Plenair Van Rooijen bij behandeling Zesde incidentele suppletoire begroting inzake steunmaatregelen KLM



Verslag van de vergadering van 7 juli 2020 (2019/2020 nr. 36)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 10.24 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Van Rooijen i (50PLUS):

Voorzitter. Air France-KLM is een internationaal bedrijf dat moet concurreren in een markt met ongemeen harde concurrentie tot op het ongezonde af, met prijsstunters. In die markt neemt Air France-KLM een sterke positie in met een wereldwijd netwerk. De groei van KLM heeft ook sterk bijgedragen aan de groei van Schiphol. KLM en Schiphol zijn van grote economische betekenis voor onze economie met het intercontinentale bestemmingennetwerk. En dat is weer van belang voor het vestigingsklimaat — ik zeg het vandaag maar met nadruk — van ons land voor internationaal opererende bedrijven. De 100-jarige blauwe vogel is te klein om alleen te vliegen en heeft nu ook oranje steun nodig, en meer vleugels. Ons land is te klein om een zelfstandige thuishaven te hebben, anders dan bij Air France, British Airways en Lufthansa.

Van het huwelijk tussen Air France en KLM kan men zeggen wat men wil, maar Air France was destijds, in 2003, bij de fusie bereid de zelfstandigheid van KLM te garanderen. Bij andere gesprekspartners was dat ver uit beeld, denk ik.

Onder die paraplu heeft KLM een enorme groei doorgemaakt en een sterke financiële positie opgebouwd, wisselend wel. Het was de winstmaker in het concern met een nog steeds verlieslatende Air France. In dit huwelijk hebben de sterke kanten van beide bedrijven het tot nu toe gewonnen van de zwakke kanten van elk. Maar dat is geen vanzelfsprekendheid meer. De gezonde toekomst moet je samen verdienen. Zoals in elk huwelijk kunnen er spanningen tussen beide partners zijn. De ingreep van minister Hoekstra om in 2019 het belang in Air France-KLM met 14% te vergroten was een bewijs dat er spanningen waren. Het huwelijk leek toen de warmte van een ijskast te hebben. In het jaar na die aankoop zijn nog geen tastbare resultaten behaald met betrekking tot een betere samenwerking. Kan de minister daarop nader ingaan? Waarom is dat niet gebeurd en hoe zijn de kansen de komende tijd voor verbetering van die samenwerking?

De coronacrisis was nodig om beide regeringen tot intenser overleg te bewegen, culminerend in gesprekken van minister Hoekstra met collega Le Maire, die geloof ik vandaag zijn laatste werkdag heeft in Frankrijk, en uitmondend ook in een flitsbezoek van Macron aan Rutte, waarbij denk ik toch ook KLM aan de orde is geweest. Laten we bedenken dat het woord "crisis" in het Chinees vooral een positieve betekenis heeft. Laten we ervoor oppassen dat we de crisis oneigenlijk gebruiken om aan KLM eisen te stellen die de huidige positie alleen maar verder verslechteren, tot veel extra kosten leiden en de staatssteun nog riskanter maken. Nederland moet het als klein land hebben van een sterke internationale positie op het gebied van handel en internationale verbindingen. Landen als België en Zwitserland kunnen het zonder een grote luchtvaartmaatschappij stellen, wij niet.

Dan het afsprakenpakket. Allereerst breng ik een groot compliment over aan beide bewindslieden en aan de ambtenaren die ongetwijfeld vele dagen en nachten hard hebben gewerkt aan dit intens ingewikkelde proces. De ministers kunnen terugkijken op een evenwichtig en breed pakket aan afspraken — completed staff work heet dat weleens. Als je het pakket overziet, is het duidelijk dat dit de tijd heeft gekost die ervoor genomen moest worden, en dat onder heel grote tijdsdruk. Het was ingewikkeld met veel banken en veel adviseurs en met scenario's, in evenwichtskunst met de Franse counterparts.

Het oplossen van het liquiditeitsprobleem had de hoogste prioriteit door het wegvallen van 70% tot 80% van de vluchten. Op basis van een aantal scenario's is de minimumkaspositie bepaald. Vervolgens is de verhouding tussen de rol van de markt en de overheid bepaald, en dat heeft geleid tot een directe achtergestelde lening van de Staat van 1 miljard en een banklening van 2,4 miljard, onder een staatsgarantie van 90%. Zonder die achterstelling van de lening van de Staat was volgens minister Hoekstra de marktlening niet geslaagd. De Staat ontvangt een aanzienlijke premie voor die garantie, oplopend tot 2%. Het staatsrisico is immers groot. Ook het rentepercentage is hoog: gelet op het risico is het 6,25 oplopend tot 7,75. Percentages van rond de 7 zijn mij bekend als de rendementen van de pensioenfondsen al 30 jaar. Kan minister Hoekstra nog eens toelichten hoe hij gelet op de hoge schuldpositie en de slechtere solvabiliteit aankijkt tegen een mogelijke verbetering van de kapitaalpositie op een later moment en een eventuele kapitaalinjectie van de aandeelhouders? Dat lijkt onvermijdelijk, kijkend naar wat er nu al bij Lufthansa gebeurt.

De opzegtermijn voor de staatsgarantie was destijds slechts negen maanden. Die is van groot belang voor het gebruik van Schiphol als internationale hub en de blijvende vestiging van KLM in Nederland met Nederlandse vergunningen en Nederlandse verkeersrechten in het gelukkig grote aantal luchtvaartverdragen van ons land. Goed dat die termijn nu verlengd is tot vijf jaar. Het is een extra zekerheid voor KLM en Schiphol.

Na het debat in de Tweede Kamer en de stemming over het wetsvoorstel werd bekend dat ook Air France forser ingrijpt. Naast de reeds bekende vertrekregeling voor ongeveer 3.500 personen, zou nu ook besloten zijn tot gedwongen ontslagen. In totaal worden de komende twee jaar 7.600 van de 43.000 banen bij Air France geschrapt. Opvallend dat een onderdeel van de Franse vertrekregeling een speciaal belastingtarief van 25% is, waarvan akte. Ook aan Franse zijde worden nu offers gevraagd. Samen pakken KLM en Air France de crisis aan. Wel valt op dat aan Franse zijde geen loonoffer wordt gevraagd, zo heb ik althans begrepen. Dat legt druk op de onderhandelingen over het loonoffer bij de winstgevende KLM. Kan minister Hoekstra hier nader op ingaan?

Grote offers worden aan het KLM-personeel gevraagd en grote bezuinigingen zijn onvermijdelijk: 15% op beïnvloedbare kosten en besparingen op de loonkosten. Voor onze fractie is het behoud van zo veel mogelijk werkgelegenheid een hoogste prioriteit. Dat er een loonoffer wordt gevraagd, lijkt onvermijdelijk, maar het is aan de onderhandelingen tussen werkgever en vakbonden om daar invulling aan te geven. Wat zijn overigens de gevolgen van de verlaging van het loon voor de pensioenopbouw van het personeel? Kan verlaging van de pensioenopbouw worden voorkomen? Wat zijn de gevolgen voor de WW als na het loonoffer ook ontslag volgt? Graag een antwoord op beide vragen.

Dat de sterkste schouders het meest kunnen dragen, spreekt voor zich, maar als Kamers moeten wij ons niet bemoeien met de invulling daarvan. Naast het directe salaris zijn er tal van secundaire arbeidsvoorwaarden, die voor de diverse personeelsgroepen zeer uiteenlopend zijn. Ook die kunnen worden aangepast. Mijn vraag aan de minister is in welke mate onderdelen van het loonoffer een tijdelijk karakter kunnen hebben. Zijn meer deeltijd en meer en langer onbetaald verlof aan de orde geweest in het overleg met KLM, of komt dat bij de onderhandelingen wel aan de orde? Het zou tot minder ontslagen kunnen leiden. Graag een reactie van de minister.

De 50PLUS-fractie is blij met de toezegging van minister Hoekstra in het wetgevingsoverleg dat de invulling van het loonoffer een zaak van de sociale partners is. Kan de minister nog eens goed uitleggen wat hij dan met "het kader" bedoelt? Het is toch een voorwaarde? Mijn fractie steunt met name de financiële afspraken die zijn uitonderhandeld. Daarnaast zijn er voorwaarden afgesproken over duurzaamheid en leefbaarheid. Kan minister Van Nieuwenhuizen hier nader op ingaan, met name op de CO2-doelstelling, de beperking van de nachtvluchten en de link met de opening van het vliegveld Lelystad? Mijn fractie vindt dat op dit punt alles moet worden gedaan om extra kosten, zeker voor de korte termijn, te voorkomen en extra kosten die zouden komen, te heroverwegen als de nood van de KLM dat zou eisen.

Voorzitter, ik rond af. Voor mijn fractie moet de duurzaamheid van KLM en van Air France-KLM vooropstaan. Die mag niet op het spel gezet worden, evenmin als de leefbare toekomst voor het KLM-personeel, voor wie het ook een kwestie van overleven is. Ik wacht de antwoorden van de beide bewindslieden graag af.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Van Rooijen. Dan is het woord aan de heer Schalk namens de fractie van de SGP.