De minister voor Klimaat en Energie zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Schalk (SGP), toe dat het ministerie van LNV en het ministerie van Financiën de komende jaren regelmatig de analyses die vorig jaar zijn uitgevoerd zullen herhalen. Zo kunnen zij goed het onderscheid tussen de kleine en grote tuinders maken. De minister brengt dat verzoek aan de minister van Landbouw over.
Nummer | T03823 |
---|---|
Status | openstaand |
Datum toezegging | 12 december 2023 |
Deadline | 1 juli 2024 |
Voormalige Verantwoordelijke(n) | Minister voor Klimaat en Energie |
Huidige Verantwoordelijke(n) | Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur |
Kamerleden | P. Schalk (SGP) |
Commissie | commissie voor Financiën (FIN) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | overig |
Onderwerpen | amendement-Grinwis concurrentiepositie tuinbouw tuinders |
Kamerstukken | Belastingplan 2024 (36.418) |
Handelingen I 2023-2024, nr. 12, item 3, blz. 2-3
De heer Schalk (SGP):
Dank u wel, voorzitter. Ik ga even door op die lastenschuif, die inderdaad van vijf naar tien jaar is gegaan door het amendement-Grinwis. In de reactie op de vragen daarover, is aangegeven dat de concurrentiepositie van de kleine tuinders daardoor verbetert, doordat het naar tien jaar is gegaan. Maar de vraag die ik daarvoor had gesteld, was hoe de concurrentiepositie nou is ten opzichte van voordat de maatregel werd ingediend. Want die kleinere tuinders — het klinkt nu mooi, want ze krijgen wat meer tijd en dergelijke — worden waarschijnlijk het hardste aangepakt door deze maatregel.
Minister Jetten:
Ja. Als je het vergelijkt met de status quo, is het vaak voor kleinere tuinders een grotere uitdaging om die verduurzaming de komende jaren mee te maken. Daar heeft de heer Schalk gelijk in. Dat was ook wel echt de kern van het debat dat wij in de Tweede Kamer hebben gehad: hoe kunnen we nu de komende jaren daar meer lucht en ruimte organiseren? Het zijn overigens vaak ook wat kleinere tuinders die juist bij de voorlopers behoorden, door bijvoorbeeld al actief aan de slag te gaan met het boren van aardwarmteputten. Daaruit is onder andere die correctieregeling voortgekomen. Maar het zal ook per type productie van een bedrijf verschillen of het concurrentievoordeel juist bij de grotere of bij de kleinere tuinders zit.
De heer Schalk (SGP):
Moet ik dan concluderen dat het voor de grotere tuinders in z'n algemeenheid een betere regeling is, en voor de kleinere tuinders alleen omdat het tijdpad is aangepast?
Minister Jetten:
Nee, zo zou ik het zelf niet concluderen. Ik denk wel dat het aangepaste tijdpad, ten opzichte van het pakket dat het kabinet zelf had gepresenteerd, nu vooral kleine tuinders ten goede komt. Maar in de sector spelen op dit moment allerlei zaken mee. In hoeverre heb je al led uitgerold? In hoeverre ben je bezig met de overstap naar meer biologische productie? Is de afzetmarkt vooral Nederland en Noordwest-Europa, of is die afzetmarkt veel internationaler? Ik zou het volgende wel interessant vinden. Het ministerie van LNV en het ministerie van Financiën zullen de komende jaren regelmatig de analyses die we vorig jaar hebben uitgevoerd, herhalen. Zo kunnen we goed het onderscheid tussen de kleine en grote tuinders maken. Ik zal dat verzoek aan de minister van Landbouw overbrengen.
De voorzitter:
Tot slot, meneer Schalk.
De heer Schalk (SGP):
Dank u wel voor die toezegging.
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling Verslag EK 2023/2024, nr. 12, item 3
-
2 juli 2024
nieuwe verantwoordelijkheid: Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur -
2 juli 2024
verantwoordelijkheid verlopen: Minister voor Klimaat en Energie -
12 december 2023
toezegging gedaan