Verslag van de vergadering van 27 juni 2017 (2016/2017 nr. 33)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 15.02 uur
De heer Schaper i (D66):
Voorzitter. Vandaag vervang ik mijn collega Petra Stienen, die wegens de bijeenkomst van de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa niet bij dit debat aanwezig kan zijn. Het doet mij bijzonder veel plezier om aan deze discussie te kunnen deelnemen en daarbij ook nogal wat te leren, moet ik tegelijkertijd zeggen.
Nadat president Trump begin deze maand bekendmaakte dat de VS het verdrag dat vandaag in dit huis besproken wordt, zullen verlaten, gaf de Franse president Macron hem daarop een retorisch antwoord: "Make our planet great again". U weet natuurlijk allemaal van president Trum dat het hem vooral ging om "make the US great again". Maar dit is nu eens een goed alternatief voor die tot de nationale doelstellingen beperkte aanpak van de Amerikaanse president.
De woorden van president Macron symboliseren waar het vandaag om gaat: een gemeenschappelijke en dringende verantwoordelijkheid van alle landen in de wereld om klimaatverandering van onze aarde tegen te gaan, en om innovatieve manieren te vinden om met de effecten van klimaatverandering om te gaan. De aarde warmt op en dit heeft grote gevolgen voor onze manier van leven.
Klimaatexperts waarschuwen voor droogtes, sterkere orkanen en overstromingen. Ook ons laag liggende Nederland moet zich wapenen tegen het stijgende water, en heeft andere landen nodig om droge voeten te houden. Op de Noordpool smelt het ijs veel sneller dan verwacht. Wie Spitsbergen bezoekt, zoals ikzelf onlangs heb mogen doen, zal geschokt zijn door de omvang en de snelheid van de terugtrekking van de gletsjers.
Maar de effecten van de opwarming van de aarde gaan verder dan het klimaat alleen. Tropische plagen en ziektes zullen toenemen. Mensen die wonen in de sub-Sahel en in het Midden-Oosten zullen in onleefbare situaties terechtkomen. Voedsel wordt schaars, de kans op conflicten wordt groter, en mensen zullen op de vlucht gaan. En in ons eigen land leidt klimaatverandering bijvoorbeeld tot verzilting van rivieren, met als gevolg het onbruikbaar worden van landbouwgrond.
De effecten van klimaatverandering zullen overal ter wereld voelbaar zijn, en een gezamenlijke aanpak is daarom essentieel. Klimaatverandering is geen natuurramp die ons overkomt en waar niets tegen te doen valt. 97% van de klimaatexperts is het erover eens is dat de opwarming van onze aarde door menselijk handelen wordt veroorzaakt. Klimaatverandering is ook geen probleem van de toekomst, maar een gedeeld mondiaal probleem, waarvoor een gedeelde mondiale aanpak nodig is.
De historische klimaatovereenkomst van Parijs legt de basis voor een dergelijke mondiale aanpak. 195 landen hebben afgesproken klimaatverandering tegen te gaan en de opwarming van de aarde te beperken. Ook de staatsecretaris heeft daar hard aan gewerkt, en mijn fractie wil haar dan ook bij dezen hartelijk danken voor haar inzet in Parijs.
In dat verband steunt de D66-fractie het van harte dat in reactie op de verklaring van president Trump dat de VS de overeenkomst van Parijs zullen verlaten, Nederland zijn bijdrage aan het International Panel on Climate Change (IPCC) heeft opgehoogd tot €100.000.
De D66-fractie ondersteunt ook de bijdrage van €50.000 voor de IPCC-studie over toekomstscenario's. De overeenkomst van Parijs is immers in vele opzichten een startschot. Nu komt een nog grotere uitdaging: de uitvoering ervan. Ook Nederland en Europa moeten daarvoor nog een paar tandjes extra erbij doen, zo blijkt onder andere uit de Urgenda-uitspraak. De Europese doelstellingen moeten ambitieuzer worden gemaakt, omdat ze nog niet voldoende zijn om evenredig bij te dragen aan de benodigde CO2-reductie. De staatssecretaris gaat ervan uit dat ophoging van de doelstellingen nu te vroeg is, en bij de volgende klimaatonderhandelingen weer in beeld kan komen. Zijn we dan niet al veel te laat, zo vraagt mijn fractie zich af.
De ernst van de gevolgen van klimaatverandering onderstreept de urgente noodzaak van een ambitieuze klimaatagenda. Een toenemend aantal landen ziet daarbij in dat het verdrag ook economische mogelijkheden schept. Zij zetten nu vol in op de uitvoering van de afspraken van Parijs. Nederland loopt echter achteraan in de rij bij de ratificatie van het verdrag. Dat past niet bij de ambitie die Nederland hoort te tonen op het gebied van klimaatverandering. Ook Nederland kan immers een aanzienlijke internationale bijdrage leveren bij de mitigatie en adaptatie van het klimaatprobleem. Het duurzaamheidsbeleid van de regering is naar de mening van mijn fractie tot nu toe teleurstellend geweest.
De historische uitspraak van de rechter in de door Urgenda aangespannen rechtszaak is een duidelijke boodschap aan het kabinet. De overheid moet een aanjager zijn van effectief klimaatbeleid. Een middel daartoe zou een uitvoeringsprogramma van de uitkomsten van Parijs kunnen zijn, een programma dat ieder jaar gemonitord en geëvalueerd wordt.
Nederland heeft ook wat te bieden, als één van de twintig grootste economieën ter wereld en als leider in kennis en innovatie. De energietransitie is al volop bezig. Ook het bedrijfsleven besteedt daar aandacht aan. D66 verwacht van de regering een aandrijvende rol hierbij. Voor mijn fractie is dit een duidelijke beleidsprioriteit, gericht op de klimaatdoelstellingen van Parijs. Liefst zouden wij een stap verder gaan. Dat zou voor mijn fractie een belangrijke toetssteen zijn om een nieuw kabinet hier te verwelkomen. Hopelijk gebeurt dit op afzienbare termijn.