Plenair De Vries bij stemming Privacy en toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten



Verslag van de vergadering van 7 oktober 2014 (2014/2015 nr. 3)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 13.49 uur


De heer De Vries i (PvdA):

Voorzitter. De mededeling van de heer Franken was voor mij ook heel erg bevrijdend, hoewel mijn naam al onder zijn motie stond.

Ik wilde aangeven wat mijn fractie nog overwogen heeft naar aanleiding van correspondentie van de regering met betrekking tot het onderzoek naar organisaties voor standaardisering van veiligheidsprotocollen. Dat betreft de motie op letter F. De staatssecretaris heeft meegedeeld dat hij een onderzoek niet opportuun oordeelt. Dat heeft mij zeer bevreemd. Als aan deze Kamer door deskundigen zou worden meegedeeld dat er ernstige gebreken zouden zijn aan auto's of aan medicijnen, zouden wij insisteren op een onderzoek en dan zou de opportuniteitsvraag volstrekt niet aan de orde zijn. Ik geloof dat het in het belang van de burgers is om zeker te weten waar ze wel, en misschien ook niet, op kunnen vertrouwen. Het antwoord van de staatssecretaris heeft mijn fractie dus niet kunnen overtuigen, zodat we de motie graag in stemming gebracht willen zien.

Mevrouw Strik heeft met een aankondiging van een vervolgtraject haar motie ingetrokken. Ik denk dat het van groot belang is dat de Kamer dat traject ook ingaat.