Dit wetsvoorstel regelt voor volwassenen de invoering van minimumstraffen in het wetboek van Strafrecht. Hiermee krijgen veroordeelden, die binnen tien jaar opnieuw worden veroordeeld voor een zwaar misdrijf met ernstige gevolgen voor het slachtoffer, een minimumstraf. Met dit voorstel wil de regering Nederland veiliger maken door veroordeelden van zware misdrijven die herhaaldelijk de fout in gaan zwaarder te straffen.
Met dit voorstel wordt de minimumstraf tenminste de helft van het maximum van de gevangenisstraf die wettelijk als maximumstraf kan worden toegekend. De minimaal op te leggen gevangenisstraf wordt bij poging tot en medeplichtigheid aan het misdrijf en bij poging om een ander te bewegen om het misdrijf te begaan met een derde verminderd. Bij voorbereiding van een misdrijf wordt deze straf met de helft verminderd. De rechter kan bij zeer specifieke omstandigheden (gemotiveerd) afwijken van de minimumstraf.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
De minister van Veiligheid en Justitie heeft dit voorstel bij brief van 12 februari 2013 ingetrokken (TK 33.151, nr. 10).
ingediend
23 januari 2012titel
Wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de invoering van minimumstraffen in geval van recidive bij misdrijven waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld (minimumstraffen voor recidive bij zware misdrijven)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
- minister van Veiligheid en Justitie
- staatssecretaris van Veiligheid en Justitie
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.