Verslag van de vergadering van 13 februari 2018 (2017/2018 nr. 19)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 14.09 uur
De heer Kuiper i (ChristenUnie):
Voorzitter. In de afgelopen weken hebben wij als Kamerleden een vloed aan mails ontvangen van zowel voor- als tegenstanders van de donorwet. Die mails laten zien hoe controversieel deze wet is, hoeveel twijfel er bestaat in de samenleving over dit voorstel. Intussen worden hier vandaag de stemmen geteld en we weten dat het nipt zal worden. Moeten we het willen om een wet die zo diep ingrijpt in de persoonlijke levenssfeer, die raakt aan een gevoelige grondrechtendiscussie, eventueel met een nipte meerderheid aan te nemen? We willen allen een vergroting van het aantal donoren. Dat is ieders inzet. Maar laten we een voorstel ontwikkelen dat op meer draagvlak kan rekenen in plaats van een voorstel dat bouwt op veronderstelde instemming bij het uitnemen van organen.
Voorzitter. Ik concentreer me op de motie-Nooren. Ik merk op dat deze het er voor ons niet duidelijker op maakt. De verandering in het dictum is nogal fors binnen een week. Het woord "rolverdeling" dekt nu de mogelijkheid van weigering, wat eerst de kern van het dictum was. Ik ben benieuwd naar de reactie van de indienster op deze wijziging. Is het nu zo dat zelfs bij gegeven expliciete toestemming de rol van de familie, die ernstige bezwaren kan uiten, is verzwaard?
Voorzitter. We begrijpen dat het in deze versie van deze motie erom gaat de bestaande praktijk van overleg tussen artsen en nabestaanden vast te leggen. De motie zet erop in de bestaande rolverdeling te handhaven, zo begrijpen wij. Maar de wet verandert daar juist iets aan. Nu kunnen nabestaanden "nee" zeggen, maar in de situatie die de wet voorziet hebben ze geen veto, is vorige week gezegd. Als het gaat om het verzwaren van de rol van de nabestaanden, waarom is de wet dan eigenlijk überhaupt nog nodig? Wat verandert er in de praktijk? Houden we dan ook de huidige praktijk van veel familieweigeringen? Zoals u weet, heb ik in de vorige termijnen er steeds op ingezet dat daar de winst kan worden geboekt, wanneer er minder familieweigeringen zijn in een situatie waarin de vraag er is. Met andere woorden: er moet al vooraf meer gecommuniceerd zijn.
Voorzitter. De wet verandert in een ander opzicht ook nog iets aan de rolverdeling die in de motie wordt genoemd, want de arts heeft bij een fictief "geen bezwaar" in principe wettelijke toestemming om organen uit te nemen. Dat verzwaart nu precies de omstandigheden van het onderlinge overleg. De motie probeert hierin een uitweg te vinden, maar geeft een uitleg die uiteindelijk niet bij de wet past.
En dan nog dit. De motie wil iets normatiefs vastleggen via een algemene maatregel van bestuur, terwijl het hier gaat om iets dat in de wet geregeld had moeten worden, bijvoorbeeld in artikel 11 van het initiatiefwetsvoorstel. De positie van nabestaanden blijft onhelder voor onze fractie, te onduidelijk om bij deze wettelijke regeling het veld in te sturen.
Voorzitter. Onze fractie is van mening dat met zoveel onduidelijkheid we deze weg van dit wetsvoorstel niet kunnen vervolgen. U kent inmiddels ons bezwaar tegen deze wet, maar dat geldt ook voor de nu ingediende motie.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Kuiper. Ik geef het woord aan de heer Don. Nee? Dank u. Dan geef ik het woord aan de heer Ten Hoeve.