Plenair Atsma bij behandeling Suppletoire begrotingen OCW en Financiën



Verslag van de vergadering van 6 oktober 2015 (2015/2016 nr. 3)

Status: gerectificeerd

Aanvang: 16.41 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Atsma i (CDA):

Voorzitter. De CDA-fractie dankt de minister voor de beantwoording. Als één ding uit de beantwoording en de eerste termijn van de Kamer naar voren is gekomen, dan is het wel het volgende. Ik zei aan het begin van mijn bijdrage dat de twee echtelieden die zich lieten portretteren en spraakmakend wilden zijn, dat ook zijn geworden. Ik stel vast dat zij dat ook in deze Kamer tot op de dag vandaag zijn. In die zin heeft de minister een aantal vragen volstrekt helder beantwoord. De CDA-fractie begrijpt de complexiteit van het proces; daarover is geen discussie. De CDA-fractie is de minister er erkentelijk voor dat zij heeft aangegeven dat het proces van de afgelopen maanden geen schoonheidsprijs verdient. Sterker nog, als je ziet wat er ook in de Franse media is geschreven naar aanleiding van het aanbieden van de twee schilderijen aan het Louvre, bestrijkt het al een periode van enkele jaren. In die zin begrijp ik heel goed dat vooral de laatste maanden complexer zijn geworden. De CDA-fractie vindt dat het allemaal wel een klein beetje transparanter had gekund, hoewel de minister ook zelf aangeeft dat zij hoopt dat dit proces zich niet zal herhalen. Laten we het daar maar op houden.

Over de financiën zei de minister dat het bedrag van 80 miljoen staat. Het gaat om twee keer 80 miljoen voor beide schilderijen, die samen één kunstwerk vormen. Er is sprake van de noodzakelijke restauratie, zoals die zich nu volgens de deskundigen in het Rijksmuseum laat aanzien. Er zal tevens het nodige onderhoud moeten worden gepleegd. Het is op zich geruststellend dat dit uit het budget van 35 miljoen van het Rijksmuseum kan geschieden, maar ik heb geen klip-en-klaar antwoord gekregen op mijn vraag of het Louvre voor eenzelfde bedrag garantstaat. Mijn vraag is, gezien de aankoop van de schilderijen van 80 miljoen per stuk, of de gezamenlijke restauratie- en onderhoudskosten ook op basis van fiftyfifty gedragen zullen worden. Dat lijkt mij volstrekt logisch als ik de minister hoorde. Ik krijg het graag bevestigd.

Wat complex is en blijft, is de juridische entiteit waarbinnen de aankoop van de twee schilderijen gegoten zal worden. De heer De Graaf sprak over verenigingen van eigenaren. Je kunt over een stichting spreken en zelfs over een bv met aandeelhouders, die op basis van fiftyfifty de aandelen bezitten. Laat in elk geval helder zijn dat, welke constructie je ook kiest, de CDA-fractie van mening is dat het dividend vooral naar de mensen, naar de bevolking moet gaan, naar iedereen die kennis wil nemen van deze twee bijzondere schilderijen. Dat zal gelden voor een groot aantal mensen die van buiten Nederland afkomstig zijn.

Ten slotte. De minister is ingegaan op de vraag of er nog sprake kan zijn van een rondgang langs meerdere regio's. Zij zei dat het er niet in zou zitten dat alle provincies werden aangedaan, maar sloot een tour niet uit. De CDA-fractie is er buitengewoon mee ingenomen dat de minister dit nader wil onderzoeken en dat zij in dat verband de Culturele Hoofdstad 2018 expliciet heeft genoemd. Dat stemt de CDA-fractie tot tevredenheid. Zij is zeer benieuwd naar de uitkomsten van de zoektocht. De minister kent de inzet van de CDA-fractie; meerdere fracties hebben zich in vergelijkbare bewoordingen uitgelaten. Kortom, als ik luister naar de financiële deugdelijkheid van het voorgelegde voorstel, kan ik namens de CDA-fractie volmondig ja zeggen. Ik ben zeer benieuwd naar de verdere uitwerking en houd de minister aan haar toezegging dat de Kamer hierover nader wordt geïnformeerd.