Verslag van de vergadering van 28 mei 2019 (2018/2019 nr. 32)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 23.03 uur
De heer Ton van Kesteren i (PVV):
Dank u wel, voorzitter. Allereerst wil ik ook de minister bedanken voor haar komst en haar uithoudingsvermogen. Gisteren waren een aantal partijen het erover eens dat deze wetswijziging slechts de staatskas spekt en oud- studenten met een studieschuld aanzienlijk en langdurig in de portemonnee treft. Er is daarmee allesbehalve sprake van een sociaal leenstelsel, zoals wordt beweerd. Het gaat niet om tientjeswerk, zoals de regering ons voorspiegelt. De impact blijkt in de praktijk namelijk veel groter. Genoemd zijn de mogelijke hogere rente op de langere termijn, de onzekerheid van een vaste betrekking en de voortdurend stijgende lasten voor modale gezinnen uit de middenklasse, waartoe veel oud-studenten behoren. Deze pechgeneratie van oud-studenten met studieschulden met modale en middeninkomens, die in de regel nauwelijks in aanmerking komen voor inkomensondersteuning waar de lagere inkomens wel voor in aanmerking komen, wordt onevenredig zwaar getroffen door deze wetswijziging, die voor de overheid op de langere termijn slechts 226 miljoen euro oplevert, maar die veel oud-studenten met studieschulden op financiële en sociaal-maatschappelijke achterstand zet. Voor die verantwoordelijkheid loopt deze regering weg. Over proportionaliteit gesproken.
Ook zijn er een aantal partijen die net als de minister de geschetste problemen nog steeds bagatelliseren, al dan niet met CBS-cijfers, ramingen, ingewikkelde koopkrachtplaatjes en rekenmodellen in de hand. Een tsjakka-verhaal. Maar de werkelijkheid is uiteraard weerbarstig. Dat hebben we in het debat van gisteren en vandaag ook met elkaar gewisseld.
We hebben ook kunnen constateren dat het politieke draagvlak voor het gehele leenstelsel minder wordt. Gisteren werden we tijdens de aanbieding van de petitie door bezorgde belanghebbenden — scholieren en studenten — met een stevig signaal uit de samenleving geconfronteerd. Meer dan 100.000 mensen tekenden deze petitie tegen verhoging van de studierente.
Al met al kunnen we dus spreken van een slecht wetsvoorstel, dat niet goed is geland in de samenleving. Daarom zou de minister een belangenafweging moeten maken tussen de baten van deze wetswijziging en de ernstige sociale, financiële en maatschappelijke gevolgen voor afgestudeerden met een studieschuld, die daarmee met grote zekerheid aanzienlijk zullen worden geschaad in hun toekomstperspectief.
Voorzitter. Het is inmiddels nog niet helemaal, maar wel bijna middernacht. Ik wens dan ook mevrouw Duthler, de minister en alle fracties veel empathie — of zo u wilt: maatschappelijke betrokkenheid — en wijsheid toe bij hun uiteindelijke standpuntbepaling.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Kesteren. Ik geef het woord aan de heer Bruijn.