Dit wetsvoorstel implementeert de EG-richtlijn 2008/106/EG over het minimum opleidingsniveau van zeevarenden in de Zeevaartbemanningswet. De oorspronkelijke richtlijn was door verschillende wijzigingen onduidelijk geworden. De nieuwe richtlijn is een opgeschoonde versie van richtlijn 2001/25/EG met wat kleine wijzigingen op het gebied van de terminologie en de uitbreiding van het comitologiesysteem.
Met dit voorstel worden geen inhoudelijke wijzigingen aangebracht in de Zeevaartbemanningswet. Het gaat alleen om vervanging van de verwijzing van de oorspronkelijke richtlijn naar de nieuwe.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel (EK 31.975, A) is op 5 november 2009 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 24 november 2009 als hamerstuk afgedaan.
De wet is opgenomen in Staatsblad 526 van 11 december 2009.
ingediend
10 juni 2009titel
Wijziging van de Zeevaartbemanningswet in verband met de implementatie van richtlijn nr. 2008/106/EG inzake het minimum opleidingsniveau van zeevarendenschriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
-
1.Met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst en werkt terug tot en met 23 december 2008.
-
2.Artikel II van deze wet treedt in werking met ingang van het tijdstip waarop artikel XIV, onderdeel A, van de wet van 26 april 2007, houdende wijziging van enkele wetten op het terrein van de scheepvaart in verband met een wijziging in de benaming van de inspectiefunctie binnen het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (30.969), in werking treedt.
6
-
-
-
-
-
5 november 2009
stemming (hamerstuk) Handelingen TK 2009/2010, nr. 21, blz: 1700 -