Dit wetsvoorstel geeft een aanvullende wettelijke regeling over het gebruik van lichaamsmateriaal, met name voor bijzonder wetenschappelijk onderzoek. Dit betreft vooral onderzoek dat geen direct verband heeft met de behandeling van de donor.
Het doel van het voorstel is de zorgvuldige omgang met lichaamsmateriaal te waarborgen. Lichaamsmateriaal mag slechts worden afgenomen, bewaard en gebruikt met toestemming van de donor of andere beslissingsbevoegde. Om die zeggenschap te kunnen uitoefenen moet de (potentiële) donor en een eventuele andere beslissingsbevoegde informatie tot zijn/haar beschikking hebben over aspecten die voor de beslissing van belang zijn. In uitzonderlijke gevallen is geen toestemming nodig.
Voor de aanwijzing van sensitieve toepassing van lichaamsmateriaal is een voorhangprocedure opgenomen; het betreft toepassingen die gevoelig liggen in de maatschappij of voor de donor (bijvoorbeeld het tot stand brengen van een onsterfelijke cellijn of het creëren van mens-diercombinaties). Voor een sensitieve toepassing moet altijd toestemming worden gevraagd. Ook worden in het wetsvoorstel de regels die van toepassing zijn op de import van lichaamsmateriaal verduidelijkt. Aan de Embryowet wordt een bepaling toegevoegd in verband met de medisch-ethische toetsing bij onderzoek met in kweek gebrachte embryonale cellen.
Het voorstel is in behandeling bij de Tweede Kamer.
ingediend
26 mei 2021titel
Regels voor handelingen met lichaamsmateriaal, welke worden verricht voor andere doeleinden dan geneeskundige behandeling of diagnostiek van de donor (Wet zeggenschap lichaamsmateriaal)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld
Er zijn geen documenten gevonden.