Verslag van de vergadering van 26 juni 2018 (2017/2018 nr. 35)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 17.22 uur
Mevrouw Klip-Martin i (VVD):
Voorzitter, dank u wel. Ik houd het heel kort. Ik dank de minister voor zijn antwoorden. En nee, de minister heeft het goed geconstateerd: mijn fractie is geen voorstander van socialisering. Maar het begrip duikt veel op. Ik wilde dus graag de minister dit duidelijk laten en horen formuleren. Dat heeft hij gedaan.
Dan kom ik bij de casus van "de restwarmte om de hoek", zoals de minister het noemde. Ik begrijp dat het over maatwerk gaat, dat een nieuwbouwwijk iets anders is dan een bestaande wijk en dat er misschien ook andere warmtevragers om de hoek zijn. En het produceren van restwarmte is vanzelfsprekend geen doel op zich. Maar het blijven lozen van restwarmte in de lucht of op het oppervlaktewater is CO2-technisch letterlijk oliedom. Wij zijn het er allemaal over eens dat de restwarmte nu soms nog fossiel is en zich hopelijk ontwikkelt naar duurzame restwarmte. Maar ik vraag dus aandacht voor het feit dat we ook met die restwarmte slim om moeten gaan.
Ik sluit me aan bij de heer Pijlman: het is mooi om te horen dat u als minister ziet dat Groningen weer dé energieregio van Nederland zou kunnen worden. Misschien moet je zeggen "blijven", met alle Energy Coalition-activiteiten en de innovaties die daar oog voor hebben. Ik hoorde gisteren een verhaal over een nieuw ontwikkelde buis voor waterstof. Er gebeurt daar van alles. Het is mooi dat de minister daar oog voor heeft en er mogelijkerwijs af en toe een steuntje in de rug gaat geven.
U heeft een aantal keer gezegd dat de wet die voorligt eigenlijk een radertje is in het veel grotere geheel. Maar ik herhaal wat de heer Pijlman zegt: ook u kon het in uw enthousiasme over dit beleidsterrein niet laten om daar breed overheen te spreken en te filosoferen. Dat betekent dat ik mij, namens mijn fractie, enorm verheug op de debatten die we met u gaan voeren over de nieuwe Warmtewet, de Elektriciteitswet, de Gaswet, de Klimaatwet enzovoort.
Ik heb, tot slot, ook in aansluiting op wat de heer Pijlman zei, een oproep om integraal te blijven denken. De woordvoerders die hier zitten, hebben inmiddels allemaal een meer dan groen hart gekregen, ook al zijn we van verschillende politieke kleuring. U zegt: niets doen is geen optie; de energietransitie is een feit en daar moeten we het best mogelijke van maken. Wij zien inmiddels dat geothermie, ook de ultradiepe, niet overal de ultieme oplossing is. U en ik weten inmiddels ook van de onderzoeken van Deltares, waaruit blijkt dat de grote aantallen windparken op zee ook negatieve effecten hebben. Full speed aan de gang dus met de energietransitie, maar laten we — het is een vreselijk bestuurlijk woord — integraal en breed blijven kijken naar de randeffecten die we niet beogen, maar die er soms wel zijn.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Klip. Ik geef het woord aan mevrouw Meijer.