Dit wetsvoorstel wijzigt de Opiumwet en creëert hiermee de mogelijkheid voor de burgemeester om bestuursdwang toe te passen ter handhaving van art. 2 en 3 Opiumwet.
Met dit wetsvoorstel wordt het cannabisbeleid aangescherpt. Veel gemeenten, met name in de grensregio's, worden geconfronteerd met systematische handel in cannabis en ook harddrugs buiten coffeeshops om, dus vanuit woningen of andere lokalen. Dit gaat vaak, maar niet altijd gepaard met overlast voor de omgeving. Bestuursdwang op grond van art. 174a Gemeentewet is vaak ontoereikend om aan dergelijk situaties een einde te maken, omdat het lastig is steeds de noodzaak van verstoring van de openbare orde aan te tonen. Daarom wordt nu voorgesteld om de werking van art. 13b uit te breiden tot woningen en lokalen en de bijbehorende erven. In dat geval kan de burgemeester bestuursdwang inzetten tegen alle illegale verkooppunten wegens overtreding van de Opiumwet en hoeft verstoring van de openbare orde niet meer aangetoond te worden.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 3 april 2007 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 25 september 2007 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
5 april 2006titel
Wijziging van de Opiumwet in verband met het creëren van de mogelijkheid voor de burgemeester om bestuursdwang toe te passen ter handhaving van de artikelen 2 en 3 van de Opiumwet in woningen en lokalen of bij woningen of lokalen behorende ervenschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister van Justitie
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
3 april 2007
stemming (met algemene stemmen aangenomen) Handelingen TK 2006/2007, nr. 56, blz: 3164 -
29 maart 2007
voortzetting behandeling Handelingen TK 2006/2007, nr. 55, blz: 3137-3149 -
29 maart 2007
behandeling Handelingen TK 2006/2007, nr. 55, blz: 3117-3135