Verslag van de vergadering van 27 juni 2017 (2016/2017 nr. 33)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 15.09 uur
Mevrouw Teunissen i (PvdD):
Voorzitter. Inmiddels hebben 150 van de 195 landen het Parijsakkoord geratificeerd. Laat ik niet flauw doen door nu te beginnen met de opmerking dat Nederland samen met Tsjechië het laatste EU-land is dat nog moet ratificeren en dat Nederland in dat opzicht niet overkookt van ambitie. Ik bewaar die tekst liever voor het moment waarop de regering geprezen kan worden omdat zij daadwerkelijk de doelstellingen uit het akkoord heeft bereikt. Een plaagstootje over het schoorvoetende begin zal dan niet op weerstand stuiten.
Het doel van dit verdrag is om de opwarming van de aarde te beperken tot ruim onder 2°C ten opzichte van het pre-industriële niveau, met het streven deze stijging tot 1,5°C te beperken. Alle landen zijn na ratificatie verplicht tot het nemen van maatregelen om hun broeikasgasuitstoot te beperken en om aanpassingen te treffen om klimaatverandering op te vangen, ofwel tot klimaatadaptie te komen. Het is een historische doorbraak dat dit resultaat is bereikt, en we kunnen het ons niet veroorloven om de implementatie ervan te vertragen.
De Partij voor de Dieren zou willen zien dat de doestelling maximaal 1,5°C wordt, omdat de gevolgen van de opwarming dan nog enigszins beheersbaar blijken. Hoe ziet de staatssecretaris dit? Ziet zij ook dat wij eigenlijk die 1,5°C moeten aanhouden om een onbeheersbare situatie te voorkomen?
De effecten van de klimaatverandering zijn nu voelbaar en zichtbaar, overal ter wereld. Ze zijn gevaarlijk en de gevolgen worden steeds erger. De oplossingen gaan verder dan een transitie naar schone energie. Het gaat erom de aarde weer leefbaar te maken waar dat nu niet meer het geval is — denk aan droogte, overstromingen en klimaatoorlogen — en om de aarde leefbaar te houden voor toekomstige generaties. Omdat het belang van een gezonde leefomgeving zo verschrikkelijk lang het onderspit heeft moeten delven bij vrijwel alle politieke beslissingen, is dit de grootste uitdaging waarvoor onze generatie nu voor staat.
Het gaat nu dus om de daden. Omdat Donald Trump uit het klimaatakkoord is gestapt, zullen we nog een stapje harder moeten lopen dan in Parijs was afgesproken. Ik wil de staatssecretaris vragen of zij bereid is de uitvoering van alle verplichtingen die voortvloeien uit het Parijsakkoord zonder terughoudendheid en met een verifieerbaar en afrekenbaar stappenplan aan de Kamer te rapporteren, zodat we een spoorboekje hebben van alle goede voornemens en onderweg op de hoogte kunnen blijven van de vorderingen.
De regering moet veel harder lopen dan nu. Zij steunt nog steeds de fossiele en zwaar vervuilende industrie door lage btw-tarieven, door grootverbruikerskortingen voor energie en door het niet in rekening brengen van externe kosten. Het kabinet gebruikt de subsidiepot om nieuwe energie aan te moedigen voor het bijstoken van biomassa in fossiele kolencentrales. Dat levert geen nieuwe energie op, zelfs niet of nauwelijks CO2-winst, maar het houdt dus wel die vieze kolencentrales draaiend. Het lukt dit kabinet niet om tot een kolenexit te komen. Om in 2020 de uitstoot van CO2 met een kwart terug te dringen — dat is de doelstelling waar Nederland zich aan gecommitteerd heeft na het Urgendavonnis — is sluiting van alle kolencentrales echter onvermijdelijk.
Dat er gasvelden in Woerden worden geopend als alternatief voor gaswinning in Groningen grenst aan de definitie die Einstein aan waanzin gaf: altijd hetzelfde blijven doen en toch een ander resultaat verwachten. We hebben daar gewoonweg de tijd niet meer voor. Er verdwijnen miljoenen uit datzelfde kostbare potje dat bedoeld is voor hernieuwbare energie, voor het in de benen houden van de bio-industrie.
Het vergisten van mest leidt niet tot nieuwe energie, want om die mest te maken worden niet alleen miljoenen dieren dag in, dag uit in stallen gehouden, met alle problemen van dien, maar wordt er ook aan de andere kant van de wereld oerwoud gekapt om de teelt van soja als voer voor die dieren mogelijk te maken. Alleen al de import van dat voer en het energiegebruik dat daarmee gemoeid is, zou 5 miljoen Nederlandse huishoudens van energie kunnen voorzien. Het ligt niet voor de hand om onze energievoorzieningen afhankelijk te houden van een energieverspillende industrie. En dan heb ik het nog niet gehad over de luchtwassers die op die stallen staan, die ook grote energieslurpers zijn.
Nederland moet echt aan de bak. De transitie van dierlijke naar plantaardige eiwitten biedt een geweldige kans. Nederland is ook koploper solar energy volgens TU Delft. Daar moeten we gebruik van maken. Zoals collega Kuiper al aangaf: CO2-beprijzing ligt binnen handbereik en is een zeer effectief middel. De oproep van de Partij voor de Dieren aan het kabinet is dan ook: laat het oude denken los, zet vol in op energiebesparing en eiwittransitie. Schaf de bio-industrie zo snel mogelijk af. Sluit de kolencentrales, zoals de overkant heeft gevraagd. Stop met biomassa. Draai de gaskraan zo snel mogelijk dicht en zorg dat we ook huizen bouwen die niet meer aan het gas gaan.
Dat kan. Een gebouwde omgeving zonder gas is volgens Urgenda in 2030 al mogelijk. Zet vol in op nieuwe denkers met nieuwe energie! De nieuwe formateur zou zich moeten realiseren dat er sprake is van een klimaatonvriendelijke schaduwcoalitie, waarin zowel klimaatontkenners als meestribbelaars zitting hebben. Een schaduwcoalitie van 77 zetels aan de overzijde, gevormd door CDA, PVV, Forum voor Democratie, SGP en VVD. Tjeenk Willink heeft gezegd dat het niet op tijd uitvoeren van het klimaatakkoord leidt tot ernstige natuurcatastrofes en het is zeer de vraag of met CDA en VVD samen een deugdelijk klimaatakkoord gesloten kan worden, waarmee we de doelstellingen uit het akkoord van Parijs halen. De progressieve partijen zouden de handen ineen moeten slaan om een klimaatonvriendelijke coalitie te voorkomen. Alleen op die manier kunnen we voorkomen dat de "niks aan de hand, gewoon doorlopen"-partijen het voor het zeggen krijgen, met alle gevolgen van dien.
De opwarming van de aarde gaat tot onbeheersbare problemen leiden als we niet snel ingrijpen. Afrika, Zuid-Oost-Europa en Zuid-West-Europa verwoestijnen. Daardoor raken mensen op drift. De partijen die klimaatverandering ontkennen, zijn de grote veroorzakers van nieuwe, aanzwellende en onbeheersbare vluchtelingenstromen. Als we kiezen voor het laten escaleren van die problemen, zal dit niet alleen de aarde teisteren, maar ook de belangen van de hardwerkende Nederlander niet ongemoeid laten. Als het in Afrika en Zuid-Europa onleefbaar wordt, dan wordt het bij ons ook niet beregezellig. Ik durf hier met overtuiging te stellen dat we zullen moeten inzetten op minder, minder, minder vluchtelingen, omdat we het niemand toewensen, op de vlucht te moeten slaan voor droogte, honger, watersnood of oorlog, problemen die we samen met de hele wereld kunnen voorkomen. We moeten dus stoppen met het dweilen met de kraan open en een van de grootste voedingsbodems van vluchtelingenstromen wegnemen.
Een van de grootste veroorzakers van klimaatverandering is de bio-industrie. Vleesproductie veroorzaakt 18% van de uitstoot van broeikasgassen wereldwijd. Dat is ruim 40% meer dan alle verkeer en vervoer samen, inclusief alle luchtvaartmaatschappijen. Dat grote aandeel betekent ook dat je met een beetje minder vlees al meteen heel veel vooruitgang kunt boeken. Als iedereen in Nederland een dag per week geen vlees eet, staat dat gelijk aan 1 miljoen auto's van de weg halen. Een van de redenen dat minder vlees eten niet lukt, is dat vlees eten nog steeds onterecht de standaard is in Nederland. Mensen maken de keuze voor vlees eten over het algemeen niet bewust, maar doen het omdat iedereen het doet. Onze collega Henriette Prast heeft op basis van deze stelling een geweldig idee ontwikkeld over hoe we die sociale norm eenvoudig kunnen veranderen. Onze hele maatschappij staat nog steeds in het teken van de vanzelfsprekendheid van vlees. Denk maar aan de afsluiting van het politieke jaar van de Tweede Kamer, met een barbecue die georganiseerd wordt door de vee- en vleessector. Vlees is de norm en mensen met een voorbeeldfunctie bevestigen deze norm. De norm kan worden veranderd wanneer de situatie wordt omgedraaid. Als je een vegetarische maaltijd wilt, hoef je dat niet meer speciaal te melden, maar als je vlees eet, geef dat dan even door, oftewel: "Carnivoor? Geef het door!"
In onze chambre de réflexion zouden we het goede voorbeeld moeten geven wanneer we de sociale norm willen omdraaien, zonder daarbij ook maar iemand in zijn of haar vrijheid aan te tasten. Uit onderzoek blijkt dat minstens 80% van de deelnemers aan congressen, vliegreizen, feesten of partijen kiest voor het standaard aangeboden menu, of dat nu plantaardig is of is samengesteld met vlees of vis. Als je de standaard omdraait, heeft dat een enorm effect, zegt de collega in dit huis die daar het langst voor heeft doorgeleerd. Laten we haar expertise in deze Kamer benutten tot voordeel van ons allemaal, zonder dat iemand daardoor ook maar iets tekort hoeft te komen. Wie overigens meer wil weten over dit briljante plan, collega Prast gaf er een verhelderend college over op Lowlands University en ik voorzie u graag van de link om dat college online terug te kijken.
Het officiële kabinetsstandpunt is al meer dan dertien jaar dat vlees het meest vervuilende onderdeel van ons voedselpakket is. Deze week heeft het kabinet 1,8 miljoen uitgetrokken voor de transitie van dierlijke eiwitten naar plantaardige eiwitten op het bord van de consument. Een schijntje, afgezet tegen de enorme winst die op dat vlak geboekt zou kunnen worden, maar een prachtig gebaar van een kabinet dat zelf ook wel inziet dat de enorme vleesconsumptie onhoudbaar is. De Chinese overheid gaat nog veel verder en besloot dat de Chinese vleesconsumptie gehalveerd zal moeten worden in het belang van de hele wereldbevolking. Daar kunnen wij toch moeilijk bij achterblijven?
Urgenda heeft afgelopen weekend een rapport uitgebracht waarin de eiwittransitie integraal wordt meegenomen in de transitie naar een klimaatneutraal Nederland in 2030. Wij kunnen invulling geven aan de roep om een duurzaam consumptiepatroon te bewerkstelligen, als we onze parlementaire voorbeeldfunctie gebruiken om de sociale norm in ons huis van reflectie om te draaien en zo te verduurzamen, zonder dat ook maar iemand iets tekort hoeft te komen. De Eerste Kamer zou het concept "Carnivoor, geef het door" met gezwinde spoed kunnen doorvoeren, zonder extra kosten, zonder extra moeite en tot welzijn van alle leden, waarbij niemand iets hoeft te missen.
Graag dien ik daarom al in eerste termijn, om aan te geven hoe urgent het is, dit voorstel in.
De voorzitter:
Door de leden Teunissen, Koffeman, Van Apeldoorn, Meijer, Ruers en Köhler wordt de volgende motie voorgesteld:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de consumptie van dierlijke eiwitten een zware belasting van dieren, natuur, milieu en klimaat met zich meebrengt;
overwegende dat via omkering van de sociale norm de consumptie van dierlijke eiwitten drastisch zou kunnen worden ingeperkt, zonder dat iemands vrije keuze wordt aangetast;
overwegende dat we als volksvertegenwoordiging een voorbeeldfunctie hebben op het punt van duurzame gedragsverandering;
spreekt uit als haar wens dat de maaltijden die in de Eerste Kamer geserveerd worden, in principe vrij van vlees en vis zullen zijn, waarbij die producten op verzoek voor ieder die dat wenst, beschikbaar zullen zijn,
en gaat over tot de orde van de dag.
Zij krijgt letter F (34589 (R2077)).
Mevrouw Teunissen (PvdD):
Dank u wel. Tot zover mijn eerste termijn.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Teunissen. Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Vos.