Dit voorstel neemt in de Wet MOT een artikel 17a op, op grond waarvan De Nederlandsche Bank N.V., in afwijking van de geheimhoudingsbepaling in de Wet financiële betrekkingen buitenland 1994 (Wfbb 1994), eveneens het meldpunt moet inlichten indien zij in het kader van haar reguliere werkzaamheden op grond van de Wffb 1994 feiten ontdekt die duiden op heling van geld.
Doel is het vergroten van de effectiviteit van genoemde wet.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 26 maart 1998 zonder beraadslaging en zonder stemming door de Tweede Kamer aangenomen. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 21 april 1998 als hamerstuk afgedaan.
De wet is opgenomen in Staatsblad 353 van 25 juni 1998.
De inwerkingtreding is opgenomen in Staatsblad 164 van 20 april 1999.
ingediend
29 mei 1997titel
Wijziging van de Wet melding ongebruikelijke transactiesschriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst
7
-
-
-
-
-
-
26 maart 1998
stemming (hamerstuk) Handelingen TK 1997/1998, nr. 40: blz. 4893 -