Verslag van de vergadering van 11 februari 2020 (2019/2020 nr. 20)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 16.04 uur
Mevrouw Kluit i (GroenLinks):
Voorzitter. Ik heb grote aarzelingen of ik hier moest gaan staan, maar ik realiseerde me dat ik hier niet alleen namens mezelf sta. Ik sta hier namens de burgers van Nederland, dus ik ga toch mijn best doen, net zoals mevrouw Nooren dat net heeft gedaan. Ik geef het wel een grote, dikke disclaimer, want ik zat ondertussen het debat over geluid te beluisteren, ik zat de tweede termijn voor het debat over bodem voor te bereiden en er was ook nog de commissie IWO. Het is dan niet makkelijk om het zorgvuldig te doen. Ik sluit ook niet uit dat ik daarbij vragen ga stellen die thuishoren in de Tweede Kamer. De reden daarvoor is dat mijn collega's aan de overkant vragen hebben gesteld, maar ik geen tijd heb gehad om dat te bekijken of te beoordelen. We hebben vanuit GroenLinks daarom gevraagd om dit volgende week te doen.
Dan loop ik de brief even door. Dank hiervoor. Ik denk dat die wel een overzicht geeft. De minister schrijft onder andere dat er concrete aandachtsgebieden komen. Het gaat dan over levensbedreigende gevolgen voor personen in gebouwen, dus het groepsrisico bij externe veiligheid. Daar komen concrete aandachtsgebieden voor. Dat maakt het omgaan met die groepsrisico's tastbaar en zorgt ervoor dat dit belang direct bij de planvorming wordt meegewogen. Daarnaast komt er een register externe veiligheid. Dit wordt ingebouwd in de uitbouwfase van het DSO. Wanneer is dit klaar?
Vervolgens schrijft de minister dat er een heleboel helder wordt, omdat er veel meer helder wordt omschreven. Nu hebben we tijdens het debat al een heleboel formuleringen gewisseld en de discussie is nu juist of dingen helder worden omschreven. Ik heb net nog aan een collega gevraagd om een voorbeeld op te zoeken. Hij had een leuk voorbeeld: bij het proces moet rekening worden gehouden met de wisselwerking tussen land en zee. Dat lijkt me best moeilijk om te doen; bij mij is niet meteen de oplossing met de Omgevingswet in zicht. De minister vervolgt: naast het wettelijk stelsel zijn de uitvoering van toezicht en handhaving van groot belang. Het toezicht bestaat uit interbestuurlijk toezicht op de uitvoering van taken door medeoverheden en de werking van het stelsel van VTH. Dit rapport maakt daar natuurlijk wel onderdeel van uit. Hoe ziet de minister dit nu voor zich? Hier zien wij toch een concreet voorbeeld van een rapport dat door ambtelijke organisaties wordt gemaakt ter informatie van de minister en de Kamers, maar dat ons niet heeft bereikt op een tijdstip dat het hier wel had moeten liggen. Hoe werkt dat interbestuurlijk toezicht dan? En werkt dat ook goed? U schrijft ook dat u het rapport dat gisteren openbaar is geworden, met de medeoverheden gaat bespreken. Dat is heel fijn en dat doet mij deugd, maar had dat eigenlijk niet al in 2018 moeten gebeuren, toen dit rapport is opgeleverd en het zowel bij uw ministerie als bij de ILT bekend was? Ik zie de minister nee knikken. Was dat niet zo? Ik hoor graag hoe het dan wel zat.
Ik ga naar de laatste bladzijden van de brief. Daarin schrijft u dat u een aantal maatregelen heeft genomen naar aanleiding van een signaalrapportage die u aan de Tweede Kamer heeft aangeboden, maar die wij hier niet hebben kunnen bekijken. Dat is mij niet gelukt. U geeft wel aan dat voor de zomer van 2020 deze uitvoeringsagenda met de Tweede Kamer wordt gedeeld. Kan dit voor het koninklijk besluit ook met ons worden gedeeld? Ik denk dat dit misschien dezelfde rapportage is als die waar we eerder om gevraagd hebben, maar ik ben daar niet helemaal zeker van.
Dan meer specifiek, het debat loopt nog, maar ik vraag er toch naar. U geeft ten aanzien van de tabel defensie en militaire luchtvaartterreinen aan dat er een wijzigingsspoor komt. Wat wordt hier bedoeld? Misschien zit dat in de beantwoording tijdens het debat over geluid; ik hoor het dan graag. Hoe gaat dat wijzigingsspoor een plek krijgen? Hetzelfde geldt voor regionale luchthavens. Dat wordt nog toegevoegd via een wijzigingsspoor; de systematiek wijzigt. Graag een toelichting daarop. Gebeurt dat dan vandaag, tijdens het debat, of kunnen we dat later verwachten?
Tot slot grondwerk waterbeschermingsgebieden. De drinkwaterbedrijven hebben gevraagd om een verplichtende werking in te voeren, zodat gemeenten dat makkelijker konden overnemen. Het is mij niet helemaal duidelijk of dit nu wel of niet een plek heeft gekregen. Het klinkt alsof dat wel zo is in de provinciale verordening, maar ik krijg graag een bevestiging van de minister.
Dan nog een paar procedurele vragen. Ik vind het heel pijnlijk dat dit rapport op het laatste moment op tafel komt. Ik kan me voorstellen dat dat voor ons beiden geldt. Ik vind dat wel een onderwerp voor onze Kamer, want het gaat bij de uitvoering ook over de vraag of informatie die in de organisaties beschikbaar is, naar boven wordt gebracht, en of ambtenaren zich niet gedwongen voelen om naar de krant te stappen om een rapportage alsnog op de tafel van de juiste politici te krijgen. Mijn vraag is of de minister daarop wil reflecteren. Hoe oordeelt zij daarover? Had zij dit rapport zelf ook willen hebben? Maar misschien had de minister het ook wel.
Tot slot. Je wordt toch een beetje wantrouwig: misschien zijn er nog wel meer analyses gemaakt die zich richten op de doorwerking van nationale belangen op gemeentelijk en provinciaal niveau. Zou de minister een vraag willen uitzetten bij organisaties, bijvoorbeeld bij het ministerie van LNV, het ministerie van EZK of misschien ook wel de VNG en het IPO? Ik zou me kunnen voorstellen dat wij die wellicht ook nog niet gezien hebben. Kunnen wij die dan ontvangen?
De heer Verkerk i (ChristenUnie):
Er wordt net gezegd dat dit rapport gelekt is door ambtenaren. Die informatie heb ik niet tot mijn beschikking. Kunt u dit toelichten?
Mevrouw Kluit (GroenLinks):
Goed dat u daarop doorvraagt, want het is gewobd door de NRC. Wellicht is het dus niet gelekt. Maar als je wobt, moet je vrij specifiek vragen, dus ik neem aan dat er signalen waren dat dit rapport er was.
De heer Verkerk (ChristenUnie):
Als u dat aanneemt, vind ik het prettig dat u daar bewijsmateriaal voor hebt. Anders lijkt het mij wijs om dat gewoon open te laten, want er gaat een suggestie van uit richting de ambtenaren die ik onprettig vind.
Mevrouw Kluit (GroenLinks):
Ja, daar heeft u gelijk in.
De voorzitter:
Dank u wel. Dan is het woord aan de heer Janssen.