Plenair Koffeman bij voortzetting behandeling Wet maatschappelijke ondersteuning 2015



Verslag van de vergadering van 8 juli 2014 (2013/2014 nr. 38)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 16.33 uur


De heer Koffeman i (PvdD):

Voorzitter. Ik wil beide bewindslieden hartelijk danken voor de antwoorden die ze hebben gegeven. Ze hebben duidelijk gemaakt zelf veel geloof te hechten aan de stelselwijziging die ophanden is. Ik ben niet overtuigd. Het kan goed zijn dat bij hen de wens de vader van de gedachte is. Het blijft heel belangrijk om een scheiding aan te brengen tussen de stelselwijziging zelf en politieke redenen om zo'n stelselwijziging door te voeren. Daarover hebben we het gehad in dit debat en daarin hebben we elkaar inderdaad niet helemaal gevonden.

Zoals ik al zei, zijn mijn zorgen niet weggenomen. Het tijdpad staat onder grote druk, daarover is iedereen het eens. De naam van Kim Putters is een aantal keer gevallen. Een aantal keer is er gezegd: zo heeft hij dat niet gezegd of niet bedoeld. Ik heb een aantal citaten van Kim Putters erbij gezocht om duidelijk te maken hoe hij denkt over deze stelselwijziging. Dat is geen kwestie van selectief shoppen. Dit is naar mijn gevoel de rode draad van het rode sein waarop hij duidt. Hij zegt: "Een aantal seinen staat op rood. Die springen niet vanzelf op groen. De aannames zijn groot, maar het inzicht ontbreekt of het realistisch is ervan uit te gaan dat er straks genoeg mensen zijn om meer informele hulp te verlenen. We kunnen dus voor grote verrassingen komen te staan als die professionele hulp er niet meer is of niet ingekocht wordt."

Een ander citaat van Kim Putters is: "De hervorming van de langdurige zorg valt of staat met de visie en inspiratie van de wethouder zorg." Dan hebben we het dus over 330 verschillende wethouders. Putters zei ook: hoe verder je van de stad afraakt, hoe minder ambtenaren zich bezighouden met de Wmo, in kleine gemeenten soms maar één of twee; dan ben je kwetsbaar; dat is een valkuil.

Beide bewindslieden hebben aangegeven dat het spannend wordt. De staatssecretaris heeft gezegd dat hij niet één vinger aan de pols wil houden, maar twee handen. Dat klinkt niet alleen maar geruststellend. Dat klinkt ook verkrampt. Op het moment dat je twee handen aan de pols moet houden, ben je niet zeker van je zaak. Het betekent dat je krampachtig probeert iets in goede banen te leiden waarvan je zelf niet zeker bent dat het goed zal gaan. Dat is het grote risico waarover we vandaag spreken en waarover we vandaag stemmen. Vandaag wordt met een nipte meerderheid deze wet al dan niet aangenomen. Als je twee handen aan de pols moet houden, kun je je afvragen of je niet het zekere voor het onzekere moet nemen. Er zijn op dit moment mensen in het land, zowel hulpverleners als hulpvragers, die die twee handen op een andere manier voelen. Het grijpt ze namelijk naar de keel. Die mensen zijn buitengewoon bezorgd over deze operatie. Ik denk dat we hun belangen zwaar zullen moeten wegen.

Wij zien liever handen aan het bed dan handen aan de pols in een onzekere bezuinigingsoperatie die gepaard gaat met de grootste transitie in onze maatschappelijke ondersteuning én een grootschalige decentralisatie. Als het goed gaat, wordt de zorg beter, houden we geld over en blijken gemeenten misschien wel betere zorgcoördinatoren te zijn dan de rijksoverheid ooit geweest is. Dat zou kunnen. Maar als het fout gaat, wordt de zorg slechter, zullen hulpbehoevende mensen tussen wal en schip vallen en komen 100.000 banen of meer in de zorg te vervallen, waardoor hulpverleners noodgedwongen zelf hulpbehoevend worden. Dan is het vertrouwen van de burger in de politiek verder weg dan ooit. Wie zo'n risico neemt met de kleinst denkbare meerderheid, moet heel erg zeker van zijn zaak zijn. Die zekerheid is tijdens dit debat geen moment geboden. Er zijn onzekerheden over de privacy. Er zijn onzekerheden over de mantelzorg. Er zijn onzekerheden over de huishoudelijke hulp, de thuiszorg en nog een groot aantal andere onderwerpen. Er wordt gewaarschuwd door het SCP, door de vakbeweging en door de belangenorganisaties van alle betrokkenen.

Onze opdracht in de Eerste Kamer is om wetten te toetsen op rechtmatigheid, uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid. Die opdracht mag niet ondergeschikt gemaakt worden door een akkoord tussen coalitie en enkele oppositiepartijen om tot een nipte meerderheid te komen. Ik doe een dringend beroep op met name de Partij van de Arbeid om niet te in te stemmen met de ontmanteling van de zorg in een omvang die zijn gelijke niet kent en in een ongeëvenaard tempo. Rode seinen zijn er niet om genegeerd te worden.

De voorzitter:

We zijn toegekomen aan de tweede termijn van de staatssecretaris en de minister. Bent u in de gelegenheid om meteen te antwoorden of wilt u een korte schorsing? Ik constateer dat er behoefte is aan een schorsing van vijf minuten.