De Minister van Algemene Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Brinkman (CDA), toe per fiscaal wetsvoorstel nader te onderbouwen dat het uitvoerbaar is voor de Belastingdienst.
Nummer | T02492 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 5 december 2017 |
Verantwoordelijke(n) | Staatssecretaris van Financiën |
Kamerleden | Mr.drs. L.C. Brinkman (CDA) |
Commissie | commissie voor Financiën (FIN) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | legisprudentie |
Onderwerpen | Belastingdienst fiscus uitvoerbaarheid |
Kamerstukken | Miljoenennota 2018 (34.775) |
Handelingen I 2017-2018, nr. 10, item 3 - blz. 23
De heer Brinkman (CDA): Wij zien dat de staatssecretaris voor fiscale zaken haast heeft. Beseft hij dat de rechter na deze Kamer al vaak heeft getoond dat haastige spoed op zijn terrein zelden goed is? Kan hij nu bevestigen dat de Belastingdienst het regeerakkoord fiscaal gezien uitvoerbaar vindt, of moeten we nog nadere voorbehouden met betrekking tot zijn uitvoerende dienst aantekenen? Of denkt hij misschien wel dat er met het beleid fiscaal gezien te veel wordt geknutseld? Wij geven dan geen vrijbrief voor lukraak andere haastige maatregelen, omdat we in de smalle marges van de democratie moeten waken tegen malle charges ervan. Het gaat immers niet alleen over geld, maar ook over gewekt vertrouwen.
(...)
Handelingen I 2017-2018, nr. 11, item 3 - blz. 21
Minister Rutte: Kan de Belastingdienst, zo vroeg het CDA, het regeerakkoord fiscaal uitvoeren of zijn er nog voorbehouden met betrekking tot de uitvoering vanwege de stand van zaken bij de Belastingdienst? Vorige week is een halfjaarsrapportage van de Belastingdienst verstuurd. Het is een lastig thema. We hebben er met de Belastingdienst steeds grondig contact over gehouden of op basis van alle beschikbare informatie getoetst kon worden door de dienst of onze plannen kunnen, zowel qua impact als qua invoeringsdatum. Zoals het er nu allemaal staat, is dat het geval en zegt de Belastingdienst: ja, dat kan. Dat betekent overigens wel dat wij ons realiseren dat we bij de uitwerking van al die maatregelen in wet- en regelgeving aan de hand van invoeringstoetsen steeds de impact vanuit het uitvoeringsperspectief voor de senaat nader in beeld zullen brengen. Dat is uiteraard al gebeurd voor de maatregelen in het Belastingplan 2018 en dat gaat nog gebeuren voor de andere maatregelen. Op zichzelf, op basis van de informatie die we hebben, is dit uitvoerbaar, maar wij zullen dat steeds per wetsvoorstel, per Belastingplan, nader onderbouwen.
De heer Brinkman (CDA): De minister-president noemt zo nadrukkelijk 2018, maar mijn vraag was erop gericht in hoeverre de uitvoerbaarheid van het regeerakkoord in fiscale zin voor de hele periode doenbaar is. Of moeten we op een later moment de mededeling van de Belastingdienst verwachten dat het regeerakkoord ingewikkeld in elkaar zit? Laat dat maar bij de Financiële Beschouwingen verder besproken worden, maar dát was de vraag.
Minister Rutte: Die vraag heb ik goed verstaan. Voor 2018 is al in het Belastingplan onderbouwd dat het kan. Voor alle plannen na 2018 heeft het kabinet al contact gehad met de Belastingdienst en het antwoord van de dienst was: dit kan ook. Alleen, ik vind wel dat we dat aan de Kamer onderbouwd moeten laten zien in uitvoeringstoetsen, zoals we dat ook geacht worden te doen. Maar het antwoord vanuit de Belastingdienst is: ja, wat jullie nu van plan zijn, kunnen wij doen.
(...)
Brondocumenten
-
voortzetting Algemene politieke beschouwingen Verslag EK 2017/2018, nr. 11, item 3
-
Algemene politieke beschouwingen Verslag EK 2017/2018, nr. 10, item 3
-
22 september 2020
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
12 juni 2020
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
5 december 2017
toezegging gedaan