondernemingskamer is een zware operatie. Wij zijn de eerste die dit in de tertiaire sector goed regelen. Wie heeft toegang? Ik noem de IGZ, het orgaan dat cliënten vertegenwoordigt en een vertegenwoordiging van beroepsbeoefenaren.
Mevrouw Slagter-Roukema (SP): Zo staat het inderdaad in het uitvoeringsbesluit. De Landelijke Organisatie Cliëntraden heeft verzocht om die toelichting te verduidelijken. Nu is er alleen sprake van een orgaan dat de cliënten vertegenwoordigt. Uit de toelichting moet duidelijk worden dat het gaat om cliëntraden dan wel de NPCF of de Consumentenbond. Ik zie niet goed wat daar op tegen is. Dit wordt breed gedragen door de NPCF en de Consumentenbond. Wij moeten daarin meegaan.
Minister Hoogervorst: Dit lijkt mij een onschuldige suggestie. Ik kan echter de verstrekkendheid daarvan niet beoordelen. Ik kijk dat graag nog even na.
(blz. 144)
[...]
Mevrouw Slagter-Roukema (SP): U noemt mondeling de cliëntenraad, de NPCF en de Consumentenbond. De instellingen hebben echter gevraagd om deze organisaties expliciet op te nemen in de toelichting op het uitvoeringsbesluit.
Minister Hoogervorst: Ik ben bereid om te bezien of ik het verder kan verduidelijken.
-
18 oktober 2005
toezegging gedaan -
3 november 2004
Voortgang:documenten:-
-27659, 66 (brief 3 november 2005)
-