Verslag van de vergadering van 29 september 2015 (2015/2016 nr. 2)
Status: gerectificeerd
Aanvang: 21.24 uur
De heer Don i (SP):
Voorzitter. U ziet het: ik ben grijs. Ik zal het eerlijk bekennen aan deze Kamer: ooit, in het verleden, heb ik ook een keer VVD gestemd. U ziet het: de wijsheid komt met de jaren. Dus, hoe oud bent u, mijnheer Bruijn.
De voorzitter:
Ouder dan u denkt, volgens mij.
De heer Don (SP):
Hoor ik hier nog een partij doorheen? Maar goed, het is wel een bijzondere dag vandaag en als je dan ook nog eens gelijk wordt uitgenodigd om naar de VVD over te stappen!
Ik houd het kort. Ik heb een paar kleine punten. Ik ben blij met het uitgebreide antwoord van de minister. Ik wil nog even kort stilstaan bij twee punten daaruit. Het gaat dan met name over de ondersteuning van de eerstelijnsprofessionals bij de verandering die hun te wachten staat. Ik gaf dat zojuist in mijn interruptie ook aan, maar ik kan niet genoeg benadrukken dat dat op een constructieve manier moet gebeuren en dat de eerstelijnsprofessionals en de brancheorganisaties daar ook bij betrokken worden. Dat geldt natuurlijk ook voor de cliënten- en patiëntenorganisaties. Ook daar zal een verandering voor optreden en ook daar zal de boodschap verkondigd moeten worden. Ik denk dan aan organisaties als de NPCF, Zorgbelang en Ieder(in). Mocht dit wetsvoorstel wet worden, dan verzoek ik de minister om hen daarbij te betrekken en om bij hen onder de aandacht te brengen dat er voor de patiënten en de cliënten iets gaat veranderen.
We zijn blij — dat is mijn derde punt — dat de minister heeft toegezegd om terug te gaan naar de Tweede Kamer en om daar een poging te wagen om de Wmo onder de reikwijdte van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg te laten vallen. Daar zijn we heel blij mee. Die blijdschap willen we nog een keer benadrukken in de vorm van een motie. De Kamer heeft die motie gekregen. Misschien kan de SP daar wat steun voor krijgen. Of dat zo is, zullen we in de loop van deze week wel melden. De SP zal deze week ook beraadslagen over de vraag hoe zij zich verhoudt tot dit wetsontwerp.
De voorzitter:
Hoorde ik u spreken over een motie, mijnheer Don?
De heer Don (SP):
Ja, ik heb begrepen dat de motie door vijf personen ondertekend is.
De voorzitter:
Die motie moet ik namelijk nog even voorlezen.
De heer Don (SP):
Dat wist ik niet. Het is ook mijn eerste dag.
De voorzitter:
Door de leden Don, Ruers, Meijer, Wezel en Köhler wordt de volgende motie voorgesteld:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) in reikwijdte beperkt is tot de zorgdomeinen van de Zorgverzekeringswet (Zvw) en de Wet langdurige zorg (Wlz);
overwegende dat hiermee cliënten onder het domein van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) buiten het domein van de Wkkgz vallen en daardoor de onwenselijke situatie ontstaat dat toezicht kwaliteit en klachtrecht verschillend worden ingevuld voor cliënten onder het Wmo-domein enerzijds en het Zvw- en Wlz-domein anderzijds;
verzoekt de regering om de Wmo onder de reikwijdte van de kaderwet Wkkgz te laten vallen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Zij krijgt letter P (32402).
De heer Bruijn i (VVD):
Mag ik een kleine toelichting vragen aan de heer Don? Als ik het goed lees, vraagt deze motie niet aan de minister om te onderzoeken of en hoe de Wmo onder de reikwijdte van de Wkkgz zou kunnen vallen, of daar voldoende steun voor is in de Tweede Kamer en hoe dat vervolgens vorm zou kunnen krijgen, maar om in ieder geval, hoe dan ook, die Wmo onder de reikwijdte van de kaderwet Wkkgz te laten vallen, ongeacht de uitkomsten van dat polsproces van de minister, als ik dat zo oneerbiedig mag noemen, en de verschillende wijzen waarop dit vormgegeven zou kunnen worden. Klopt dat?
De heer Don (SP):
Dat klopt. Onderzoek is een eerste stap, maar uiteindelijk onderzoek je iets met een bepaald doel. Het zou mooi zijn als dat doel gerealiseerd zou worden.