Plenair Sent bij voortzetting behandeling Mediawet



Verslag van de vergadering van 8 maart 2016 (2015/2016 nr. 22)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 17.10 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Sent i (PvdA):

Voorzitter. Het wetsvoorstel waarover wij vandaag in derde termijn debatteren, beoogt het publieke omroepbestel toekomstbestendig te maken. De voorgestelde maatregelen moeten leiden tot scherpere keuzes, sterkere creatieve competitie en meer gezamenlijkheid in het uitvoeren van de publieke taak. Het kon rekenen op een grote meerderheid aan de overkant en op steun van de NPO en het College van Omroepen.

Maar vervolgens gingen de sentimenten schuiven. Tijdens de deskundigenbijeenkomst van 4 december bereikten ons vele kritische geluiden. Sommige delen van het wetsvoorstel bleken voor meerdere juridische lezingen vatbaar. De strekking van moties "van de overkant" bleek niet eenduidig. De toegevoegde waarde van de uitvoerige behandeling van het voorliggende wetsvoorstel in onze Kamer ligt vooral in een verdere aanscherping van de lezing ervan. Daarin heeft onze Kamer een gepaste politieke rol genomen. Wij hebben namelijk zorgen geuit over een te grote politieke invloed op de publieke mediadienst. Dat heeft de staatssecretaris ertoe gebracht, toe te zeggen de rol van de minister betreffende de raad van bestuur van de NPO te verwijderen, de rol betreffende de raad van toezicht van de NPO tot een minimum te beperken, een serieuze verkenning uit te voeren aangaande de transparantie en onafhankelijkheid van benoemingen in de publieke mediasector en publieksbetrokkenheid te ondersteunen.

Voorts heeft onze Kamer aangedrongen op een verduidelijking van de kaders van de sturende taken en bevoegdheden van NPO en de wijze waarop deze zich verhouden tot de verantwoordelijkheid voor vorm en inhoud van media-aanbod die omroeporganisaties hebben en houden. Onduidelijkheid hierover heeft tot veel onrust geleid. De recente brief van de NPO en een meerderheid van de omroepen verschaft hierover helderheid en de staatssecretaris heeft aangegeven, de werkwijze zoals uiteengezet in voornoemde brief te delen en te omarmen.

Op een punt ontvang ik graag nog een nadere toelichting van de staatssecretaris, en dat betreft de status van afspraken met de omroeporganisaties. Graag vragen wij hem te verduidelijken wat hij hier voor ogen heeft. In aanvulling hierop heb ik namens mijn fractie vragen gesteld over de juridische duiding van een aantal artikelen in de Mediawet. Specifiek hebben wij gesproken over artikel 2.6 betreffende het lidmaatschap van de raad van toezicht van de NPO, artikel 2.15 over de informatieverstrekking, artikel 2.172 betreffende de inrichting van de jaarrekening en artikel 2.178 aangaande de inrichting van bedrijfsprocessen. Juridische helderheid met de hulp van onafhankelijke deskundigen op deze punten is door de staatssecretaris toegezegd.

Mijn fractie is voornemens om voor een aantal van de moties die tijdens het plenaire debat zijn ingediend te stemmen. De motie-Ten Hoeve c.s. (met de letter K) over het extra waarborgen van de positie en belangen van de Omrop Fryslân binnen de Regionale Publieke Omroep hebben wij mede ondertekend en kan op onze steun rekenen vanwege de bijzondere positie van Fries als tweede rijkstaal. Ook de motie-Bikker c.s. (met de letter M) over het opnemen van budget en ruimte in de prestatieovereenkomst tussen de regering en de NPO voor levensbeschouwelijke programmering hebben wij mede ondertekend en kan op onze steun rekenen vanwege het belang van levensbeschouwelijke programmering voor de pluriformiteit van de publieke omroep. De gewijzigde motie-Atsma c.s. (met de letter N) over wettelijke waarborgen voor het produceren en uitzenden van programma's door de omroepen achten wij overbodig en zullen wij derhalve niet steunen. Ook de motie-Teunissen c.s. (met de letter L) over de positie van de regionale omroepen bij het geen doorgang vinden van de RPO kan niet op onze steun rekenen. Wij verzoeken de regering juist alles in het werk te stellen, de regionale omroepen te steunen door de RPO wel doorgang te laten vinden.

En dan kom ik, ten slotte, bij het voorstel van de staatssecretaris om alleen de onderdelen die betrekking hebben op de regionale publieke omroep in werking te laten treden. Dergelijke voorstellen hebben onze Kamer eerder bereikt. Denk aan de wetsvoorstellen Wijzigingen in het verkiezingsproces (33268) en Implementatie van herziene telecommunicatierichtlijnen (32549). Telkens zijn delen van het wetsvoorstel niet in werking getreden teneinde dit onderdeel te repareren in een nieuw wetsvoorstel. Gesterkt door deze precedenten steunen wij het voorstel van de staatssecretaris, zodat de RPO de noodzakelijke voorbereidingen kan treffen. Wij kijken uit naar het wetsvoorstel met de aanvullingen en verduidelijkingen die ik eerder heb uiteengezet. Maar vooral kijkt mijn fractie ernaar uit dat de NPO, omroepen, producenten en programmamakers met het voorliggende wetsvoorstel aan de slag gaan om de publieke mediadiensten toekomstbestendig te maken.